Van chaos naar ordening: het OLV College van Brugge wil politieke betrokkenheid van jongeren vertalen in een flitsende film.

Jongeren laten spreken in hun eigen taal. Dat is het uitgangspunt van de film die het OLV College van Brugge wil maken over politieke uitsluiting van jongeren. Een film die alle politieke beslissingsniveaus belicht, vanaf de eigen leerlingenraad over de gemeenteraad, provincieraad, het deelstaatparlement, tot het federale en het Europese parlement. Een film in flitsende MTV-stijl, want dat is nu net de jongerentaal, maar met een duidelijke boodschap: politiek moét.

Het hele project heet “Don Quichote” en wordt mogelijk gemaakt dankzij de financiële steun van het Fonds P&V. Het door verzekeringsmaatschappij P&V en de Koning Boudewijnstichting opgerichte jongerenparlement, bestaande uit 88 jongens en meisjes tussen 17 en 23 jaar, kent het Brugs College ruim anderhalf miljoen frank toe. In totaal verdeelt het jongerenparlement dertien miljoen over elf projecten rond politieke uitsluiting.

“Bij het woord uitsluiting wordt steevast gedacht aan gastarbeiders en sociaal achtergestelden, terwijl volgens mij àlle jongeren politiek uitgesloten zijn”, zegt Hans Gevaert, mede-initiatiefnemer van “Don Quichote”. Gevaert, leraar wiskunde aan het College, maakt zich zorgen. “Onze school zit vol met verstandige jongens en meisjes, maar zelfs zij zijn absoluut niet geïnteresseerd in politiek. Met andere woorden, ze sluiten zichzelf uit. Ze erkennen in de politiek niet meer het wezen van de maatschappij. Ze sluiten zich alleen nog aan bij sportverenigingen, toneelclubs of jeugdbewegingen. Ze beseffen echter niet, of in ieder geval onvoldoende, dat andere mensen de regels van de maatschappij vastleggen. Ze geloven niet in de mogelijkheid dat ze de regels kunnen veranderen door het heft zelf in handen te nemen en mensen te overtuigen van hun gelijk.”

Die houding is volgens Gevaert het gevolg van de schandalen en sjoemelarijen in de nationale politiek. “Maar ook de affaire met Clinton richt heel wat kwaad aan. Het bevestigt de indruk dat politici allemaal even huichelachtig zijn. Terwijl de werkelijkheid toch anders is. In de plaatselijke gemeenteraad, waar ik voor de VLD in zetel, zitten heel wat integere mensen.”

Het kan niet verhinderen dat de apathie van de jongeren is uitgegroeid tot een allergie, die nog versterkt wordt door de ontoegankelijkheid van de politiek. “Ze hebben het gevoel van: dit gaat ons petje te boven. Gemeenteraad, Vlaams parlement, federaal parlement: het zijn instituten waar ze wel een keer met de school op bezoek mogen komen, maar daar houdt het mee op. Hoe het er echt toegaat, hoe een gemeente of een gewest bestuurd wordt, weten ze niet. Ze komen eigenlijk alleen in contact met de politiek via de omslachtige administratie, als ze bijvoorbeeld materiaal willen vervoeren voor een sportkamp. Handtekening hier, stempel daar, zoveel kopieën van dit en zoveel van dat. Het maakt dat jongeren uiteindelijk zeggen: voor ons hoeft het niet.”

ALS DOCUMENTAIRE OP KETNET

Is dit het einde van het politiek engagement? Volgens Hans Gevaert is het zaak om de jongeren erop te wijzen dat politiek ook voor hen belangrijk is. “Als er dingen misgaan, als de administratie veel te omslachtig is of het milieu ten onder gaat aan vervuiling, moeten ze beseffen dat ze zelf kunnen ingrijpen.”

Om jongeren te bereiken, moet je ze wel in hun eigen taal aanspreken. Gevaert: “MTV-taal, zo je wil. Flitsend, snel, kort. Misschien niet meteen beklijvend, maar bij herhaling wel.” Film leek de meest geschikte vorm. Het eindproduct, “Don Quichote”, moet er ongeveer als een lange videoclip uitzien. En als hij af is, moet de film aan de buitenwereld kunnen worden getoond. Als documentaire op Ketnet of zo, hoopt Gevaert. Het plan is dus zeker niet om een leuk amateurfilmpje in elkaar te boksen. Er zal een beroep worden gedaan op professionele krachten uit de televisiewereld, ervaren productiehuizen. Woestijnvis of zo, in die richting denkt Gevaert. Samenwerking met een professioneel team zal de motivatie van de leerlingen er alleen maar sterker op maken.

“Het is de bedoeling om bij de verschillende beslissingsorganen te gaan filmen”, zegt Gevaert. “Op àlle niveaus worden beslissingen genomen die jongeren aangaan, dus moet je daar ook met de camera heen. Een zestienjarige stelt zich geen vragen bij de prijs van een treinticket. Als het driehonderd frank is, dan is het driehonderd frank. Punt. Hoe ouder je wordt, hoe meer je echter tot de vaststelling komt dat alle dingen afhangen van een aantal mensen die met touwtjes poppenkast spelen. Je moet ervoor zorgen dat je zelf bij de poppenspelers hoort.”

Van chaos naar ordening gaan, zo ziet Hans Gevaert de essentie van de film én de politiek. “Het zijn de beslissingen van politici die de brug vormen tussen de chaos en de ordening in de samenleving. Dat in beeld brengen, lijkt me een van de belangrijkste uitdagingen en opdrachten. Maar we zullen zien, de jongeren zullen beslissen over de inhoud.”

Wel is al duidelijk: hoe zuiniger er wordt omgesprongen met gesproken taal, hoe makkelijker men de film zal kunnen restylen voor gebruik in het buitenland. Daarnaast zullen de deelnemers aan het project hun werkmethodes nauwkeurig omschrijven en verspreiden, zodat andere jongerengroepen gelijkaardige projecten kunnen opzetten. Video’s over drugsgebruik, migrantenkwesties of seksualiteitsbeleving, bijvoorbeeld. Essentieel daarbij is dat de jongeren de kans krijgen om zich in hun eigen lingo uit te drukken. “Doe je dat niet, dan is je plan tot mislukken gedoemd. Wanneer je als volwassene zelf de richting van een project bepaalt, dan is dat voor jongeren al genoeg om niét mee te doen. Je moet ze zelf iets laten opbouwen. Hen vertrouwen geven. Ja, ze zullen hier en daar fouten begaan, maar dat hoort nu eenmaal bij het leerproces. Als leraar of schoolverantwoordelijke mag je enkel praktische of logistieke ondersteuning leveren. Je kan hen bijstaan met advies, maar je mag hen niets opdringen. Het zou alleen maar een averechts effect hebben.”

EEN JONGERENPARLEMENT SINDS ’68

Inspraak voor jongeren is een trendy slogan, die door het Brugse OLV College echter al lang geleden in de praktijk werd gebracht. Waar het jongerenparlement een uitvinding van de jongste jaren lijkt, heeft het college er namelijk al dertig jaar eentje. Een rechtstreeks gevolg van de woelige gebeurtenissen van mei ’68. Dezer dagen komt het parlement, in de vorm van een leerlingenraad, om de drie weken samen om te praten over wat er zich binnen en buiten de school afspeelt. De “agenda” wordt bepaald door vijf schoolwerkgroepen, die zich onder andere richten op milieu, cultuur, sport en sociale zaken. Gevaert: “Ten tijde van de Witte Mars wilden de leerlingen hier massaal de straat op. Toen is de leerlingenraad in spoedberaad bijeengekomen, omdat ze vond dat zo’n blind protest niet veel zou opleveren en bovendien gevaarlijk was. Zomaar ineens op een kruispunt gaan staan, dat is niet zonder risico. De raad informeerde, sensibiliseerde en stelde alternatieven voor. Ze nam even de functie van de schooldirectie over. Prachtig.”

Vernietigende kritiek, krasse uitspraken, extreme standpunten: laat jongeren aan het woord en het kan er stuiven. Zal de school – met haar katholieke achtergrond – kunnen nalaten om Moedertje Moraal in te roepen? “Er wordt geen enkele vorm van censuur uitgeoefend”, antwoordt Gevaert. “We staan open voor alle uitspraken en ideeën, dat is de consequentie van jongereninspraak. We zullen onze wenkbrauwen fronsen, maar dat moet dan maar. Zolang de jongeren maar oprecht zijn in hun kritiek. En een stapje verder denken. Kritiek allèèn volstaat niet, je moet er iets tegenover stellen. Ik vind: we moeten geen omvangrijke budgetten vragen om met zijn allen een potje te kunnen kankeren. Ik verwacht dat er opbouwend wordt gedacht. Het gekanker maakt deel uit van de chaos, op weg naar de ordening.”

“Trouwens, bijna alle politici die vandaag de plak zwaaien, traden ooit naar voren met radicale standpunten. Ze reageerden tegen de politieke constellatie van hun tijd, maar bogen hun antireactie dan om in eigen initiatief. Wat me verontrust, is dat er nu ook bij de volwassenen een sterke aversie bestaat tegen de politiek, zodat het niet vanzelfsprekend meer is dat de jeugd wel zal bijdraaien. Het is nochtans de jeugd die over pakweg twintig jaar het beleid zal moeten voeren. Past ze, dan zullen machtswellustelingen met minder goede bedoelingen klaarstaan om de macht te grijpen. Het afsterven van de democratie. Hitler kon alleen opgang maken omdat niemand op dat moment de behoefte voelde om aan politiek te doen. Wel, ik wens geen herhaling van die tijd, ik heb toch liever dat het land bestuurd wordt door intelligente mensen.”

Bart Vandormael

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content