Terwijl de economische crisis onverminderd arbeidsplaatsen kost, loopt het werkgelegenheidsbeleid vast in communautaire en sociale conflicten.

Als gevolg van de economische crisis gaan er volgens de Nationale Bank dit en komend jaar bijna 120.000 banen verloren. Omdat er zich ook nog eens duizenden jonge mensen op de arbeidsmarkt melden en er nauwelijks arbeidsplaatsen bijkomen, neemt het aantal werklozen toe met meer dan 140.000. Een gestroomlijnd arbeidsmarktbeleid en een moderne arbeidswetgeving kunnen in die omstandigheden helpen om snel in te spelen op een lichte heropleving van de economie. Maar helaas, in ons land ontbreekt zowel het ene als het andere.

Na de mislukte ronde over een nieuwe staatshervorming (en dus ook over een regionalisering van het arbeidsmarktbeleid) kreunt de werkgelegenheidspolitiek al een jaar onder de communautaire spanningen. De federale regering legt andere klemtonen dan de Vlaamse regering nodig acht voor de Vlaamse economie en arbeidsmarkt. Twistpunten zijn: de vereenvoudiging van een resem federale banenplannen, die echter ook resulteert in de opheffing van een lastenverlaging voor oudere werknemers (80 procent van de werkende 50-plussers is Vlaming); de aanpak van de werkloosheid van laaggeschoolde jongeren (de Vlaamse regering wil vooral vermijden dat ze in werkloosheid blijven hangen); en een apart vormingsfonds bij de federale RVA (terwijl de VDAB bevoegd is voor de opleiding van werkzoekenden). De meningsverschillen dreigen beslecht te worden met belangenconflicten en een procedure bij het Grondwettelijk Hof. Dat er voor de jeugdwerkloosheid nu toch een duur ‘Belgisch’ akkoord met de molenwiekende federale minister van Werk Joëlle Milquet (CDH) is bereikt, maakt het spektakel niet minder triest.

Intussen raken de sociale partners het maar niet eens over een eenheidsstatuut voor arbeiders en bedienden. Dat voor die twee werknemersgroepen nog altijd verschillende regels voor proefperiodes, loonbetaling, vakantie, arbeidsongeschiktheid, recht op vorming en opzegtermijnen gelden, maakt van België zowat een unicum in de wereld. De federale regering verbond eerder dit jaar ‘een significante vooruitgang’ in het overleg over dit dossier aan een verlenging van een aantal anticrisismaat-regelen, zoals de uitbreiding van de tijdelijke werkloosheid naar bedienden. Maar die koppeling heeft ze alweer losgelaten, en de sociale partners zelf zijn in een crisiscontext niet in staat om een consensus te bereiken. De vakbondszijde is verdeeld geraakt over de tactiek om een betere ontslagbescherming voor arbeiders te bekomen. De werkgeversorganisaties wijzen elke kostenstijging door een geharmoniseerd werknemersstatuut af. Zo ligt deze kwestie op de tafel van de regering-Leterme II, maar die is zó bang voor haar eigen politieke schaduw dat ze de bal weer bij de sociale partners legt.

Het antwoord op de regen van ontslagen is een opeenvolging van afgeblokte, geblokkeerde en helemaal geen beslissingen. Het vereist een grote dosis koelbloedigheid, vermengd met heel veel cynisme, om zich dat te kunnen veroorloven tegenover al die mensen zonder werk.

door Patrick Martens

Het antwoord op de ontslagengolf is een opeenvolging van afgeblokte, geblokkeerde en helemaal geen beslissingen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content