Minister Joke Schauvliege vindt dat de Belgische ervaring met de energiesector een les moet zijn.
‘In de economie kunnen we nieuwe wegen inslaan met ecodesign, zodat minder afval achterblijft en meer materialen gerecupereerd worden’, zegt Vlaams minister van Milieu Joke Schauvliege (CD&V). ‘Zo heb ik recent met de autosector een overeenkomst gesloten om de recuperatiegraad voor onderdelen van afgedankte voertuigen op te trekken van 85 naar 95 procent. Ander voorbeeld is het grindfonds, dat gespekt wordt door de grindboeren en gedeeltelijk wordt aangewend voor onderzoek naar nieuwe grondstoffen in de bouw.’
Intussen wordt het rendement van de verbrandingsinstallaties in Vlaanderen mee op peil gehouden door een verbod op het storten van brandbaar bedrijfsafval.
Joke Schauvliege: Het storten van afval is een ultieme remedie. Een beperkt aantal stortplaatsen kan dienen als buffer, maar we moeten ze niet kunstmatig openhouden. De zorg om het milieu gaat voor economische aspecten. Dat betekent niet dat die stortplaatsen op termijn niet op een ecologisch verantwoorde manier gesloten zouden worden. In Gent is zo’n stortplaats failliet gegaan, maar we lossen de afwerking nu op met een waarborgfonds. Elders – denk aan het Remostort van de Groep Machiels in Limburg – zijn er plannen voor energierecuperatie uit gestort afval.
Door een nieuwe Europese kaderrichtlijn komt de concurrentie voor de verbranding van bedrijfsafval binnenkort ook uit Nederland en Duitsland.
Schauvliege: In Vlaanderen moeten we die richtlijn nog in eigen regelgeving omzetten. Voor huishoudelijk afval is er niet meteen een probleem. De verwerking daarvan beschouwt Europa als een vorm van publieke dienstverlening, die elke lidstaat zelf kan organiseren en plannen. Voor bedrijfsafval ligt dat anders. Dat kan wel in Europa rondgaan en de verbrandingsmarkt verstoren. Het zal niet gemakkelijk zijn om daar beperkende regels voor op te leggen.
U vindt dat er op dit ogenblik in Vlaanderen genoeg capaciteit voor afvalverbranding is. Toch worden diverse dossiers voor nieuwe ovens voorbereid.
Schauvliege: OVAM probeert een zo goed mogelijk zicht te krijgen op de capaciteit en waar welk afval verbrand wordt. Maar bij een afweging zijn bijvoorbeeld ook de geografische spreiding, het energetisch rendement en het tegengaan van monopolie-vorming van belang. Ik denk niet aan een totaal moratorium. Sommige installaties moeten vervangen worden en kunnen dan verbeterd worden. Ook moet onze ervaring met de energiesector een les zijn. Voor afvalbeheer mogen we niet afhankelijk worden van het buitenland, want dan verliezen we onze greep op een aan- pak die voorrang geeft aan het voorkomen en recycleren van afval.
