De bezoekregeling in het UZ Leuven is niet langer houdbaar, vindt An Krols. Al drie maanden lang is zij de enige bezoeker van haar partner B. (°1978), die wellicht niet lang meer te leven heeft.

B. is sinds midden maart gestart met radio- en chemotherapie in het UZ Leuven (campus Gasthuisberg), nadat hij eerder werd geopereerd aan een glioblastoom, een hersentumor. Volgens de artsen is B. geveld door een kwaadaardige kanker. ‘Statistisch gezien heeft hij nog een jaar te leven’, zegt An.

Door de coronaregels kan hij zijn tienjarige zoontje niet fysiek spreken aan zijn ziekbed. Bij wijze van uitzondering konden ze elkaar onlangs kort zien op de parking van het ziekenhuis. Enkele weken geleden mocht hij een weekend naar huis.

De bezoekregeling van het Leuvense ziekenhuis gaat als volgt: B. mag één bezoeker per week over de vloer krijgen, en dat gedurende één uur. In de feiten is dat telkens An. Minderjarigen zijn niet toegelaten. ‘Iedere keer huilt hij en zegt hij dat hij opgesloten zit’, zegt ze.

Volgens An wordt B. enorm goed verzorgd in Leuven. Haar onbegrip is dus niet gericht naar het personeel, maar naar het beleid. Ze beklemtoont dat ze de gevaren van het coronavirus serieus neemt. De algemene balans tussen veiligheid en menselijkheid moet echter worden heroverwogen, zegt ze. ‘Is dit nog menselijk?’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content