Gooit de Amerikaanse president George W. Bush zijn gewicht in de schaal van het Midden-Oosten? En aan welke kant?

Zie ook dossier op de website van Knack.

Een goed gewonnen oorlog vraagt een zegetocht, verdeling van de buit, de zon die schijnt op de overwinnaar, en de slaaf achter hem met de lauwerkrans die fluistert: ‘Caesar, denk eraan dat ook jij sterfelijk bent.’ Niets kan nog kapot.

Dit is het moment van de Amerikanse president George W. Bush, de grote overwinnaar op de boze Saddam Hoessein. Zijn zegeronde gaat over Sint-Petersburg naar Evian en dan naar Akaba, in Jordanië. Omstaanders worden verwacht te applaudisseren. De onnavolgbare Condoleezza Rice, hoog in Bush’ omgeving voor de Nationale Veiligheid van de VS, had het uitmuntend beknopt geformuleerd: ‘De Russen vergeven, de Duitsers negeren, de Fransen bestraffen.’ Het eerste gebeurde in Sint-Petersburg, het derde speelde zondag en maandag op de G8-vergadering in Evian.

Allemaal ging het over het doen goedkeuren, achteraf, van de oorlog tegen Irak waar men zich tegen verzet had, door de VS nu de vrije hand te geven – niet alleen in de Verenigde Naties, maar ook in de realiteit – inzake de toekomst van Irak, de heropbouw en het beheer van de olie, die nu weer mag stromen.

Het verzoek om meer applaus is discreet maar dringend: negatieve aspecten van de operatie-Irak beginnen op te duiken. De heropbouw, dat wordt duidelijk, is niet zo doordacht als Washington heeft laten uitschijnen, een eerste ploeg proconsuls is al onverrichter zake weer naar huis gemoeten, en de VS lijken serieus aan kolonisatiewerk begonnen. De ontevredenheid in Irak stijgt, wat te verwachten viel, maar tevens is de ondoorzichtigheid en de chaos gebleven, is er geen nieuw bestuur, en ziet men niet waar dat in de maak zou zijn.

Bovendien is de absoluut prioritaire zoektocht naar Saddams ‘massavernietigingswapens’ vruchteloos gebleken. Men begint te zeggen dat hij er misschien geen had, of dat hij ze, vóór de oorlog nog, vernietigd heeft. Men is het er bijna over eens dat het onmiddellijke gevaar ervan, waar de hoogdringendheid van de oorlog uit was afgeleid, in elk geval fel overdreven was. De Britse premier Tony Blair vertrouwt er nog wel op dat ze alsnog gevonden worden, zij het op kleinere schaal misschien dan beloofd was, maar Paul Wolfowitz, de superhavik van het Pentagon, gaf al toe dat die argumenten inzake massavernietigingswapens maar een voorwendsel waren, een manier om de oorlog aan het grote publiek te verkopen.

Maar samen met het argument van de massavernietigingswapens is ook elke legale basis voor de oorlog verdwenen. Er zijn natuurlijk onvoorspelbaarheden aan een oorlog, zeggen de getrouwen van Bush en Blair, het is mogelijk dat een en ander niet zo voorzien was, en zij wijzen erop dat de oorlog toch al positieve resultaten heeft gebracht. Kijk maar, Saddam Hoessein is weg. Toch zijn er tekenen dat het applaus begint weg te sterven.

DE OBSTAKELS

Er zijn resultaten van de oorlog waar men moeilijk tegen kan zijn. De zuivering van Irak van zijn harde Baathisten kan de democratisering en heropbouw alleen maar helpen. Een vredelievend Irak zou een storende factor minder zijn in de regio: en dit Irak zou sterk en rijk worden, en vastgeklonken zitten aan de Amerikaanse politiek. Irak werd ervan beschuldigd op cynische wijze het terrorisme te sponsoren door massieve sommen geld te beloven aan de families van Palestijnse zelfmoordbommengooiers, en als terroristisch gebrandmerkte verzetsorganisaties te herbergen. Dat is nu dus afgelopen.

Na Irak, voorspelden bepaalde ‘neoconservatieven’ in de VS, zou Syrië aan de beurt moeten komen, en als het enigszins meezat ook Iran. Want ook Syrië herbergde organisaties als de Hamas, en hielp de Hezbollah. Haar Iraanse origines maken die organisatie tot een bruikbaar instrument van de Iraanse ondergrondse anti-Israëlische politiek. Iran zou naast de Hezbollah ook de Palestijnse Islamitische Jihad inspireren, en intussen zelf voortbouwen aan een eigen kernbom. Deze drie – de Hezbollah, de Hamas en de Islamitische Jihad – zijn de belangrijkste groepen die een Israëlisch-Palestijnse vredesregeling op basis van de twee-statenoplossing in de weg staan. Israël – maar ook lieden in de PLO – beweert dat zij uit Syrië en Iran hun instructies ontvangen.

Dus moest ook Syrië worden aangepakt. Men vroeg zich af – de Syriërs niet het minst – of de Amerikaanse oorlogsmachine zou doorrijden naar Damascus. Waar was de Arabische kracht die haar zou tegenhouden? Maar oorlog voeren kost geld. Paul Wolfowitz en Defensieminister Donald Rumsfeld – en andere haviken in Washington – zetten een enorm grote mond op tegen Syrië, en het regime van de jonge Bashar el Assad ging prompt door de knieën. De naar Syrië gevluchte Baathisten uit Irak, de hoge omes van Saddams regime – het fameuze Amerikaanse kaartspel – werden en worden geluidloos uitgeleverd aan de VS. De Hezbollah werd stilgelegd, de Palestijnse groepen, Hamas en andere, kregen verbod nog aan terrorisme te doen en hun kantoren in Damascus zouden gesloten zijn. Over Libanon kan onderhandeld worden, zegt Damascus, liefst in het kader van een totaaloplossing voor het hele Midden-Oosten. Dat is waar wij aan werken, zeggen de Amerikanen. Bleef Iran, de derde stoorzender.

Het is gemakkelijk te zien waarom Syrië wel moest plooien. In deze nieuwe situatie zit Syrië gewrongen tussen NAVO-land en VS-bondgenoot Turkije in het noorden, Israël in het westen, en door een enorm Amerikaans leger bezet Irak in het oosten. Het Syrische leger heeft in geval van een ernstig conflict geen schijn van kans.

Met Iran ligt dat anders. Dat is zeer groot en wispelturig en onleesbaar met zijn dubbele gezagsstructuren, waar president Mohammed Khatami wel vrede zou willen met de VS en waarom niet met Israël, maar de geestelijke leider Ali Khamenei niet. Washington had al duidelijk gemaakt aan Iran dat het, voor normale relaties met de VS, eerst zijn anti-Israëlische politiek zou moeten aanpassen. Nu staan de Amerikanen daar, en Iran krijgt de behandeling van de grote mond, net als Syrië. Als dat werkt, ligt het traditionele terrorisme tegen Israël plat.

DE ROADMAP

Het is in Akaba, deze woensdag, dat dit alles op tafel komt, als Bush met de Israëlische premier Ariel Sharon en de Palestijnse nieuwe premier Mahmoud Abbas – alias Abu Mazen – de zogenaamde ‘roadmap’ bespreekt, het plan om in fasen de oorlog tussen Israël en de Palestijnen stil te leggen en naar een regeling te gaan met een ‘leefbare’ Palestijnse staat tegen 2005. Dat plan is vorige week aanvaard door de Israëlische regering, na een opgemerkte toespraak van Sharon, waarin die zei dat 3,5 miljoen Palestijnen onder bezetting houden ‘slecht’ was, ‘voor hen en voor Israël’. Sharon en Abu Mazen spraken met elkaar op donderdag 29 mei. De Palestijnen hadden zelf de roadmap al dadelijk aanvaard, en Abbas zei na het gesprek dat hij Sharon zou geloven naarmate hij zijn daden zag op het terrein.

Heel dit onwaarschijnlijke plan zit vast op twee elementen, die bijna wederzijds moeten worden vervuld eer een echt vredesproces van start kan gaan. Enerzijds moeten de Palestijnen het geweld tegen Israël stopzetten, vooral de zelfmoordbommen. Abu Mazen zei al dat hij géén Palestijnse burgeroorlog wil ontketenen om dat te bereiken, maar zou trachten met Hamas en de anderen tot een wapenstilstand te komen – en in Israël zei al iemand dat een wapenstilstand niet voldoende zou zijn. Anderzijds moet Israël de kolonisatie stopzetten, en mettertijd sommige illegale kolonies weer afbreken. Zelfs minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell zegt dat dat voor de Israëlische regering heel moeilijk zal zijn. Daarbij heeft Sharon de roadmap wel aanvaard, maar hij heeft er veertien ‘opmerkingen’ bij gemaakt, en daar zal, blijkt uit verklaringen, ‘volledig rekening mee worden gehouden’. Anderen zeggen dat Israël het plan helemaal niet aanvaard heeft. Iedereen lijkt genoeg vertrouwen te hebben in de bekwaamheid van Sharon om de roadmap dezelfde vergeetput in te sturen waar de vorige vredesplannen voor het Midden-Oosten rusten.

Daarom is het interessant te zien wat president Bush nu doet. Zijn kleine topconferentie in Akaba stond oorspronkelijk niet op zijn reisprogramma, die zou hij er onverwachts aan hebben toegevoegd. Sharon, die nooit van de roadmap wou weten, zou door hem onder druk gezet zijn om ze toch te aanvaarden. Het is waar dat Bush, door met zijn oorlog het Syrische en Iraanse tapijt weg te trekken onder de voeten van Hamas en Jihad, een volledig Sharon-vriendelijke omgeving heeft geschapen, althans voor de korte termijn. Als Sharon geen aanslagen meer te vrezen heeft, staat het hem vrij met de roadmap te doen wat hij wil. Op dat moment van Pax Americana ligt de doorslaggevende factor bij George W. Bush. Die kan zijn hele gewicht achter een roadmap zetten en druk uitoefenen op Sharon voor een echte Palestijnse staat, zoals men die kent uit al die voorgaande plannen, of hij kan voortbouwen aan het Israëlische Midden-Oosten, in zoverre dat gaat. Het is ongeveer nu dat hij dat moet beslissen.

Sus van Elzen

Wolfowitz gaf al toe dat saddams massavernietigingswapens een alibi waren om de oorlog aan het grote publiek te verkopen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content