De Verenigde Staten willen de Navo snel uitbreiden. Rusland blijft dwars liggen.

Vroeger was het eenvoudig : de Navo diende om de Amerikanen binnen, de Russen buiten en de Duitsers eronder te houden. Sinds de val van de Muur de geopolitieke context in Europa grondig veranderde, tobt de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie zich al die tijd suf hoe ze zich daaraan moet aanpassen. Verschillende agenda’s lopen door elkaar. Voor de Verenigde Staten blijft de Navo een cruciaal instrument om een rol te blijven spelen in Europa, meerdere Europese landen willen de organisatie omvormen om zich te emanciperen uit de onderworpenheid aan Washington en ondertussen heeft Oost-Europa zijn verlanglijstje al klaar maar blijft Rusland argwanend toekijken.

Ex-Joegoslavië en de Europese besluiteloosheid in die kwestie heeft de Navo een nieuwe bestaansreden gegeven, als leverancier van interventie- of vredesmachten die regionale conflicten moeten bezweren om zo de stabiliteit in Europa te helpen garanderen. Maar de herstructurering van de alliantie in die zin staat niet los van de andere agendapunten. Typerend daarvoor is het nu al maanden lang aanslepende conflict tussen Parijs en Washington over wie het voor het zeggen krijgt op het regionale Navo-hoofdkwartier in Napels. Na bijna dertig jaar afwezigheid uit de militaire Navo-structuur, wil Frankrijk zijn recente volwaardige lidmaatschap verzilverd zien met een Franse bevelhebber in Napels. Maar dat is iets waar de Amerikanen zelfs niet over piekeren : nooit zullen zij de controle over hun vloot in de Middellandse Zee uit handen willen geven.

DINOSAURUS UIT DE KOUDE OORLOG

Washington wil vooral de uitbreiding van de Navo in oostelijke richting hoog op de agenda houden. Daarom ondernam de nieuwe Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright vorige week een diplomatieke tournee die haar doorheen Europa, via het Navo-hoofdkwartier in Brussel naar Moskou bracht. Ze wou daarmee gedaan krijgen dat Navo op zijn top van juli in Madrid definitief zou beslissen om te beginnen met de uitbreidingsonderhandelingen. Die moeten tegen het eind van het jaar rond zijn waarna, eens de betrokken parlementen er hun zegen over hebben gegeven, de nieuwe leden wellicht Polen, Tsjechië en Hongarije in 1999 hun intrede zouden doen.

Al enkele jaren laat Moskou verstaan dat het daarmee niet opgezet is. Voor de Russen is de Navo een dinosaurus uit de Koude Oorlog, die zoveel mogelijk moet worden geneutraliseerd. Een geleidelijke uitbreiding zien zij dan ook als een onvriendelijke daad, die tot een nieuwe Europese tweedeling zal leiden. En voor meerdere Oost-Europese landen is Navo-lidmaatschap inderdaad geen kwestie van vredesmissies hier of daar, maar in de eerste plaats een veiligheidsgarantie tegen buitenlandse versta : Russische agressie.

Albright nam dus wat snoepjes mee naar Moskou. Eerder heette het al dat de Navo geen kernwapens zou plaatsen in nieuwe lidstaten, en nu kwam Albright met beloften over een vermindering van de Navo-troepensterkte, plus een uitdiepen van een ?speciale relatie? tussen de Navo en Rusland, met onder meer de oprichting van een gezamenlijke brigade en het ondertekenen van een handvest. Maar Rusland, dat ook voor binnenlands gebruik inderdaad als een grootmacht erkend wil blijven, wil dat charter dan weer een wettelijk karakter geven, te bevestigen door de Russische en Amerikaanse parlementen, terwijl Washington het tot een politieke afspraak wil beperken. Erg veel kon Albright in Moskou dan ook niet toegezegd krijgen, zodat de zaak zal moeten worden geklaard op de ontmoeting tussen de presidenten Bill Clinton en Boris Jeltsin volgende maand in Helsinki, een ?top? van het type dat nogal aan Koude-Oorlogstijden herinnert.

HANDEL MET OOST-EUROPA

Rusland mag meepraten over de Navo-uitbreiding, zei Albright, maar krijgt geen vetorecht. Dat is wel al vaker gezegd. Maar feitelijk kreeg Moskou wél een vetorecht. De Navo respecteert immers scrupuleus Ruslands ?nabije buitenland?, de eigenmachtig uitgeroepen invloedszone, die bestaat uit de landen die tevoren tot de Sovjetunie behoorden. Met name de Baltische staten, die wel vaker onvriendelijkheden uit Moskou te horen krijgen en met Rusland ook grensgeschillen hebben, zouden maar wat graag onder de Navo-paraplu gaan schuilen. Het staat echter vast dat zij de eerste tijd niet op lidmaatschap hoeven te rekenen.

Maar de ex-Oostbloklanden kijken niet alleen uit naar de Navo. Ook de Europese Unie is aan een uitbreidingsbeweging bezig, in diverse etappes die niet noodzakelijk meteen op volwaardig lidmaatschap zullen uitdraaien. Daar zijn veel Oost-Europese economieën nog lang niet klaar voor. Maar een EU, die sinds het Verdrag van Maastricht ook een gezamenlijk buitenlands beleid tracht te ontwikkelen, kan bijvoorbeeld via samenwerkingsakkoorden een politieke en vooral economische invloed in Oost-Europa ontwikkelen. Dat doet ze dan zonder dat de Verenigde Staten daarbij over inkijkrecht, laat staan beslissingsmacht beschikken.

Daarin betekent de EU voor Duitsland wat de Navo voor de Verenigde Staten betekent. Een snelle uitbreiding van de Navo kan Washington dan een tegengewicht bezorgen. Al was het maar omdat er, bijvoorbeeld, in de voormalige Warschaupactlanden, die militair nog vrijwel uitsluitend met verouderd Russisch materiaal zijn uitgerust, al heel wat wapentuig te verkopen valt.

Marc Reynebeau

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content