JA

opgetekend door Jan Jagers

In één gebouw van de KdG werd u geweigerd een affiche op te hangen, waarop u er één in een ander gebouw hebt gelegd. Klopt dat?

De weigering werd gemotiveerd met het argument dat op de campus geen reclame voor privé-initiatieven is toegestaan, maar de kast met schuin opstaande schappen waarin ik ze heb gelegd bulkte van dergelijke publiciteit. Reclame voor tijdschriften, bijvoorbeeld. De Universiteit Antwerpen en de Hogeschool Antwerpen maakten van mijn affiches geen probleem, maar de KdG vindt dat je de kat niet bij de melk moet zetten, dat studenten voldoende worden geïnformeerd over hun rechten. Ik durf dat te betwijfelen. Slechts een fractie van hen weet dat ze na de afwikkeling van de interne procedure nog verder kunnen procederen bij de Raad voor Betwistingen inzake Studievoortgangsbeslissingen. Hoeveel studenten kennen het examenreglement en het decreet in detail, denkt u? Weinig tot geen.

De ombudsdiensten van hogescholen en universiteiten wijzen studenten op hun rechten en bewaken de procedures in alle neutraliteit. Gratis. Doen zij hun werk dan niet goed?

Meestal wel, maar ik ben zelf docent geweest bij de KdG. Ik ken de interne keuken en weet dat de procedures niet altijd naar de letter van het decreet verlopen. Intern beroep aantekenen tegen een cijfer moet bijvoorbeeld binnen de vijf dagen gebeuren met een aangetekend schrijven. In de praktijk gebeurt dat vaak per mail, waarna studenten een antwoord krijgen waarin de docenten hun punt motiveren. Volgens het decreet hebben studenten echter recht op een nieuwe deliberatie, maar dat vervalt als ze zelf de procedureregels niet rigoureus hebben gevolgd. Als advocaat wil ik mij bezighouden met zulke zaken. En mag ik volgens de regels reclame maken. Zelfs in de interne procedure geldt dat het een verschil maakt of een dossier wordt bepleit door een achttienjarige, dan wel door een advocaat die ook juridische argumenten gebruikt. Mijn eerste mondelinge advies is gratis, en ik engageer mij alleen als er gegronde argumenten zijn.

Arnout De Wachter geeft met zijn publiciteit een verkeerd signaal, vindt u. Hoezo?

Advocaat Arnout De Wachter heeft uitdrukkelijk geen toestemming gekregen om zijn affiches in onze instelling te verspreiden. Dat hij dat naast zich neerlegt, getuigt volgens mij niet van goede manieren. Het is ronduit onbeleefd. ‘Ben je het niet eens met je uitslag?’ is de slogan waarmee hij zichzelf aan de man probeert te brengen. Daarmee wekt hij de illusie dat ontevredenheid een argument is om een zaak aanhangig te maken bij de Raad voor Betwistingen, maar dat is niet zo. Het enige argument daartoe is dat de interne procedures van de instelling niet precies gevolgd zijn. Maar cijfers tonen aan dat zoiets hier nog nooit het geval is geweest. In een periode van drie jaar hebben maar elf van onze studenten zich tot de Raad voor Betwistingen gewend. En al die zaken zijn in het voordeel van onze instelling beslecht. Dat bewijst dat onze procedures goed werken, net als ons ombudspersoneel. Zij bemiddelen, informeren studenten over de procedures en bewaken die in alle neutraliteit. Dus: als er een fout is gebeurd ten koste van de student, dan zetten we die recht.

Kan een advocaat, ook in de interne procedure, een zaak niet met meer succes bepleiten dan de student zelf?

In ons reglement staat uitdrukkelijk vermeld dat studenten zich kunnen laten bijstaan door een derde partij, een raadsman bijvoorbeeld. De meeste betwistingen zijn echter al van de baan nadat studenten hun examen hebben kunnen inkijken. In die beginfase biedt een advocaat geen meerwaarde. In het verdere verloop kunnen studenten zich laten bijstaan, maar als instelling vinden wij het niet opportuun om reclame te maken voor één persoon. Studenten kunnen zich ook laten flankeren door familie, ouders en vrienden. Een advocaat kost niet alleen geld, de ervaring leert ook dat een advocaat raadplegen niet tot een ‘betere’ beslissing leidt. Studenten kunnen hun rechten doen gelden. Ook zonder advocaat. Gratis.’

NEE

In één gebouw van de KdG werd u geweigerd een affiche op te hangen, waarop u er één in een ander gebouw hebt gelegd. Klopt dat?

De weigering werd gemotiveerd met het argument dat op de campus geen reclame voor privé-initiatieven is toegestaan, maar de kast met schuin opstaande schappen waarin ik ze heb gelegd bulkte van dergelijke publiciteit. Reclame voor tijdschriften, bijvoorbeeld. De Universiteit Antwerpen en de Hogeschool Antwerpen maakten van mijn affiches geen probleem, maar de KdG vindt dat je de kat niet bij de melk moet zetten, dat studenten voldoende worden geïnformeerd over hun rechten. Ik durf dat te betwijfelen. Slechts een fractie van hen weet dat ze na de afwikkeling van de interne procedure nog verder kunnen procederen bij de Raad voor Betwistingen inzake Studievoortgangsbeslissingen. Hoeveel studenten kennen het examenreglement en het decreet in detail, denkt u? Weinig tot geen.

De ombudsdiensten van hogescholen en universiteiten wijzen studenten op hun rechten en bewaken de procedures in alle neutraliteit. Gratis. Doen zij hun werk dan niet goed?

Meestal wel, maar ik ben zelf docent geweest bij de KdG. Ik ken de interne keuken en weet dat de procedures niet altijd naar de letter van het decreet verlopen. Intern beroep aantekenen tegen een cijfer moet bijvoorbeeld binnen de vijf dagen gebeuren met een aangetekend schrijven. In de praktijk gebeurt dat vaak per mail, waarna studenten een antwoord krijgen waarin de docenten hun punt motiveren. Volgens het decreet hebben studenten echter recht op een nieuwe deliberatie, maar dat vervalt als ze zelf de procedureregels niet rigoureus hebben gevolgd. Als advocaat wil ik mij bezighouden met zulke zaken. En mag ik volgens de regels reclame maken. Zelfs in de interne procedure geldt dat het een verschil maakt of een dossier wordt bepleit door een achttienjarige, dan wel door een advocaat die ook juridische argumenten gebruikt. Mijn eerste mondelinge advies is gratis, en ik engageer mij alleen als er gegronde argumenten zijn.

Arnout De Wachter geeft met zijn publiciteit een verkeerd signaal, vindt u. Hoezo?

Advocaat Arnout De Wachter heeft uitdrukkelijk geen toestemming gekregen om zijn affiches in onze instelling te verspreiden. Dat hij dat naast zich neerlegt, getuigt volgens mij niet van goede manieren. Het is ronduit onbeleefd. ‘Ben je het niet eens met je uitslag?’ is de slogan waarmee hij zichzelf aan de man probeert te brengen. Daarmee wekt hij de illusie dat ontevredenheid een argument is om een zaak aanhangig te maken bij de Raad voor Betwistingen, maar dat is niet zo. Het enige argument daartoe is dat de interne procedures van de instelling niet precies gevolgd zijn. Maar cijfers tonen aan dat zoiets hier nog nooit het geval is geweest. In een periode van drie jaar hebben maar elf van onze studenten zich tot de Raad voor Betwistingen gewend. En al die zaken zijn in het voordeel van onze instelling beslecht. Dat bewijst dat onze procedures goed werken, net als ons ombudspersoneel. Zij bemiddelen, informeren studenten over de procedures en bewaken die in alle neutraliteit. Dus: als er een fout is gebeurd ten koste van de student, dan zetten we die recht.

Kan een advocaat, ook in de interne procedure, een zaak niet met meer succes bepleiten dan de student zelf?

In ons reglement staat uitdrukkelijk vermeld dat studenten zich kunnen laten bijstaan door een derde partij, een raadsman bijvoorbeeld. De meeste betwistingen zijn echter al van de baan nadat studenten hun examen hebben kunnen inkijken. In die beginfase biedt een advocaat geen meerwaarde. In het verdere verloop kunnen studenten zich laten bijstaan, maar als instelling vinden wij het niet opportuun om reclame te maken voor één persoon. Studenten kunnen zich ook laten flankeren door familie, ouders en vrienden. Een advocaat kost niet alleen geld, de ervaring leert ook dat een advocaat raadplegen niet tot een ‘betere’ beslissing leidt. Studenten kunnen hun rechten doen gelden. Ook zonder advocaat. Gratis.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content