De nieuwe voorzitter van het Europees Parlement Jerzy Buzek weet wat politieke loyauteit is.

‘Het is strategisch zeer belangrijk voor mijn land.’ Dat is het eerste wat de Poolse oud-premier Jerzy Buzek (69) in gedachten komt wanneer hij over zijn verkiezing tot voorzitter van het Europees Parlement (EP) spreekt. Toch is de brede steun die hij kreeg van de grootste fracties in Straatsburg een politiek statement dat Polen overstijgt. Het ‘oude Europa’ gunt de voormalige Oostbloklanden nu immers hun eerste Europese topfunctie, vijf jaar na de uitbreiding van de Unie.

Buzeks verkiezing is ook een compensatie voor het aan de kant laten van Radoslaw Sikorski als secretaris-generaal van de NAVO. De Poolse minister van Buitenlandse Zaken moest het begin april afleggen tegen de Deense oud-premier Anders Fogh Rasmussen. Die mag op 1 augustus Jaap de Hoop Scheffer opvolgen omdat gevreesd werd dat de aanstelling van de Pool de alliantie een te anti-Russische uitstraling zou geven. Omdat ze er in Moskou – en in Washington – niet wakker van liggen wie het Europees Parlement leidt, kan een Poolse voorzitter daar wel. Buzeks verkiezing zal het geostrategische evenwicht niet beroeren.

Een EP-voorzitter moet immers ook in de Europese Unie het zware politieke werk aan anderen overlaten. Hij organiseert zijn instelling en heeft voor het overige vooral een representatieve functie.

De verkiezing van Buzek maakt deel uit van het grote akkoord dat zijn christendemocratisch-conservatieve EVP afsloot met de sociaaldemocratische en de liberale fracties in het EP. De herbenoeming van Jose Manuel Barroso tot voorzitter van de Europese Commissie is daarvan het belangrijkste onderdeel. Dat de Portugees zijn tweede mandaat krijgt, is dus zogoed als zeker. Daarom konden de staatshoofden en regeringsleiders hem vorige week formeel voordragen als kandidaat, al dwongen sociaaldemocraten, liberalen en groenen hen om tot september te wachten opde stemming over die kandidatuur.

Buzek, die als gerenommeerd wetenschapper (hij is scheikundig ingenieur) zijn Engels en Frans goed beheerst, is er de man niet naar om Barroso nog een strobreed in de weg te leggen. Als een van de eerste leiders van de vakbond Solidarnosc weet hij wat politieke loyauteit betekent. Wat niet wil zeggen dat hij een mainstream politicus is, zoals de meesten van zijn voorgangers. Buzek behoort tot de kleine minderheid (0,2 %) protestanten in het oerkatholieke Polen. ‘Maar dat was nooit een probleem’, zegt hij. Tussen 1997 en 2001 was hij als premier van zijn land een van de grondleggers van de toetreding van Polen tot de NAVO en tot de Europese Unie. Hij is pleitbezorger van een geïntegreerd Europees leger binnen de NAVO, van een snelle toetreding van Polen tot de eurozone en van een hechter economisch beleid om Europa sterker te maken in de globalisering.

Bernard Bulcke

‘Italië is al lang niet meer de bakermat van de elegantie en de stijl. Dat Berlusconi het land al vijftien jaar regeert, is daarvan het beste bewijs.’

De Italiaanse schrijver Sandro Veronesi, over zijn land en zijn eerste minister, in ‘L’Express’.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content