Volgende week treedt de Zweedse mezzosopraan Anne Sofie von Otter op in Brussel en Brugge. Een gesprek met een muzikale duizendpoot.

Concerten:

Anne Sofie von Otter zingt op donderdag 19 december in de Munt kerstliederen ‘Home for Christmas’ samen met de ‘Mery Swedish Men’. Haar vaste begeleider Bengt Forsberg maakt deel uit van dit ensemble. Tickets en info: 070 – 233 939.

Anne Sofie von Otter zingt ‘Les nuits d’été’ van Berlioz in het Concertgebouw van Brugge met Het Mahler Jeugdorkest o.l.v. Marc Minkowski op 23 maart 2003. Tickets en info : 070 – 22 33 02

cd’s:

‘Anne Sofie von Otter sings Offenbach’ met koor en orkest van Les musiciens du Louvre onder leiding van Marc Minkowski. DG 471 501-2.

Anne Sofie von Otter zingt ‘Mots d’amour’ liederen van Cécile Chaminade DG 471 331-2

Anne Sofie von Otter zingt Lieder van Beethoven, Meyerbeer en Spohr. Archiv 469 074-2

Ze heeft onmiskenbaar een van de mooiste operastemmen van het moment. Moeiteloos en trefzeker zingt ze alle stijlen en genres. De Zweedse mezzosopraan Anne Sofie von Otter is een muzikale duizendpoot en vooral een grote artieste. Wat ze doet, is meestal zo juist, zo precies getroffen, zo emotioneel overtuigend. Jaren nadat je haar sommige liederen hebt horen zingen, blijft de toon nog altijd in je hoofd naklinken. Ze dient de muziek, niet zichzelf.

Anne Sofie von Otter begon haar carrière als koorzangeres: ‘Er zijn erg veel goede koren in Stockholm. Bijna elke avond zong ik in een ander koor, bij Eric Ericson onder anderen. Ik hield ook erg veel van het Bachkoor. Ik was een hartstochtelijke en toegewijde koorzangeres. Vijf jaar heb ik op die manier de kost verdiend. Maar toen was ik het plotseling beu om in een koor te zingen en sindsdien heb ik het nooit meer gedaan. Het is zoveel plezieriger om op je eentje te zingen!’

Hebt u uw weg naar boven moeten vechten?

VON OTTER: In het koor mocht ik al eens een kleine solo op mij nemen. Dan volgden de solo’s in de passies en het kerstoratorium van Bach. Ik moest niet vechten, het ging nogal vanzelf. Ik had ook goede agenten. Vrij vroeg nam ik mijn eerste plaat op met het orkest van Drotningholm: aria’s van Händel, Monteverdi en Telemann. Dat was een uitstekend visitekaartje om naar platenfirma’s of dirigenten op te sturen. Sir Georg Solti en ook Leonard Bern-stein hebben de plaat beluisterd en rea- geerden onmiddellijk. Dat heeft geholpen.

Uw carrière begon dus met barokmuziek?

VON OTTER: Dat Bachkoor was mijn lievelingskoor. We besteedden heel wat tijd aan de articulatie en het zingen van coloraturen en het fraseren. Ik was ook een grote fan van Nikolaus Harnoncourt en ik had een vocaal kwartet waarmee we renaissancemuziek zongen. Het is plezierig om nu opnieuw barokmuziek te zingen. Ik voel me nergens zo thuis als in de barokmuziek.

U hebt net Offenbach opgenomen. Is dat niet ontzettend moeilijk? Iedereen kent zijn muziek van de Folies Bergères. Maar dat doet de man niet echt recht aan.

VON OTTER: Zo vaak wordt hij tegenwoordig niet meer gespeeld. In Parijs heb je natuurlijk nog geregeld La Vie Parisienne op het repertoire. Of La Grande-duchesse de Gérolstein, maar niet bij de grote gezelschappen. In het Théâtre du Châtelet waren onder Marc Minkowski La belle Hélène en Orphée aux Enfers zeer succesvol. Offenbach is vele jaren uit de mode geweest. Zijn muziek is veel beter dan zijn reputatie. Niet alleen Les Contes d’ Hoffmann is fantastische muziek, ook zijn operettes zijn zeer goed, tenminste als je ze op de juiste manier brengt.

Ze zijn meer theater dan muziek?

VON OTTER: Inderdaad, maar zelfs al pak je het als theater aan, dan nog moet je de hoge muzikale standaard handhaven.

Marc Minkowski, met wie u Offenbach hebt opgenomen, is een volbloed theatermens.

VON OTTER: Hij heeft een groot gevoel voor drama. Hij praat veel over de tekst en het belang van het verhaal. Dat verklaart natuurlijk waarom zijn Händel zo levendig is, en zijn Offenbach ook. Hij heeft ook mooie uitvoeringen van Mozart, Meyerbeer en Debussy gebracht. Hij hangt niet alleen in de barokmuziek rond.

U hebt ook een cd met liederen van Cécile Chaminade opgenomen. Speel- den feministische overwegingen daarbij een rol?

VON OTTER: Ik wil u niet ontgoochelen maar: nee. Ik zou nooit werk van een componist zingen alleen omdat ze een vrouw is. Zo’n feministe ben ik niet. Ofwel ben je goed, ofwel niet. En Cécile Chaminade is zeer goed. Het is wel fantastisch dat ze een vrouw is, maar dat is niet de reden waarom ik haar liederen zing. Die zijn zo vol leven. Ook de pianopartij is uitbundig. Het klinkt zo gelukkig. Terwijl ze zelf niet zo gelukkig was. Ze heeft moeten vechten om muziek te mogen maken. Ze leefde zonder familie aan de Riviera. Maar haar muziek is zonnig en ze koos prachtige heldere poëzie. Goedgehumeurd, zoals dat lied over de oogst (Villanelle). Er is nog een geestig lied over een prostituee (Voisinage). Sommigen klagen over haar teksten, maar ik hou wel van ze. Ze zijn niet routineus of goedkoop. Misschien zijn er wel teksten die intellectueel meer van je eisen, maar dat is niet belangrijk. Het gaat om het plezier.

Gaat u op zoek naar de minder bekende componisten?

VON OTTER: Er zijn ook componisten die om andere redenen dan hun liederen bekend zijn. Natuurlijk ben je trots als je iets nieuws vindt, maar ik wil niet per se dingen doen die nog nooit iemand gehoord heeft. Dat lijkt me saai. Maar het is fantastisch als je stuit op iemand als Chaminade die relatief onbekend is en wier muziek je nergens kan vinden, hoe mooi die ook is. Bij elk recital valt het publiek voor haar muziek. Dan is het wel de moeite waard.

Ziet u bij Chaminade het fin de siècle, de Parijse salons voor u? Of bij uw Zweedse album de natuur?

VON OTTER: Niet zozeer, ik ben meer met de woorden bezig. Bij dat Zweedse album met zijn liederen over de natuur en de stemmingen helpt het natuurlijk dat je wat hebt rondgereisd in Zweden, dat je van het platteland houdt en van de noordse stemming. Daar ben ik helemaal weg van, van het klimaat en de natuur daar.

Afhankelijk van welke componist u zingt, verandert uw ‘persoonlijkheid’. Dat is spectaculair op uw Beethoven-cd.

VON OTTER: De liederen van Beethoven zijn zoveel ernstiger dan die van Meyerbeer. Die wilde toch meer zijn publiek amuseren. De liederen die ik op die cd zing, zijn luchthartig en hebben een seksuele ondertoon. Ik hoop maar dat de kleur van de liederen tussen de verschillende componisten verandert, want die zijn zo verschillend. Hoewel ze in dezelfde tijd hebben geleefd. Beethoven komt me erg triest over. Terwijl Meyerbeer me meer een lichtgewicht lijkt.

Je hebt verschillende stemmingen in jezelf. Beelden en kleuren. Het komt vanzelf. Ik ga mezelf niet zitten programmeren om Offenbach te doen. Het gebeurt gewoon. Er is niets mysterieus aan. Het is wel plezierig dat ik zo van de ene stemming naar de andere kan overstappen, dat ik die gave heb.

Toch is het voor u niet eenvoudig om een hele avond lang muzikaal geestig te zijn?

VON OTTER: Iemand zei ooit dat lachen iets heel spontaans is. Maar twee uur lang geestig zijn en een schittering in je ogen hebben, dat is niet zo eenvoudig. Het valt niet mee om te werken en er tegelijkertijd uit te zien alsof je lol hebt. Ik ken een paar Zweedse komieken. Die zeggen nooit iets wat maar in de verte op een grap lijkt. Terwijl ze op de scène hilarisch zijn. Het valt hen zwaar om licht op de hand te lijken.

Lukas Huybrechts

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content