‘En, op wie heb je gestemd?’ vroeg ik mijn moeder toen ik bij haar op bezoek was tijdens de paasvakantie. Mijn moeder is van Algerijnse afkomst maar woont al sinds de jaren zestig in Marokko. Ze heeft nog altijd haar Algerijnse nationaliteit en heeft in haar leven een paar keer moeten stemmen. Stemmen is niet verplicht maar als mijn moeder een brief van de overheid krijgt, of het nu de Marokkaanse overheid is of het Algerijnse consulaat, dan voelt ze zich verplicht om te doen wat van haar verwacht wordt. Ze voelt ook dat van haar verwacht wordt dat ze op de zittende president, Abdelaziz Bouteflika, stemt. En dat heeft ze ook gedaan. ‘Voor Bouteflika’, antwoordde ze, alsof het de vanzelfsprekendheid zelve was. ‘En waarom heb je voor hem gestemd?’ vroeg ik haar. ‘Euh, omdat hij de enige is die ik ken’, zei ze aarzelend. ‘Ook jouw tante belde me op en zei dat het goed was dat ik voor Bouteflika heb gestemd. Hij heeft veel gedaan voor het land en zeker voor de armen. Heel veel mensen hebben dankzij hem nu een woning.’

Mijn tussenkomst om de democratie te redden is te laat gekomen. Op 9 april werd Bouteflika voor de derde keer verkozen met maar liefst 90,24 % van de stemmen (84,99 % in 2004). De democratie kon ik niet redden maar met de les in de democratie kon ik wel verder gaan.

‘Weet je dat hij de wet veranderd heeft, alleen maar om aan de macht te blijven?’ vroeg ik haar. Ze keek me aan met een blik van ja, maar wat kan ik eraan doen? ‘Normaal gezien voorziet de Algerijnse grondwet dat een president slechts twee ambtstermijnen aan de macht kan blijven. Na tien jaar moet het genoeg geweest zijn. Het is dan aan iemand anders om zich te bewijzen, net zoals het geval is in landen zoals Frankrijk en de Verenigde Staten. Maar Bouteflika heeft de wet speciaal laten veranderen om nog eens vijf jaar aan de macht te blijven. Bovendien’, ging ik verder, ‘hebben de andere kandidaten geen enkele kans gekregen. Hij is overal nadrukkelijk aanwezig. De staat is Bouteflika en Bouteflika is de staat. En de openbare omroep voert duidelijk campagne voor hem. Geen wonder dat serieuze tegenkandidaten zich teruggetrokken hebben en de massa hebben opgeroepen om niet te gaan stemmen.’ Geen slimme strategie, zo bleek achteraf. Want de officiële cijfers spreken van een deelname van meer dan 74 % van de stemgerechtigden.

Mijn moeder luisterde en zweeg. ‘Algerije is een rijk land’, zei ik tegen haar. ‘Weet je dat er de laatste jaren miljarden dollars het land zijn binnengekomen dankzij de stijgingen van de olieprijs? Akkoord, er is heel wat veranderd in het land. Er is meer stabiliteit en de economische situatie is verbeterd maar een kwart van de bevolking leeft nog altijd onder de armoedegrens. Het is niet het uitdelen van appartementen dat de structurele problemen zal oplossen. De voedselprijzen zijn blijven stijgen, één kilo aardappelen kost nu honderd dinar, ongeveer één euro. Dat is toch niet logisch voor een land met zoveel grondstoffen?’ ‘Hij heeft zelfs geen zoon of dochter’, wierp mijn moeder op. Waarom zou een mens geld willen of zich aan de macht vastklampen als er geen erfgenaam is, lijkt haar redenering te zijn. ‘Gelukkig heeft hij geen zoon’, zei ik. ‘Want anders zal de zoon gegarandeerd zijn vader opvolgen. Dat is trouwens wat aan het gebeuren is in andere Arabische landen. Elke president lijkt zijn zoon voor te bereiden om hem op te volgen. De republieken lijken meer en meer op koninkrijken.’ Nu, onder ons gezegd en gezwegen, ook in Europa is dat fenomeen aanwezig. Ook hier hebben we de zoon Tobback, de zoon De Gucht, de zoon Vanvelthoven,… alleen gebeurt het hier op een meer subtiele manier.

‘Ze zullen nooit veranderen. Ze zullen nooit vooruitkomen’, concludeerde mijn moeder. Dat was meteen het einde van de discussie en het sein om terug naar de orde van de dag te gaan. ‘Wat eten we vandaag?’ vroeg ze retorisch. ‘Een tajine met verse erwten en artisjokken’, zei ze. Mmm heerlijk. Een beter voorstel kon ik niet bedenken.

Samira Bendadi is redacteur van Mo*-magazine.

door Samira Bendadi

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content