Kan een wereldmacht als Rusland wel geregeerd worden door een opwindbare pop, gevuld met wodka ? Boris Jeltsin, Deng Xiaoping en Suharto en Cie : van oude mannen, de dingen die voorbijgaan.

NOG maar een paar maanden geleden, tijdens zijn verkiezingscampagne, waagde Boris Jeltsin zich voor het oog van de camera’s aan een dansje dat het midden hield tussen de polka en de lambada maar dan wel uitgevoerd door een beer op sokken. Op die manier wilde hij de praatjes van zijn communistische tegenstander Gennadi Zjoeganov ontzenuwen, die Jeltsin ?een levend lijk? noemde : ?Ze tonen ons een geschilderde mummie, alsof ze hem zojuist uit het mausoleum hebben gehaald.?

Maar sinds vorige week weten we nu eindelijk officieel dat Jeltsin aan een ernstige hartkwaal lijdt en binnenkort een bypass-operatie zal moeten ondergaan. De president maakte het zelf wereldkundig omdat hij van oordeel is dat de Russen tegenwoordig ?in een maatschappij leven die op waarheid gebaseerd is.? Het begon zijn landgenoten trouwens op te vallen dat Boris Nikolajevitsj wel érg vaak verkouden was of ?een zere keel? had.

Over de gezondheidstoestand van de leiders in het Kremlin kregen de Russen in het verleden pas zekerheid als ze treurmarsen op de radio hoorden en de tv-omroepers zwarte dassen droegen. Vladimir Iljitsj Lenin sleet de laatste jaren van zijn leven, toen hij aan aderverkalking en syfilis leed, in een datsja, ver van de bewoonde wereld, waar de leden van het Politburo hem bespioneerden door gaatjes die in de wand van zijn slaapkamer en zelfs van de wc waren geboord. Kameraad Josef Stalin was al uren dood, toen zijn lijfartsen nog stonden te overleggen wie het hem zou durven zeggen. Partijleider Konstantin Tsjernenko werd in 1985 door zijn medewerkers van zijn ziekenhuisbed gelicht om naar een aanpalend zaaltje te worden gesjouwd, waar voor de gelegenheid een kieshokje was getimmerd. Daar bracht hij voor de televisiecamera’s bibberend zijn stem uit. Een maand later was hij dood.

GERONTOCRATIE.

Jeltsin is nog niet helemaal een fossiel, zoals Leonid Brezjnev in zijn nadagen. Hij is pas 65 maar dat betekent dat hij al zeven jaar langer heeft geleefd dan de gemiddelde Russische man. In vergelijking met de Chinese leider Deng Xiaoping bevindt hij zich nog in de kracht van zijn jongelingsjaren : Deng is 92 en al tijden niet meer in het openbaar verschenen. Hij zou nog amper een woord kunnen uitbrengen. President Suharto van Indonesië is 75, en werd in juli nog in een Duits ziekenhuis verpleegd. Zoveel is zeker : drie van de grootste landen van de wereld (samen meer dan een kwart van de wereldbevolking) worden geregeerd door oude, zieke mannen.

Is dat een drama ? Misschien is Rusland beter af met een zieke democraat dan met een gezonde communist of een scherpzinnige nationalist. China wordt niet echt veel slechter bestuurd dan een paar jaar geleden, toen Deng nog wat kwieker was. Leeftijd is niet het enige criterium om een politicus te beoordelen. Als Deng de geschiedenis zal ingaan als een groot staatsman en die kans is niet gering zal dat te danken zijn aan de hervormingen die hij in 1978, na zijn zoveelste wonderbaarlijke wederopstanding uit de doden, nog wist te bewerkstelligen. Hij was toen 74. Hoogbejaarde mannen, van Charles de Gaulle tot Nelson Mandela (75, toen hij president van Zuid-Afrika werd), hebben grootse daden gesteld. Bob Dole mag daar graag op wijzen. Als hij in november, op zijn 73ste, wordt verkozen, zou hij de oudste president zijn uit de geschiedenis van de Verenigde Staten.

Maar Dole had natuurlijk ook andere voorbeelden kunnen aanhalen. Als Ronald Reagan bijvoorbeeld ooit iets gepresteerd heeft, dan was dat bij het begin van zijn ambtstermijn. Zelfs toén al was zijn economische politiek een ramp, maar het ging van kwaad tot erger. Reagan was op den duur nog nauwelijks toerekeningsvatbaar : op de top in Reykjavik in 1986 (hij was toen 75) liet hij zich door Mikhaïl Gorbatsjov bijna verleiden om alle nucleaire Amerikaanse wapens te ontmantelen.

Oude mannen worden nu eenmaal makkelijker ziek, en ziekte beïnvloedt het beoordelingsvermogen. Als Franklin Roosevelt niet met één voet in het graf had gestaan, zou hij zich in Jalta door Stalin niet zo makkelijk in de luren hebben laten leggen. Winston Churchill en François Mitterrand waren op het eind van hun carrière nog slechts een schaduw van zichzelf en stapelden de blunders op elkaar.

GAGA.

Toch hebben landen als de Verenigde Staten, Frankrijk en Groot-Brittannië, die veel zwakke, oude leiders hebben gekend, dat relatief makkelijk overleefd. De macht is er nu eenmaal niet geconcentreerd in de handen van één man of hij nu gezond is of gaga. Als er zware vergissingen worden begaan, zijn er allerlei mechanismen om de schade te beperken en instituties om de continuïteit te verzekeren. In democratieën zijn er ordentelijke procedures afgesproken om een opvolger aan te duiden. Daarom ook zijn kiezers tegenwoordig niet zo bang meer om een bejaard politicus op het schild te tillen. Uit de memoires van de lijfarts van Mitterrand weten we weliswaar dat de voormalige Franse president van meet af aan gelogen heeft over zijn prostaatkanker, maar het is toch niet goed denkbaar dat de Amerikaanse pers vandaag nog zou verzwijgen dat de president verlamd is geraakt, zoals in de dagen van Roosevelt.

In twee categorieën van landen ziet het er slechter uit. In de nieuwe democratieën, bijvoorbeeld, is de opvolging nauwelijks geregeld en zijn de instituties kwetsbaarder. Dat geldt voor Zuid-Afrika, waar de politieke stabiliteit voor een groot deel te danken is aan Mandela (78 inmiddels), die nog wel fit lijkt, maar langzamerhand de greep op de gebeurtenissen kwijt raakt. Het geldt ook voor Rusland door de eeuwen heen een expansionistische natie en tot nader order nog altijd een nucleaire grootmacht. Wie houdt straks de vinger aan de trekker ? In dat licht bezien, zijn de recente uitspraken van veiligheidschef Aleksandr Lebed zo gek nog niet. Hij wil dat Jeltsin, voor hij onder het mes gaat, zijn bevoegdheden al was het maar tijdelijk afstaat aan premier Viktor Tsjernomyrdin. Dat kan er op wijzen dat er een akkoord bestaat tussen Lebed en Tsjernomyrdin (de gedoodverfde rivalen voor de opvolging van Jeltsin), het kan ook het begin zijn van een bittere machtsstrijd met het hoofd van de presidentiële staf Anatoli Tsjoebais als derde hond in het kegelspel.

Onrustwekkender nog is de situatie in een aantal autocratisch geregeerde landen. China heeft weliswaar een troonpretendent in de persoon van president Jiang Zemin, maar het is weinig waarschijnlijk dat de strijd om de opvolging van Deng er zonder slag of stoot zal verlopen. In Indonesië, waar de economische groei voor de tweehonderd miljoen inwoners van de grootste moslimstaat ter wereld wel een relatieve lotsverbetering maar zelfs niet het begin van een democratisering heeft gebracht, zal de Nieuwe Orde van Suharto de bejaarde president allicht niet overleven. Een opvolger is in de verste verte niet te bekennen. Suharto ambieert volgend jaar dan ook een zevende ambtstermijn.

In Zaïre is dictator Mobutu Sese Seko (65) al ruim dertig jaar aan de macht. Koning Hoessein van Jordanië is weliswaar iets jonger (60), maar gaat gebukt onder een kwakkelende gezondheid. Koning Hassan van Marokko is 67, de Syrische president Assad 65. Krasse knarren maar zelfs zij hebben niet het eeuwige leven.

Copyright Knack/The Economist. Bewerking : Piet Piryns

Boris Jeltsin (hier tijdens zijn gesprek met Helmut Kohl van vorige week) : geschilderde mummie.

Deng Xiaoping zou nog amper een woord kunnen uitbrengen.

President Suharto ambieert een zevende ambtstermijn.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content