PETER CARMELIET (56)

Peter Carmeliet: 'We moesten zorgen voor gezonde bloedvaten zodat de tumor zich goed voelt op die plek, daar blijft en níét gaat uitzaaien.' © SANDER DE WILDE

Geldt wereldwijd als een van de 400 meest invloedrijke wetenschappers in biomedisch onderzoek.

KU Leuven, VIB Vesalius Research Center

Toen Peter Carmeliet in 2002 de prestigieuze Francquiprijs kreeg, hoopte hij nog kankercellen te kunnen ‘uithongeren’ door de bloedkraan dicht te draaien. Maar nadat zijn baanbrekend werk niet de verhoopte resultaten had gegeven, veranderde hij radicaal van koers. Jaren en veel frustraties later heeft zijn team beloftevolle nieuwe methodes ontwikkeld om kanker te bestrijden. ‘Als je als onderzoeker grenzen wilt verleggen, moet je durven te springen. En je moet een sterk karakter hebben. Na de zoveelste tegenslag moet je weer overeindkrabbelen en nieuwe oplossingen zoeken.’

Carmeliet kan het als geen ander. Hij bestudeert nog steeds bloedvaten, maar op een andere manier dan vroeger. ‘Om te groeien heeft een tumor zuurstof en andere voedingsstoffen nodig. Daarom stimuleren ze de aanmaak van nieuwe bloedvaten die dat voedsel aanvoeren. De idee was: als je die groei van nieuwe bloedvaten blokkeert, kun je de tumor laten wegkwijnen. Bij muizen was het ons gelukt, maar bij mensen werkte het niet goed genoeg.’

Waarom niet? ‘Kanker is slim. Als je een tumor in het nauw drijft, zoekt die een uitweg. Blokkeer je één eiwit dat bloedvaten stimuleert, dan zoekt de tumor gewoon een ander eiwit om bloedvaten te maken. Tumorgroei hou je niet zomaar tegen. Maar kankercellen groeien zo snel dat hun bloedvaten abnormaal ontwikkelen.’

Dat leidt tot een bizarre paradox. ‘Het zorgt voor een slechtere aanvoer van zuurstof en andere voedingsstoffen. Dat creëert dan weer een onaangename omgeving voor de tumor, die een uitweg zal zoeken. Nu hebben die abnormale bloedvaten ook scheurtjes in de wand waarlangs kankercellen kunnen ontsnappen en uitzaaien. Meer dan negentig procent van de kankerpatiënten sterft aan uitzaaiingen. Dat wil je dus absoluut vermijden.

‘Als je die tumor gaat uithongeren door de bloedkraan dicht te draaien, maak je het probleem nog erger. Je snijdt immers de toevoer van zuurstof en voedingsstoffen nog meer af. Resultaat? De tumor kan nog sneller beginnen uit te zaaien.’

Zeven jaar geleden besefte Carmeliet: het roer moet om. ‘We moesten zorgen voor gezonde bloedvaten zodat de tumor zich goed voelt op die plek, daar blijft en níét gaat uitzaaien. Dan kun je de kanker lokaal met bestaande chemo- of immuuntherapie bestrijden. Dat lukt ook beter met gezonde bloedvaten.’

Het klonk contra-intuïtief, maar Carmeliet wist dat het klopte. ‘Vergelijk die tumorbloedvaten met een auto. Eerst probeerden we de chauffeur uit te schakelen. Tot we beseften dat de tumor dan gewoon een andere bestuurder zoekt waardoor de auto weer verder rijdt. We moesten zorgen dat de motor stilvalt.’ Op zoek naar een manier om de tumorbloedvaten te genezen, ontdekte hij dat ze verslaafd zijn aan suikers. ‘De motor is hier de stofwisseling van suiker. Als je het suikerverbruik blokkeert, leg je de motor plat. En de bloedvaten blijken dan ook opnieuw normaal te functioneren.’

Hij besloot er voluit op in te zetten. ‘Iedereen verklaarde ons gek. Ik wist veel van bloedvaten, maar weinig van de stofwisseling. Dat betekende: studeren. Het moeilijkst was beslissen voor de hele onderzoeksgroep. Als ik mij vergiste, zette ik carrières van heel wat jonge mensen op het spel. We kregen nergens financiering voor dat gewaagde project. Gelukkig hadden we nog geld van eerdere projecten.

‘Na vier jaar hadden we nog geen enkele publicatie, dat is lang. We kregen ook felle kritiek. Het duurde vijf jaar voor we gelijk kregen.’ Vorige maand haalde zijn groep het nieuws met een nieuwe doorbraak. ‘Nu hebben we publicaties in toptijdschriften. Vandaag willen onderzoekers van overal hier komen werken. Dat is fijn, maar ik betreur dat er geen financiering is voor zulke vernieuwende ideeën als ze nog in een prille fase zitten. Wil je écht vooruitgang boeken, dan heb je die nodig. En onderzoekers die risico’s durven te nemen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content