Wie gaat spelevaren in Indonesische wateren, kan voor minder prettige verrassingen komen te staan.

De Amerikaanse duikers raakten steeds meer opgewonden toen ze met hun dertig meter lange houten motorboot langs de piepkleine eilandjes ten zuiden van Sulawesi voeren. Het was mei. Ze wierpen het anker uit bij een eilandje dat Salayar heet. Ze hadden hun maaltijd met vis en rijst bijna beëindigd toen twaalf mannen in haveloze politie-uniformen en gewapend met pistolen langs de achtersteven aan boord kwamen. Ze dwongen de Amerikanen naar de boeg te gaan, een motorboot kwam langszij en de piloot bedreigde hen met twee 50 kaliber machinegeweren.

“Ze hadden zo een gat in onze boot kunnen schieten”, zegt Mike Severns, die de trip had georganiseerd. Uiteindelijk gingen de piraten ervandoor met een paar kartonnetjes bier.

Voor een plezierreis kun je de Indonesische wateren tegenwoordig beter niet meer opzoeken. Naarmate de onrust en de armoede toenemen, zoeken de vissers lucratievere bezigheden. Sommigen vervoegen zich bij de piratensyndicaten, anderen gaan gewoon achter glimmende jachten en speedboten aan. “De Indonesische zee is niet voor sufferds en lichtgelovigen”, zegt Hans Otto, die al dertig jaar met charterschepen tussen Java en Sumatra vaart. “Iedere visser kan in een piraat veranderen als je te vriendelijk bent. Voor hem ben je gewoon een grote vis.”

Sulawesi is al eeuwen berucht om zijn piraterij. In de negentiende eeuw hadden hele dorpen zich in het vak bekwaamd en vielen Britse oorlogsbodems en koopvaardijschepen aan die op weg waren naar de Molukken. De situatie ten oosten van Sulawesi is nu zo beroerd dat de jaarlijkse race tussen Darwin en Ambon is afgelast. Onlangs zijn er ook schermutselingen geweest tussen christenen en moslims. “Het gebied is nogal levendig tegenwoordig”, zegt Bruce Maxwell, uitgever van het magazine Asian Boating. Veel zeelui geven zich ook op voor een regatta in Ujung Padang in Zuid-Sulawesi. De wedstrijd vindt volgende maand plaats, “maar er zullen niet al te veel toeschouwers zijn dit jaar”, zegt Maxwell.

En het kan nog erger. In 1995 overviel een heel Indonesisch dorp een veertig meter lang luxejacht ten zuiden van Ambon. Terwijl de ober in smoking de 22 gasten bediende, kwamen de vissers aan boord. Het dorpshoofd wou 10.000 dollar. De Europese eigenaar van de boot trok z’n hemd uit en wou op de vuist gaan. Een visser viel hem aan en toen wierp een van de bemanningsleden de dorpeling overboord. Algauw stonden duizend dorpelingen, gewapend met speren en messen, langs de vloedlijn en schreeuwden “Vermoord ze! Vermoord ze!”. Uiteindelijk hebben ze maar ongeveer 500 dollar betaald.

Wie rustig wil gaan zeilen, kan dus maar beter uitkijken. De zee rond Bali lijkt veilig, net als de gebieden waar vaak wordt gepatrouilleerd, zoals de baai van Jakarta. Maar je kunt ook gewoon op het strand blijven.

Saaier, dat wel. Maar ook veiliger.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content