Dominique Soenens
Dominique Soenens Freelancejournalist

Weblogs, online dagboeken waarin internetters hun persoonlijke meningen ventileren, zijn de nieuwste hype op het net.

Waarom zou u uw intiemste gedachten voor uzelf houden, als u ze ook met de hele wereld kunt delen? Weblogs, of kortweg blogs, bestaan al lang, maar floreren als nooit tevoren op het wereldwijde web. Het zijn virtuele dagboeken waarin een ‘blogmaster’ zijn gedachten deelt met de rest van de internettende wereld. Tekst is daarbij het meest aangewezen, want het eenvoudigste en meest directe middel, hoewel er ook steeds meer fotodagboeken (‘photoblogs’), geluidsdagboeken (‘audioblogs’) en video-opnames (‘videoblogs’) op het net te vinden zijn.

Weblogs lijken op het eerste gezicht sterk op persoonlijke sites, maar het verschil zit ‘m vooral in de eenvoud: iedereen kan in enkele minuten tijd en zonder enige kennis van HTML een virtueel dagboek starten. Een internetverbinding, een webnavigator en een bloghost – een server die webruimte ter beschikking stelt – meer is er niet voor nodig. De bekendste kosteloze bloghost is blogger.com, sinds kort onder de vleugels van Google, waar meer dan 200.000 weblogs bij te vinden zijn. In België biedt internetprovider Skynet sinds eind mei gratis 10 Mb webruimte aan voor webloggers. Skynet geeft intussen onderdak aan 4000 blogs, een aantal dat nog dagelijks toeneemt. ‘Momenteel financieren adverteerders het project’, zegt Jeroen van den Broeck bij Skynet. ‘Het is een vorm van communicatie die in volle groei is: het komt tegemoet aan de behoeften van de meer ervaren en meer veeleisende surfer.’ Het starten van een online dagboek is de eenvoud zelf: na registratie bij een bloghost krijgt u de keuze uit een aantal grafische sjablonen om uw weblog mee op te maken en kunt u beginnen te bloggen. Het voordeel van Skynet Blogs is daarenboven dat u foto’s kunt toevoegen aan uw tekst.

Hoewel het moeilijk is een precies cijfer te geven, wordt het aantal weblogs op meerdere honderdduizenden geschat. Alleen al in België zouden er enkele duizenden zijn. Het succes zit in de eenvoud van weblogs: er zijn geen visuele franjes of indrukwekkende animaties, de nadruk ligt op tekst. Inhoudelijk is de diversiteit van weblogs nagenoeg onbeperkt. Bloggers spreken in de eerste plaats over zichzelf: waar ze van houden, wat ze verafschuwen, wat ze doen… Sommigen geven met een vlijmscherpe pen hun visie over maatschappelijke gebeurtenissen of nieuwsfeiten. Nog anderen halen hun inspiratie uit het dagelijkse leven en zien hun weblog als uitlaatklep. ‘Deze weblog gaat niet zozeer over mij, maar over dingen die gebeuren rondom mij. Geplukt uit de actualiteit, het gewone dagdagelijkse leven, leuke of minder leuke dingen. Belangrijke en minder belangrijke’, zegt weblogger Dirk op www.dirknet.be/3xd/weblogs.htm.

De actualiteit speelt een prominente rol in weblogs. De oorlog in Irak bracht een stroom aan nieuwe weblogs (‘warblogs’) op gang. Een van de bekendste was die van Salam Pax, een dissidente Irakees die ongecensureerd en aanvankelijk ook anoniem zijn mening ventileerde over wat er zich in zijn land in oorlogstijd afspeelde en dat tot op heden doet (www.dearraed.blogspot.com). Zijn dagboek vond weerklank in de internationale media en zijn soms messcherpe schrijfsels doken op in de kolommen van verschillende gereputeerde kranten, waaronder The Guardian en bij ons De Standaard. Het roept de vraag op of weblogs nieuwe informatiebronnen of zelfs alternatieve nieuwsmedia zijn, die volledig aan controle van buitenaf ontsnappen. De vraag is op het net het onderwerp van vinnige discussies, waar ook journalisten zelf aan deelnemen (www.mediatic.blogspot.com). Eigen aan alle weblogs is in elk geval dat ze regelmatig (dagelijks, wekelijks, maandelijks) aangevuld worden. Het toverwoord is ook hier interactie: bezoekers kunnen commentaar geven. Sommige weblogs hebben een schare trouwe bezoekers die commentaar geven, waardoor virtuele vriendenclubs of een webloggemeenschap ontstaan.

Sommigen vragen zich af wat de zin is van het bijhouden van een virtueel dagboek. ‘Wat heeft het voor zin dat ik dit allemaal schrijf?’, vraagt ‘Carole et ses mots’ (www.caroleetsesmots.skynetblogs.be) zich in een moment van vertwijfeling af. Waarop bezoeker Esquisse haar filosofisch antwoordt: ‘Het dient misschien nergens toe, maar het verzacht dan toch tenminste onze tegenslagen en moeilijkheden.’

Of weblogs een therapeutische functie hebben? Afgaande op deze commentaren wel. Weblogs appelleren in elk geval aan voyeurisme en exhibitionisme: ze geven ons een blik op het leven van volstrekte vreemden, terwijl webloggers zich vrijwillig en gedeeltelijk prijsgeven aan anonieme bezoekers. Maar is een weblog veel meer dan een al dan niet interessante monoloog, waar af en toe een commentaar bij verschijnt? Is er echt sprake van communicatie? Het hangt er maar van af hoe internetters er gebruik van maken. Op langere termijn kan het succes van online dagboeken zichzelf ondergraven. Terwijl weblogs nu als paddestoelen uit de grond schieten, kunnen ze in de toekomst door oververzadiging gedoemd zijn te verdwijnen. En zonder bezoekers schieten weblogs nu eenmaal aan hun doel voorbij: met zoveel mogelijk mensen communiceren.

Kliederen in een ruitjesschrift

(Paul, 33 jaar, web designer/developer)

‘Soms wil je niet gaan slapen, soms wil je doorgaan op het spoor waarvan je weet dat alleen jij erop dendert. Vol razernij raas je verder, in elke bocht springen vonken vanonder de zware wielen die jouw trein der woede dragen en die kermen onder jouw furie. En je weet: dit komt niet goed.’ Deze ontboezeming is te vinden op de weblog van de 33-jarige Paul, die al sinds 2000 onafgebroken een virtueel dagboek bijhoudt. ‘Ik weblog vooral voor mezelf. Zodra je het koude zweet voelt uitbreken omdat je die dag niets gepost hebt en je begint te panikeren bij de vermeende teleurstelling van je bezoekers, gaat het bergaf’, stelt hij. Of hij makkelijk zonder zijn weblog zou kunnen, weet hij niet. Maar als hij op vakantie is, blogt hij af en toe wel via de gsm. ‘Ik zou vooral niet zonder de weblogs van anderen kunnen: ik heb ze nodig om over het net te surfen en op de hoogte te blijven van mijn vak.’ Paul controleert wekelijks de bezoekersstatistieken van zijn weblog, wat hem maar logisch lijkt: ‘Ik vind het leuk om te weten dat er mensen komen kijken naar wat ik doe. Anders kan ik evengoed een pak stiften en een ruitjesschrift kopen en daarin kliederen.’

Tussen onzin en ergernis

(Lieve, 29 jaar, html-programmeur voor een internetbedrijf)

Dat weblogs dikwijls niets meer zijn dan een verzameling leuke ongein en losse bedenkingen, bewijst deze site van de 29-jarige Lieve. ‘Deze berichtjes zijn niets meer of minder dan gewoon wat gedachtekronkels, hersenspinsels, links, irritaties, ergernissen, momenten van immense vreugde… allemaal out in the open en for the world to see. Soms werkt het bevrijdend – een aantal dingen er letterlijk uitgooien, soms is het gewoon klinkklare onzin’, schrijft ze. En ze voegt eraan toe: ‘Mensen die vinden dat ik me aanstel of spreek zonder voldoende kennis van zaken, reageren ook wel regelmatig, maar dat vind ik niet erg. Integendeel, dat levert meestal net de leukste posts op. Los daarvan surf ik vrij veel op het internet en wanneer ik iets tegenkom dat ik de moeite waard vind, deel ik dat graag met “de wereld”.’ Er is volgens haar weinig verschil tussen de ‘echte’ Lieve en de Lieve die op Klue allerlei bedenkingen neerschrijft: ‘Wat ik schrijf, is wat ik denk. Klue geeft heel goed weer wat me bezighoudt.’

www.klue.be

Dominique Soenens

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content