LEO PLEYSIER.

Onder de titel “Drie vrouwen” verscheen een bundeling van de drie korte romans die de Vlaamse schrijver Leo Pleysier zowel het kritische als het commerciële succes hebben gebracht: “Wit is altijd schoon” (1989), “De kast” (1991) en “De Gele Rivier is bevrozen” (1993). Vrouwen – de moeder, de zus, de tante – en vooral hun manier van spreken vervullen erin een functie als katalysator voor de reconstructie van een veranderende menselijke biotoop (De Bezige Bij, 900 fr.).

MICHEL LEIRIS.

Een “aantekeningencahier”, geen eigenlijk dagboek, zo omschrijft de Franse schrijver Michel Leiris het “journaal” dat nu in het Nederlands is gepubliceerd als “In de tegenwoordige tijd”. Deze notities uit de periode 1922-1989 zijn van zeer diverse aard, maar hebben alle gemeen dat ze een poging zijn om het verglijden van de tijd, vaak in zijn erg dagelijkse aspecten, vast te leggen (Arbeiderspers, Privé-Domein, 1180 fr.).

LOUIS COUPERUS.

De ridderroman “Het zwevende schaakbord” lijkt weinig pretentie te hebben: volgens Louis Couperus wou hij er de lezer vooral “wat verstrooiing” mee bezorgen. Hoofse liefde en avontuur zijn erin in een sprookjesachtige sfeer geplaatst, waarvan het onwezenlijke karakter nog wordt versterkt door het archaïsche taalgebruik (Pandora Klassiek, 310 fr.).

CHARLES T. POWERS.

Polen, na de val van de Muur: een arbeider wordt in een bos dood teruggevonden. Zo start de inmiddels overleden schrijver Charles T. Powers zijn in een zware toon uitgeschreven roman “In de herinnering van het woud”. Vanuit dit uitgangspunt laat Powers een complex kluwen groeien waarin een verleden van antisemitisme, donker katholicisme en communistische corruptie zich in het heden vertakt (Bruna, 795 fr.).

TEGENSLAG.

In “Of bidden helpt?” verzamelden Marijke Gijswijt-Hofstra en Florike Egmond een reeks opstellen over de manier waarop, voornamelijk in (Noord-)Nederland, in het verleden werd omgegaan met rampspoed en tegenslag. Het interessante aan de bundel is dat de diverse uitgangspunten van de auteurs een beeld geven van een cultuur en een wereldbeeld waarin magische en rationele elementen (en dus verklaringen voor de tegenslag) door elkaar lopen (Amsterdam University Press, 700 fr.)

ZUIDPOOL.

Een eeuw geleden vertrok de Belgica van baron de Gerlache naar Antarctica. De expeditie bereikte de zuidpool niet, maar overwinterde wel op de poolkap. Ook de Noor Roald Amundsen, die bij een latere uitstap wél de zuidpool zou bereiken, was aan boord van de Belgica. VUB-glacioloog Hugo Decleir publiceerde nu “Roald Amundsens Belgica-dagboek”, de gedetailleerde aantekeningen die Amundsen bij deze reis maakte (Hadewijch, 790 fr.).

REVOLVER.

Al ziet de jongste aflevering van het literaire blad Revolver er als een “gewoon” nummer uit – als een anthologie van diverse literaire teksten dus – toch heeft het weer iets bijzonders: de keuze van de medewerkers. Dit nummer brengt werk van in het Nederlands weinig bekende auteurs: de Ierse dichters Patrick Galvin en Pearse Hutchinson, de Zweedse dichteres Kristina Lugn, de Duitse schrijver Arno Schmidt, aangevuld met twee al wat “vergeten” Vlaamse auteurs, Lucienne Stassaert en Rudy Witse. Over het dertig jaar oude tijdschrift loopt tot 12 juli een tentoonstelling in de Rodriguez d’Evorzazaal in Antwerpen (Ludwig Burchardstraat 35, 2050 Antwerpen, 400 fr. per nummer).

M.R.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content