De nieuwe regering van Israël joeg de Arabische wereld de stuipen op het lijf voor ze goed en wel gevormd was.

Na de nauwe maar beslissende overwinning van Likoed-leider Benyamin Netanyahu in de Israëlische premier-verkiezingen, was het wachten op de regering die hij zou vormen. Enerzijds had ?Bibi? Netanyahu wel verklaard dat hij gesloten akkoorden in het raam van het vredesproces zou eerbiedigen. Maar anderzijds was hij verkozen op een programma dat lijnrecht inging tegen die akkoorden en dat vredesproces, en daarbij nog tegen een viertal VN-resoluties.

Toen begin vorige week, verrassend snel, de voorlopig definitieve regering dan kon aantreden, ging een stuk van de boodschap die zij bracht zelfs verloren in het gestuntel van een nog onhandige neofiet-eerste-minister. Met name de opstand in de Likoed-rangen, omdat Bibi al teveel sleutelministeries had vergeven aan kleinere partijen in de coalitie (wat Benny Begin en Dan Meridor nog hun portefeuilles van Wetenschapsbeleid en Financiën opleverde), en de weigering van minister van Buitenlandse Zaken David Levy om te dienen als superhavik generaal Ariël Sharon niet óók zijn ministerpost kreeg. (David Levy draaide bij, en voor Ariël Sharon werd dan maar begonnen een ministerie ineen te knutselen.)

Wie er intussen niet om konden lachen, dat waren de Arabieren. De inzet van het spel gaat immers de Arabieren in de eerste plaats aan, en dan de Palestijnen in het bijzonder. Want wat was de boodschap van het regeringsprogramma, zelfs als geen rekening zou worden gehouden met de eigenlijke samenstelling van een regeringsploeg met lieden als Rafael Eitan, Benny Begin en Ariël Sharon erin ? Ze wordt gauw samengevat in wat men nu al het ?drievoudig nee? noemt (ongewild de echo van een ander ?drievoudig nee? dat indertijd van Arabische kant kwam) : neen aan een onafhankelijke Palestijnse staat, neen aan de Palestijnse eisen op Jeruzalem, neen aan de teruggave van de Golanhoogvlakte. Waar dan één ?ja? tegenover staat : ja aan de versterking en uitbreiding van de joodse nederzettingen in de Bezette Gebieden. Het argument dat zo’n politiek een tijdbom met een niet eens lange lont onder het vredesproces legt, wordt dan door de Israëlische rechterzijde als ?slogantaal? afgedaan.

Een beetje anders geformuleerd, komt het nieuwe credo er eigenlijk op neer dat de regering Netanyahu ?de akkoorden van Oslo wel wil naleven zolang de Palestijnen die ook naar de letter uitvoeren?, maar eigenlijk de notie ?land in ruil voor vrede? uit het vredesproces weg wil. In plaats daarvan wordt teruggegrepen naar de oude frase van ex-premier Itzhak Shamir, ?Vrede in ruil voor vrede.? Wat mooi en redelijk kan klinken voor wie niet naar de feitelijke toestand op de grond in de regio kijkt waar president Hafez el Assad van Syrië en Hosni Moebarak van Egypte en koning Hoessein van Jordanië de zaak moeten beredderen, om het maar eens niet te hebben over Palestijnenleider Yasser Arafat , want doet men dat wel, dan luidt de boodschap, letterlijk genomen, ?oorlog?.

RETORIEK.

Natuurlijk moet er rekening mee worden gehouden dat gespierde boodschappen in het Midden-Oosten een meer dan normale dosis retoriek kunnen bevatten. En dat de soep ook daar niet noodzakelijk zo heet wordt gegeten als ze wordt opgediend. Dan luidt de vraag natuurlijk opnieuw : hoeveel van wat hij zegt of laat verklaren méént Bibi Netanyahu ernstig, en hoeveel daarvan is voor intern gebruik van het eigen kamp bedoeld, oorlogskreten om er de Sharons mee rustig te houden ?

Het moet ook die vraag zijn die de Arabieren, zelf ook niet wars van enige retoriek als ze zijn, de afgelopen dagen bezighield, en die hen vorig weekeinde in Caïro bijeenbracht op de eerste ?geslaagde? Arabische topconferentie sinds 1990. Saddam Hoessein van Irak was er niet bij niet uitgenodigd maar alle anderen wel. Wat moesten ze aan met die nieuwe Israëlische regering ? Hadden ze dan geen last genoeg met hun eigen vetes ? Bij het bijeenroepen van de top had er enige paniek geheerst, die door Israëlische ?experts? gauw uitgebuit was als mogelijk voer voor Bibi om het vredesproces helemaal stop te zetten. Ging Arafat, zoals te horen viel, de onafhankelijke Palestijnse staat uitroepen ? Dan kon men het helemaal vergeten.

Uiteindelijk is het natuurlijk een ?gewone? top geworden. De Egyptenaar Moebarak, gastheer van het gebeuren, had naar verluidt een brief van Netanyahu gekregen, misschien met een begin van antwoord op die vraag erin, en de bijeenkomst kon haar loop nemen in kalmte, eindigen met een ?gematigd ferme oproep? aan Israël, om het vredesproces niet op te blazen. De staat Palestina werd niet uitgeroepen. Bibi heeft de bijkomende voorwaarden van de Arabische top al geweigerd. Assad hoopt nog altijd op een leidende rol in de Arabische eenheid. Het oude Midden-Oosten is weer helemaal terug. En Benyamin Netanyahu heeft, via zijn woordvoerster, laten weten dat hij, wegens de ernst van zijn functie, niet meer ?Bibi? wil genoemd worden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content