JA

Waarom moet er een federale kieskring komen?

Omdat ons land een nieuw politiek evenwicht nodig heeft. Nu spelen de twee gemeenschappen elk op de eigen helft van het terrein. We geven onderling pasjes aan elkaar, entertainen elk ons eigen publiek, maar gescoord wordt er niet. De reden is dat politici in beide gemeenschappen niet meer bezig zijn met wat de andere gemeenschap denkt en voelt. Dat moeten we doorbreken.

Enkel in België betekent het woord federalisme ‘meer macht aan de deelstaten’. Er wordt te weinig nagedacht over hoe we de federatie zelf kunnen versterken, opdat ze werkbaar blijft. Toelaten dat een aantal politici federaal verkozen worden, waardoor een aantal Vlamingen dus ook in Franstalig België campagne moeten voeren en vice versa, deblokkeert wellicht de kwestie Brussel-Halle-Vilvoorde en doet de twee gemeenschappen politiek weer naar elkaar toe groeien.

Wat stelt u concreet voor?

We volgen twee sporen. Het eerste noem ik de federale kieskring light: laat 15 van de 150 Kamerleden federaal verkiezen, zonder op voorhand de verhouding tussen Vlamingen en Franstaligen vast te leggen natuurlijk, want dan zou de hervorming haar doel voorbijschieten. Een nog ambitieuzer voorstel is dat we de Senaat omvormen tot een werkkamer waar de deelstaten elkaar ontmoeten en dat we 30 bijkomende ‘federale’ Kamerleden verkiezen, naast de 150 die er nu al zijn.

Dat Bart De Wever (N-VA) en Olivier Mangain (MR) niet staan te springen voor een federale kieskring, begrijp ik. Dit voorstel neemt wellicht de voedingsbodem voor polariserende politici weg. Paradoxaal genoeg valt echter ook te verwachten dat een federale kieskring het makkelijker maakt om bepaalde bevoegdheden naar de deelstaten over te hevelen. En dat is toch iets om over na te denken.

Dat Vlaamse politici uitsluitend campagne voeren in hun eigen gemeenschap zou de polarisering tussen Vlaanderen en Wallonië op de spits drijven.

Waarom heeft men de politieke partijen ooit gesplitst? Omdat men vaststelde dat we in twee werkelijkheden leven, met twee politieke arena’s. En waarom is Brussel-Halle-Vilvoorde zo’n moeilijk dossier? Net omdat de ene gemeenschap kiezers gaat weghalen bij de andere. Daar waar de twee gemeenschappen strijd leveren, liggen politieke compromissen altijd het moeilijkst. Die strijd uitbreiden naar het hele grondgebied kan alleen leiden tot meer fricties en meer frustraties.

Vlaamse politici zouden zo ook in Wallonië stemmen kunnen gaan ronselen, maar heeft het zin dat wij kiezers van het CDH zouden gaan afvangen, en zij bij ons? Er bestaat geen enkele garantie dat een federale kieskring niet nog meer polarisering zal veroorzaken. Als het de tegenstellingen tussen beide gemeenschappen zou milderen, zouden we dat nu dan niet moeten vaststellen binnen de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde? Ik denk dat het tegendeel waar is. Nee, je moet de structuren aanpassen aan de samenleving, niet andersom.

Sommigen zien een democratisch deficit in het feit dat Vlamingen het beleid van federale ministers als Didier Reynders (MR) en Laurette Onkelinx (PS) niet kunnen belonen dan wel bestraffen.

Antwerpenaren kunnen ook niet kiezen voor Pieter De Crem (CD&V) of Vincent Van Quickenborne (Open VLD). Niemand vindt dat een falen van de democratie. Je kunt je zelfs afvragen of we eigenlijk niet terug moeten naar nog kleinere kieskringen, omdat die aan het eind van de dag wellicht het meest democratisch zijn, met kandidaten die hoe dan ook dichter bij hun kiezers staan.

De federale kieskring is een slecht idee en het zal er ook niet van komen. Liberalen en groenen zijn ervoor gewonnen, maar zowel CD&V als PS ziet er geen brood in. De kans dat hier een meerderheid voor ontstaat, is nihil.

NEE

Waarom moet er een federale kieskring komen?

Omdat ons land een nieuw politiek evenwicht nodig heeft. Nu spelen de twee gemeenschappen elk op de eigen helft van het terrein. We geven onderling pasjes aan elkaar, entertainen elk ons eigen publiek, maar gescoord wordt er niet. De reden is dat politici in beide gemeenschappen niet meer bezig zijn met wat de andere gemeenschap denkt en voelt. Dat moeten we doorbreken.

Enkel in België betekent het woord federalisme ‘meer macht aan de deelstaten’. Er wordt te weinig nagedacht over hoe we de federatie zelf kunnen versterken, opdat ze werkbaar blijft. Toelaten dat een aantal politici federaal verkozen worden, waardoor een aantal Vlamingen dus ook in Franstalig België campagne moeten voeren en vice versa, deblokkeert wellicht de kwestie Brussel-Halle-Vilvoorde en doet de twee gemeenschappen politiek weer naar elkaar toe groeien.

Wat stelt u concreet voor?

We volgen twee sporen. Het eerste noem ik de federale kieskring light: laat 15 van de 150 Kamerleden federaal verkiezen, zonder op voorhand de verhouding tussen Vlamingen en Franstaligen vast te leggen natuurlijk, want dan zou de hervorming haar doel voorbijschieten. Een nog ambitieuzer voorstel is dat we de Senaat omvormen tot een werkkamer waar de deelstaten elkaar ontmoeten en dat we 30 bijkomende ‘federale’ Kamerleden verkiezen, naast de 150 die er nu al zijn.

Dat Bart De Wever (N-VA) en Olivier Mangain (MR) niet staan te springen voor een federale kieskring, begrijp ik. Dit voorstel neemt wellicht de voedingsbodem voor polariserende politici weg. Paradoxaal genoeg valt echter ook te verwachten dat een federale kieskring het makkelijker maakt om bepaalde bevoegdheden naar de deelstaten over te hevelen. En dat is toch iets om over na te denken.

Dat Vlaamse politici uitsluitend campagne voeren in hun eigen gemeenschap zou de polarisering tussen Vlaanderen en Wallonië op de spits drijven.

Waarom heeft men de politieke partijen ooit gesplitst? Omdat men vaststelde dat we in twee werkelijkheden leven, met twee politieke arena’s. En waarom is Brussel-Halle-Vilvoorde zo’n moeilijk dossier? Net omdat de ene gemeenschap kiezers gaat weghalen bij de andere. Daar waar de twee gemeenschappen strijd leveren, liggen politieke compromissen altijd het moeilijkst. Die strijd uitbreiden naar het hele grondgebied kan alleen leiden tot meer fricties en meer frustraties.

Vlaamse politici zouden zo ook in Wallonië stemmen kunnen gaan ronselen, maar heeft het zin dat wij kiezers van het CDH zouden gaan afvangen, en zij bij ons? Er bestaat geen enkele garantie dat een federale kieskring niet nog meer polarisering zal veroorzaken. Als het de tegenstellingen tussen beide gemeenschappen zou milderen, zouden we dat nu dan niet moeten vaststellen binnen de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde? Ik denk dat het tegendeel waar is. Nee, je moet de structuren aanpassen aan de samenleving, niet andersom.

Sommigen zien een democratisch deficit in het feit dat Vlamingen het beleid van federale ministers als Didier Reynders (MR) en Laurette Onkelinx (PS) niet kunnen belonen dan wel bestraffen.

Antwerpenaren kunnen ook niet kiezen voor Pieter De Crem (CD&V) of Vincent Van Quickenborne (Open VLD). Niemand vindt dat een falen van de democratie. Je kunt je zelfs afvragen of we eigenlijk niet terug moeten naar nog kleinere kieskringen, omdat die aan het eind van de dag wellicht het meest democratisch zijn, met kandidaten die hoe dan ook dichter bij hun kiezers staan.

De federale kieskring is een slecht idee en het zal er ook niet van komen. Liberalen en groenen zijn ervoor gewonnen, maar zowel CD&V als PS ziet er geen brood in. De kans dat hier een meerderheid voor ontstaat, is nihil.

Opgetekend door Jan Jagers

‘Het land heeft een nieuw politiek evenwicht nodig.’

‘Waar de twee gemeenschappen strijd leveren, ligt een compromis het moeilijkst.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content