Rik Coolsaet
Rik Coolsaet Professor Internationale Betrekkingen (UGent)

Migratie is een collectieve nachtmerrie. Washington is in de ban van de illegale migrant. In Europa gooien antimigrantenpartijen hoge ogen. In ons land waarschuwt het Vlaams Belang voor een overrompeling. Racisten hebben echter ongelijk.

De politieke manipulatie rond migratie is een oud zeer. In 1982 schreven Rita Bollen en Frank Moulaert een dun boekje onder dezelfde titel als deze column. Ze gingen het rijtje af van alle mogelijke vooroordelen over wat toen nog ‘gastarbeiders’ heette (en Knack-huistekenaar Ian illustreerde het boekje in zijn eigen onnavolgbare stijl: ‘Ik heb nog geen oordeel over gastarbeiders'(…) ‘alleen maar een vóóroordeel’). Nee, schreven de auteurs, migranten pakken ons werk niet af. Nee, ze sluizen geen fortuinen aan sociale zekerheid door naar het thuisland.

Sommige boodschappen moeten blijkbaar steeds weer opnieuw onder de aandacht gebracht worden. De Internationale Organisatie voor Migratie heeft op haar beurt onlangs nog vooroordelen tegen het licht van de realiteit gehouden – met dezelfde conclusies. Migranten betalen méér belastingen dan dat zij sociale uitkeringen krijgen (vertaald: ze helpen ‘ons’ pensioen te betalen). Migranten en autochtonen zijn geen concurrenten voor dezelfde banen (vertaald: ze nemen ‘ons’ werk niet af).

Natuurlijk verloopt migratie niet probleemloos. De migratie is sinds het midden van de jaren zeventig fors toegenomen. Ook vroeger bracht zulk een migratiegolf spanningen met zich. Martin Scorsese in zijn Gangs of New York en Guido Fonteyn in zijn Afscheid van Magritte (2004): beiden beschrijven ze dat moeizame proces van inburgering, met al de botsingen en angsten die dat honderd jaar geleden teweegbracht. Elke nieuwe groep van allochtonen lijkt recht te hebben op de minachting van de autochtonen en van de groepen allochtonen die hen zijn voorafgegaan. En de laatst aangekomene begint altijd onderaan de ladder.

Waar nieuwkomers voet aan wal zetten, steekt het Wij-tegen-Zij de kop op: ‘De Vlaming is slecht befaamd in den vreemde’, schreef Stijn Streuvels ooit. Guido Fonteyn schetst hoe de Waalse linkerzijde van oordeel was dat het behoud van het katholieke geloof de inburgering van de Vlamingen in de Waalse samenleving bemoeilijkte. Vervang Vlaming door moslim en katholiek geloof door islam en van de tijd van toen zijn we zó beland in het Vlaanderen van vandaag.

We beleven dus echt geen unieke tijd. De toestand is vandaag niet ernstiger dan vroeger. Integendeel. Honderd jaar geleden was een tiende van de wereldbevolking aan het migreren, tegenover minder dan drie procent nu. Vandaag komen relatief minder migranten naar Europa dan dertig jaar geleden. Het Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen berekende dat het aantal vluchtelingen de afgelopen tien jaar met bijna de helft is gedaald, net als het aantal asielaanvragen in de afgelopen vijf jaar.

Ook de reden waarom mensen elders hun heil zoeken, is niet veranderd: een beter en veiliger leven. Toen en nu kampen kinderen en kleinkinderen van migranten met hetzelfde moeizame identiteitsprobleem, eigen aan hun leeftijd, maar met de extra dimensie van twee culturen met elkaar te moeten verzoenen. In alle migratiegolven daalde het geboortecijfer uiteindelijk onherroepelijk tot het gemiddelde van de omringende gemeenschap.

Inburgering heeft haar mechanismen en die werken maar heel langzaam, schrijft Fonteyn. Nieuwkomers tot zondebokken transformeren, heeft dat proces nooit bespoedigd.

RIK COOLSAET DOCEERT INTERNATIONALE POLITIEK AAN DE UNIVERSITEIT GENT.

Rik Coolsaet

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content