Van de dertien beklaagden staan Alfons Puelinckx, Serge Dassault en Raffaelo Teti onder verdenking van actieve corruptie, en de resterende tien van passieve corruptie.

ANDRE BASTIEN (PS)

(°Fouleng, 12-11-1938). Deze legerkolonel en gewezen kabinetschef van defensieminister Guy Coëme wordt ervan verdacht samen met adjunct-kabinetschef Jean-Louis Mazy de luchtmachttop onder druk te hebben gezet om te kiezen voor het Carapace-systeem van Dassault. Van Bastien is ook geweten dat hij contacten had met Italiaanse socialisten en met Agusta-vertegenwoordigers om over de Belgische helikopteraankoop te praten.

WILLY CLAES (SP)

(°Hasselt, 24-11-1938). Vice-premier en minister van Economische Zaken in de regering- Martens VIII die eind 1988 46 Agusta-gevechtshelikopters aankocht en enkele maanden later het Carapace-systeem van Dassault bestelde. Hij onderhandelde over de economische compensaties met beide bedrijven voor wie hij telkens “een lichte voorkeur” uitsprak. Het gerecht vermoedt dat Claes de bestelling in de richting van Agusta en Dassault stuurde omdat hij afwist van commissies die de twee bedrijven aan zijn partij, de SP, hadden beloofd. Het gerecht meent ook te weten dat Claes op zondag 8 januari 1989 een ontmoeting had met Agusta-baas Raffaelo Teti. Willy Claes was secretaris-generaal van de Navo toen hij in oktober 1995 naar het Hof van Cassatie werd verwezen.

GUY COEME (PS)

(°Bettincourt, 21-8-1946). Defensieminister in de regering-Martens VIII die de Agusta-toestellen en het Carapace-systeem van Dassault aankocht. Hij wordt ervan verdacht, in opdracht van de Parti Socialiste, de aanbestedingsprocedures in de richting van Agusta en Dassault te hebben gestuurd. Het gerecht tilt ook zwaar aan een ontmoeting die Coëme zou hebben gehad met een Dassault-topman en aan een demarche van zijn kabinetschef Bastien en diens adjunct Mazy bij de toenmalige stafchef van de luchtmacht Alex Moriau om hem te dwingen Dassault in het eindverslag van de aanbesteding op het niveau te plaatsen van concurrent en eerste keuze van de militairen, het Amerikaanse Litton. Coëme verscheen eerder al voor het Hof van Cassatie wegens zijn rol in de Uniop-zaak.

SERGE DASSAULT

(°Parijs, 4-4-1925). Baas van Electronique Serge Dassault dat in het kader van het Electronic Counter Measures-programma het onbeproefde Carapace-systeem leverde dat op de Belgische F-16’s werd gemonteerd. Kostprijs: om en bij zes miljard frank.

Eind 1988, begin 1989 had Dassault over dat contract een gesprek met de Belgische advocaat Alfons Puelinckx en diens Syrische cliënt Mohammad Mamoun Kassab Bashi. Dassault zou gepolst hebben naar de contacten van Puelinckx bij de Vlaamse socialisten. Vast staat dat, via de Zwitserse rekening van de intussen overleden moeder van Dassault, minstens zestig miljoen frank voor de SP werd betaald. Later overhandigde een Dassault-koerier nog eens dertig miljoen aan PS-vertegenwoordiger Merry Hermanus.

JOHAN DELANGHE (SP)

(°Veurne, 18-2-1945). Als kabinetschef van minister Willy Claes van Economische Zaken voerde Delanghe besprekingen met vertegenwoordigers van Agusta en Dassault. In het geval van Agusta was Delanghe op de hoogte van een forse commissie. Delanghe had meermaals overleg daarover met Luc Wallyn en Etienne Mangé en minstens één keer met Alfons Puelinckx. Daarom vermoedt het gerecht dat Delanghe het helikoptercontract in de richting van de Italianen stuurde. Zijn rol in de onderhandelingen met Dassault is minder opvallend.

MERRY HERMANUS (PS)

(°Brussel, 7-2-1944). Secretaris-generaal van de Franse Gemeenschap en gewezen kabinetsmedewerker van Guy Spitaels en Philippe Moureaux. Hij was vertrouwd met het ophalen van verkiezingsfondsen voor de PS. Daarom werd hij twee jaar geleden al eens door Cassatie veroordeeld wegens zijn rol in de Uniop-zaak.

Hermanus werd op 28 april 1989 gecontacteerd door een Dassault-vertegenwoordiger. Na een overleg in Parijs kreeg Hermanus enkele weken later, op 22 juni ’88, in Luxemburg dertig miljoen frank overhandigd van een Dassault-koerier. De Brusselaar, die verklaarde met de goedkeuring van Spitaels te handelen, zette het geld op een privé-rekening en maakte in de daarop volgende maanden twintig miljoen frank over aan François Pirot, partijsecretaris en vertrouwensman van PS-voorzitter Guy Spitaels.

ETIENNE MANGE (SP)

(°Beveren, 30-1-1946). Fund raiser en penningmeester van de SP. Via de Zwitserse rekeningen van gewezen adjunct-nationaal secretaris Luc Wallyn nam Mangé de 51 miljoen van Agusta en minstens een deel van de zestig miljoen van Dassault in ontvangst voor rekening van zijn partij. In het geval van Agusta ging Mangé daarmee, naar eigen zeggen, in tegen de afwijzing van het aanbod door de SP-top, onder wie voorzitter Frank Vandenbroucke, Louis Tobback en Willy Claes. Mangé zegt dat hij het geld gebruikte voor giften aan de verschillende SP-federaties, afbetaling van de schulden van de failliete krant De Morgen en het uitbetalen van zwarte lonen aan een aantal SP-bedienden. Mangé betaalde ook de honoraria van de Zwitserse advocaten van Puelinckx en Wallyn, toen die het verzet organiseerden tegen de vraag van het Belgische gerecht om de geheime bankrekeningen in te kijken.

JEAN-LOUIS MAZY (PS)

(°Etterbeek, 2-11-1955). Adjunct-kabinetschef van defensieminister Guy Coëme en goede vriend van Hermanus. Vooral in het Dassault-dossier worden hem interventies ten voordele van de Franse vliegtuigconstructeur ten laste gelegd. Hij wordt ervan verdacht, samen met kabinetschef Bastien, druk op de legertop te hebben uitgeoefend om voor Dassault te kiezen. Vooral het getuigenis van stafchef Alex Moriau van de Luchtmacht is belastend voor Mazy, die eerder al in de Uniop-zaak door Cassatie werd veroordeeld.

FRANÇOIS PIROT (PS)

(°Schaarbeek, 31-8-1942). Als partijsecretaris en vertrouwensman van PS-voorzitter Guy Spitaels opende Pirot begin 1989 drie bankrekeningen in Luxemburg. Op die rekeningen deponeerde hij delen van het Dassault-geld dat hij van Hermanus kreeg. Vandaar werd het geld teruggesluisd naar België en aangewend voor de financiering van de partij en betalingen, in het zwart, van een deel van het maandloon van Spitaels. Volgens Pirot kreeg hij ooit, nog voor de ondertekening van het Dassault-contract, een half miljoen Zwitserse frank afkomstig van de Franse vliegtuigbouwer. Hermanus loochende, maar sloot niet uit dat het Zwitsers geld afkomstig was van Agusta.

ALFONS PUELINCKX

(°Vilvoorde, 26-2-1937). Als advocaat van de Syrische zakenman Mohammad Mamoun Kassab Bashi kwam Puelinckx in contact met Agusta en Dassault. Beide bedrijven waren op zoek naar politieke steunpunten in Vlaanderen, en meer bepaald bij de SP. Via Puelinckx, die goed bevriend was met adjunct-nationaal secretaris van de SP Luc Wallyn, stelde Agusta aan de SP een commissie op het helikoptercontract voor. De advocaat parafeerde daarom op 18 november 1988 een consultancycontract tussen Agusta en de Panamese schermvennootschap Kasma Overseas van zijn cliënt Bashi. Het Agusta-geld arriveerde bij SP-penningmeester Etienne Mangé via de ABN-AMRO-rekeningen die Luc Wallyn in Zürich opende.

Na een ontmoeting met Serge Dassault einde ’88, begin ’89, volgde een commissie van zestig miljoen frank van de Franse constructeur, eveneens bestemd voor de SP, dezelfde weg. Uit recente getuigenissen van Puelinckx moet ook blijken dat andere partijen, waaronder de PSC, geld kregen van Dassault.

GUY SPITAELS (PS)

(°Ath, 3-9-31). Volgens het gerecht was Guy Spitaels op de hoogte van onderhandelingen met Agusta en Dassault over smeergeld. In hun verklaringen beweren Philippe Mouraux, François Pirot en Alain Van der Biest dat Spitaels via verschillende kanalen afwist van een aanbod van Agusta om een financiële gift in de PS-kas te storten. Volgens Merry Hermanus was Spitaels ook op de hoogte van het Dassault-geld dat in Luxemburg werd ondergebracht. Spitaels bekende dat hij begin 1989 instemde met het openen van een Luxemburgse PS-rekening maar niets afwist van de origines van het geld.

RAFFAELO TETI

(°Napels, 20 juni 1926). Als nummer één van Agusta tekende Teti samen met de tweede in bevel, Enrico Guerra, en de Syrische zakenman Bashi eind 1988 het definitieve consultancycontract tussen het helikopterbedrijf en Kasma Overseas. Dat contract, eerder op 18 november ’88 geparafeerd door advocaat Puelinckx, moest de betaling van de commissie, bestemd voor de SP, mogelijk maken.

Volgens de toenmalige Agusta-vertegenwoordiger in België, Riccardo Baldini, had Teti op zondag 8 januari 1989, daags voor zijn vervanging door Roberto d’Alessandro, een ontmoeting met Willy Claes op het kabinet van Economische Zaken. Claes ontkent die ontmoeting. Teti ontkent eveneens, maar wel minder stellig.

LUC WALLYN (SP)

(°Gent, 12-7-1938). Wallyn, een Europese topambtenaar, had zijn functie van adjunct-nationaal secretaris van de SP al neergelegd toen hij in de loop van 1988 van zijn vriend Alfons Puelinckx vernam dat Agusta een gift in de partijkas wilde storten. Na overleg met Puelinckx, Delanghe en Mangé opende Wallyn twee rekeningen bij de ABN-AMRO-bank in Zürich om het Agusta-geld te incasseren. Op die rekeningen met de codenamen Kater en Kattin passeerden ook de zestig miljoen frank van Dassault. Wallyn gaf inmiddels toe dat hij een deel van de interesten op de Zwitserse rekeningen voor privé-gebruik aanwendde.

R.V.C.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content