De Amerikaanse belegger Warren Buffett was vorige week op tournee in Europa. Buffett, alias het orakel van Omaha, wil namelijk graag Europese familiebedrijven opkopen. Geïnteresseerde partijen mogen hem altijd bellen. Of dat zal gebeuren?

Warren Buffett (77) is in elk geval bijzonder kieskeurig. Zijn vereisten voor familiebedrijven die zich tot hem wenden: minimaal 75 miljoen dollar (50 miljoen euro) winst per jaar, goede vooruitzichten op lange termijn, een sterk management dat wil aanblijven, én een redelijke prijs. Bovendien moet het om familiebedrijven gaan die Buffett begrijpt. Voor softwarebedrijven bijvoorbeeld acht hij zichzelf niet slim genoeg.

Ter info: het eigen bedrijf van Warren Buffett, de grote verzekeringsmaatschappij Berkshire Hathaway, is de moeder van 76 ondernemingen en grootaandeelhouder in 18 gerenommeerde bedrijven – zoals Coca-Cola. In de VS komt Buffett niet echt meer aan zijn trekken. Wat overblijft, is te klein voor Berkshire Hathaway – dat meer dan 200 miljard dollar in portefeuille heeft.

En dus richt de rijkste man ter wereld zijn blik op het buitenland. De dure euro vindt hij in elk geval geen bezwaar. Zullen de Europese familiebedrijven Buffett met open armen ontvangen? Professor Johan Lambrecht, directeur van het Studiecentrum voor Ondernemerschap aan de EHSAL-K.U. Brussel, geeft een genuanceerd antwoord. ‘Het merendeel van de Europese familiebedrijven verkiest een familiale opvolger, en zal bijgevolg geen gehoor geven aan de oproep van Warren Buffett. En zelfs als er zich niet meteen een opvolger aandient, zullen ze er niet zomaar op ingaan – uit angst dat een externe overnemer een einde zal maken aan de familiale bedrijfscultuur. Bovendien zijn familiebedrijven tuk op hun financiële autonomie. Vaak lijden ze aan ‘ equity xenofobia’: haat tegen vreemde aandeelhouders.’

Daarnaast is er nog de verankeringskwestie, die onlangs onder het stof vandaan werd gehaald door de Vlaamse minister-president Kris Peeters. (Familie)bedrijven die in buitenlandse handen terechtkomen: dat ligt gevoelig. ‘Een enge bedrijfsvisie’, vindt Johan Lambrecht. ‘Het is het ondernemerschap dat je moet verankeren, en niet zozeer de ondernemingen op zich. Het pleit in het voordeel van Warren Buffett dat hij het ondernemerschap genegen is, én met zijn eigen centen in zijn eigen bedrijf zit. Dat is belangrijk, want familiebedrijven die de knop hebben omgedraaid – en dus tóch willen verkopen – kiezen het liefst een ander familiebedrijf als koper.’

Celine De Coster

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content