In de nieuwe Cubaanse grondwet is voor het eerst sprake van ‘privébezit’. Daarmee wordt privébezit legaal, al blijft staatseigendom de voorkeur genieten. Ook werken in de privésector wordt toegestaan, net als de vrijheid van religie. Voor het eerst sinds 1976 wordt de grondwet aangepast. Toen werd Cuba geleid door de autoritaire Fidel Castro, die in de grondwet liet opnemen dat zijn land een ‘communistische maatschappij’ moest zijn, maar ook die passage wordt nu geschrapt. Miguel Diaz-Canel, de nieuwe president, wil dat Cuba zich verder openstelt naar de buitenwereld en hoopt zo nieuwe investeerders aan te trekken.