Een gesprekje met oppositieleider Said Sadi in Algiers: een ontoepasbare wet.

Dr. Said Sadi is de partijleider van het Rassemblement pour la Culture et la Démocratie, RCD, een van de twee oppositiepartijen (samen met het Front des Forces socialistes, FFS, van Hocine Aït Ahmed) die in Kabylië het best ingeplant zijn.

SAID SADI: Die arabisatiewet past heel goed in de regeerstijl van het Algerijnse regime. Dat steunt niet op een programma of een maatschappijvisie, maar is georganiseerd rond enkele referentiepunten zoals de godsdienst, de onafhankelijkheidsoorlog of het Arabisch. En ze gaat te werk met oekazen. De arabisatie van het land past dan in een poging tot legitimering van de macht. Maar dit gezegd zijnde, denk ik dat die wet niet kan worden toegepast. Er zijn tot hiertoe ook geen pogingen toe gedaan – maar dat interesseert hen niet. Wat zij willen, is over de instellingen en de politieke beslissingscentra een soort politiek terrorisme werpen, waardoor elke vorm van sociale of politieke contestatie geneutraliseerd wordt.

Dreigt het conflict tussen Berber en Arabisch het land in twee te delen?

SADI: Nee, daar zijn we nog niet. Wat hier dreigt, is meer algemeen, een soort implosie. Ik geloof niet dat we lang kunnen voortdoen met een regime zonder plan of visie, waarvan de instellingen meer controle-instrumenten zijn dan werktuigen voor welke nationale opbouw dan ook, en dat zijn “Sudanese” neigingen niet onder stoelen of banken steekt. Dat wil zeggen een cliëntelistisch regime, dat als enig doel heeft aan de macht te blijven, te midden van een grote sociale crisis en civiele en militaire instellingen die ongeloofwaardig worden, en dat politieke recepten zoekt om te duren in een ogenschijnlijk evenwicht. Voilà. Dàt kan imploderen, maar volgens mij niet door de berberkwestie.

Is dit een gebaar naar de fundamentalisten?

SADI: Zeker, want de fundamentalisten steunen op dezelfde bron van legitimiteit. Van verre lijkt het dat de regering en de islamisten in Algerije met elkaar om objectieve redenen in conflict zijn, maar dat is helemaal niet waar. Globaal gezien willen die hetzelfde, hun conflict gaat over de verdeling van de macht. Die arabisatiekwestie versterkt in feite nog een beetje de islamitisch-conservatieve familie.

Het feit dat de arabisatie bovenop de moord op Lounes Matoub komt, kan explosieve gevolgen hebben?

SADI: Het is zeker duidelijk dat het regime de mobilisatiecapaciteiten tegen die wet schromelijk onderschat heeft. Die wet wordt aangevoeld als een aanval op de vrijheid van spreken, en op de meertaligheid van het land: het is minder een wet vóór het Arabisch dan wel een wet tégen het Berber, en daarnaast tegen het Frans. Wat we nu meemaken, is een afglijden van het regime dat met alle macht probeert de aanwezige populistische, conservatieve kracht rond zich bij elkaar te houden, en anderzijds hele lagen van de maatschappij die tot nog toe niet aan politiek gedaan hebben, en die wachten op een politiek kader dat hen zou aanspreken. Algerije heeft de fase van de eenheidspartij doorgemaakt, heeft met schade en schande de islamistische bekoring ondervonden, en in de neergaande fase van die twee strekkingen moeten we nu iets anders uitwerken met de partijen die én het FIS én de regering als model afwijzen.

Sus Van Elzen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content