Honderdduizenden kinderen worden elke dag heen en weer gejaagd van slagveld naar slachtveld. Aan het einde wacht de dood.

Minstens 300.000 kinderen jonger dan achttien jaar vechten vandaag in een of andere oorlog ergens in deze wereld. Honderdduizenden anderen zijn ingelijfd in een regulier leger of maken deel uit van gewapende oppositiegroepen. De kinderen weten vaak niet echt waarvoor ze strijden.

Wat ze wel weten, is dat ze op elk ogenblik naar een of ander slagveld kunnen worden gejaagd. Over het waar en wanneer beslissen ze niet zelf. Dat doen hun “volwassen” officieren en commandanten wel voor hen.

De meeste kinderen worden in hun land op een zogenaamd legale manier gerekruteerd. Anderen worden ontvoerd of met geweld gedwongen om kindsoldaat te worden. De meeste kindsoldaten zijn jongens. Gewapende oppositiegroepen rekruteren ook wel meisjes. Meestal zijn de kinderen tussen vijftien en achttien jaar. Een heel aantal kindsoldaten zijn veel jonger. Soms worden ze ingelijfd vanaf tien jaar.

Het leven van een kindsoldaat is altijd bijzonder hard, vaak gruwelijk. Meestal begint een kind als drager, boodschapper of spion. Uiteindelijk komt het kind altijd in de frontlinie terecht. Tijdens de Iraaks-Iraanse oorlog van 1980 tot 1988 werden duizenden jongens als “kanonnenvoer” naar de vijandelijke linies gedreven en door mijnenvelden gejaagd. Laurent-Désiré Kabila – nu president van Congo – zette vorig jaar tussen 6000 en 20.000 kindsoldaten in om de toenmalige president Mobutu Sese Seko te verdrijven.

STEEDS MEER LICHTE WAPENS

De jongste jaren worden steeds meer kinderen ingezet bij oorlogvoering. Daar is een verklaring voor. Bij grotere en kleinere militaire conflicten worden steeds vaker “handige” kleine en lichte wapens gebruikt. De cynisch inventieve wapenindustrie heeft haar aanbod op dat vlak stevig uitgebreid. Die kleine lichte wapens kunnen veel makkelijker door kinderen gehanteerd worden. In sommige landen zijn deze lichte wapens trouwens makkelijker te krijgen en goedkoper dan schoolboeken.

Kinderen bieden zich in een door een jaren aanslepende oorlog kapotgeschoten land vaak zelf aan als “oorlogsvrijwilliger”. Omdat ze uitgehongerd zijn of niemand meer hebben die voor hen zorgt.

Het internationaal humanitair recht en het Kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties verbieden inlijving van kinderen jonger dan vijftien jaar. Rekrutering van deze kinderen kan dus nooit “legaal” zijn. Amnesty International en Human Rights Watch gaan nog verder. Zij stellen dat kinderen onder de achttien jaar nooit mogen worden ingelijfd. Wie minderjarige kinderen rekruteert, met of zonder geweld of intimidatie, moet voor een rechtbank gedaagd worden.

Kindsoldaten moeten onmiddellijk gedemobiliseerd worden: ze moeten gewoon naar school kunnen gaan en weer kunnen spelen.

De internationale gemeenschap doet veel te weinig aan de verschrikkelijke toestand waarin honderdduizenden kinderen zich bevinden. Kinderen die deze situatie proberen te ontvluchten of aan te klagen, botsen te vaak op een muur van onverschilligheid van de volwassen wereld. Dat hoeven ze echt niet langer te nemen.

Willy Laes, Peter Minten, Amnesty International.

Deze reeks is een gemeenschappelijk initiatief van de Liga voor Mensenrechten, Amnesty International Vlaanderen, Artsen zonder Grenzen, Oxfam-Solidariteit en de uitgever van Knack.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content