Het kartel met N-VA is in de feiten niet meer, want CD&V heeft gekozen. Vlaams minister-president Kris Peeters mag zich toeleggen op een ‘geëvacueerde’ staatshervorming, zodat federaal premier Yves Leterme de handen vrij heeft om de sociaaleconomische en budgettaire malaise het hoofd te bieden. Zo omzeilen de Vlaamse christendemocraten ook een pijnlijke clash tussen hun twee kopstukken – voorlopig toch.

Over ministers die om principiële redenen opstappen, niets dan goeds. Geert Bourgeois (N-VA) had maandagvoormiddag nauwelijks zijn ontslag ingediend als Vlaams minister van Media, Toerisme, Bestuurszaken en Buitenlands Beleid, of zijn ex-collega’s in de Vlaamse regering en uiteraard ook premier Yves Leterme (CD&V) als ‘vader’ van het kartel CD&V/N-VA lieten al weten hoe hard ze dat terugtreden wel niet betreurden. Maar toen zondag in Gent de 1600 deelnemers aan het N-VA-congres nagenoeg unaniem hadden beslist om hun steun aan de regering-Leterme op te zeggen omdat het ‘verslag’ van de drie koninklijke bemiddelaars over een ‘dialoogstructuur’ voor een nieuwe staatshervorming hen allerminst kon bekoren, hadden Open VLD en SP.A/Vl.Pro. de scherpste bewoordingen uit de kast gehaald om het vertrek van de N-VA uit de Vlaamse regering te eisen. Cynisme is nooit ver weg in de politiek.

Het vertrek van Bourgeois maakte ook meteen een einde aan het samen-uit-samen- thuismotto dat zondag nog, en allicht tegen beter weten in, voluit beleden werd door Vlaams minister-president Kris Peeters (CD&V). In de aanloop naar de Septemberverklaring van zijn Vlaamse regering in het Vlaams Parlement maandag, sloofde hij zich daarom uit om van de Franstalige partijen nieuwe verduidelijkingen en waarborgen voor een ‘geloofwaardige’ communautaire dialoog los te peuteren.

Dat was niet alleen nodig na de zoveelste provocatie van vicepremier en minister van Institutionele Hervormingen Didier Reynders (MR), die bleef aandringen op ‘parallelle onderhandelingen’ over onder meer Brussel-Halle-Vilvoorde en daarmee overigens volledig in lijn bleef met de opstelling van de andere Franstalige partijen én met uitspraken van premier Leterme in een aantal rentree-interviews anderhalve week geleden. Ook het verslag van het bemiddelende trio Lambertz-de Donnéa-Langendries week op meer dan één punt af van de ‘strikte en noodzakelijke voorwaarden’, die de Vlaamse regering op 5 september had geformuleerd om deel te nemen aan een ‘paritaire dialoog van deelstaat tot deelstaat’. Zo is in het verslag van de bemiddelaars – hun conclusies beslaan niet eens een volle bladzijde – niets terug te vinden over het verleggen van de zwaartepunten van de bevoegdheden naar de deelstaten. Aan belangrijke principes zoals territoriale integriteit en fiscale en financiële verantwoordelijkheid maken ze geen woorden vuil. De ambitie om voor de regionale verkiezingen van juni 2009 resultaten te boeken, laten ze eveneens open. En voor B-H-V wordt niet het Vlaamse spoor van de behandeling van de Vlaamse wetsvoorstellen in het federale parlement gevolgd, maar schuiven ze ‘een ander uitgebreid onderhandelingskader’ naar voren dat ’te gepasten tijde’ een oplossing zou uitwerken.

In overleg met premier Leterme zondagavond en na een nieuw gesprek met de Franstalige partijen maandagochtend, verkreeg Peeters enkel dat ‘de federale regering geen initiatieven zal nemen in het B-H-V-dossier’ en dat men aan Franstalige kant ‘bereid’ is om de dialoog te starten en voor juni 2009 deelakkoorden te sluiten. ‘Gebakken lucht’, vonden ze bij N-VA en daarmee het definitieve teken voor de exit van een zwaar ontgoochelde Bourgeois. Maar voor CD&V, Open VLD en SP.A/Vl.Pro. was dit wel voldoende om binnenkort met een zeskoppige afvaardiging van de Vlaamse regering aan communautaire onderhandelingen te beginnen.

Peeters heeft daarbij alleszins zijn nek ver uitgestoken, maar harde garanties voor een lonende aanpak heeft hij zeker niet. Hij en ook andere Vlaamse onderhandelaars kunnen in dit verband trouwens het best nog eens een interview met Reynders in La Libre Belgique van 13 september lezen. Daarin zegt het MR-boegbeeld dat er voor de verkiezingen van 2009 geen fundamentele stappen wat betreft de staatshervorming zullen worden gezet en dat daarover ‘de liberalen van noord en zuid akkoord gaan’. Bij Open VLD heeft tot nog toe niemand dat zinnetje tegengesproken.

EINDE KARTEL

Door deze chaotische evacuatie van een nieuwe staatshervorming naar een ‘dialoogstructuur’, waarvoor de namen van de Franstalige onderhandelaars nog steeds niet bekend zijn en waarvan niemand weet wie dan die dialoog zal leiden, heeft premier Yves Leterme intussen in de federale regering de handen vrij om de overheidsfinanciën op orde te brengen en eindelijk een aantal sociale, economische en andere beleidsknopen door te hakken.

Een sinecure is dat niet, en al zeker niet voor een regering met vijf partijen die het evenmin eens zijn over andere hoofdpijndossiers zoals het asiel- en migratiebeleid, de betaalbaarheid van de pensioenstelsels, de activering van werkzoekenden of de toekomst van De Post, Belgacom en de NMBS.

De begroting voor dit jaar zou in evenwicht moeten eindigen, maar dreigt ruim in de rode cijfers te gaan omdat de belastingontvangsten volgens de fiscale administratie ruim 1 miljard euro onder de verwachtingen zullen blijven, de beruchte Suez-bijdrage van 250 miljoen euro nog steeds niet geregeld is en de Vlaamse regering inmiddels beslist heeft om níét voor 361 miljoen euro aan het evenwicht bij te dragen omdat er dit jaar niets van een staatshervorming in huis komt. Op die manier zou het tekort zonder ingrepen wel eens kunnen oplopen tot een half procent.

Voor 2009 wordt de budgettaire opdracht nog een stuk moeilijker. Volgens de economische begroting van het Planbureau zakt de groei volgend jaar naar 1,2 procent en moet bij ongewijzigd beleid minstens 5 miljard worden gevonden om een financieel evenwicht te bereiken. Tel daarbij de nieuwe maatregelen die de regering wil nemen om de uitkeringen welvaartsvast te maken (200 miljoen in 2009), de lasten van de ondernemingen te verlagen en een overschot van 0,3 procent te boeken om te sparen voor de oplopende kosten van de vergrijzing, dan moet Leterme I al ongeveer 7 miljard bijeen zien te harken om de overheidsfinanciën enigszins gezond te houden. Of Leterme daarin slaagt tegen 14 oktober, wanneer hij met een nieuwe beleidsverklaring in het federale parlement verwacht wordt en daar zal kunnen vaststellen dat hij na het afhaken van de N-VA geen Vlaamse meerderheid meer heeft, moet in de komende weken blijken.

Lukt het Leterme niet om de politieke stilstand op federaal vlak te doorbreken en komt ook Peeters snel in woelige communautaire waters terecht zonder vooruitgang te boeken, dan kan dat in het vooruitzicht van de verkiezingen van 2009 vooral die laatste zuur opbreken. Bovendien zal CD&V die nieuwe electorale campagne moeten ingaan zonder het kartel met N-VA. Over het einde van die succesformule bij de verkiezingen in 2004 en 2007 was Bourgeois maandag in elk geval heel duidelijk. En ook N-VA-voorzitter Bart De Wever acht de voortzetting ‘quasi onmogelijk’ nu zijn partij zowel op het federale als op het Vlaamse niveau in de oppositie zit. Een gesprek met de CD&V-leiding over de kartelbanden kan voor de N-VA-voorzitter nog wel.

Bij CD&V zien ze het politieke onweer intussen aankomen. Voor de nieuwe rolverdeling tussen Leterme en Peeters, die ook een groeiende politieke tweespalt tussen beiden moet afstoppen, betaalt de partij cash met het einde van het kartel. Die politieke rekening, met inbegrip van het sluimerende conflict tussen haar twee boegbeelden, kan nog veel groter worden als de keuze die CD&V nu gemaakt heeft, in 2009 zou eindigen in een electorale opdoffer.

DOOR PATRICK MARTENS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content