?Ik ben er zeker van dat de poëtische taal de enige echte universele taal is,? zegt Andreï Makine. Met ?Het Franse testament? verzoent de schrijver zijn Russische en Franse identiteit, twee oude vijanden.

?HET is me overkomen dat ik om vijf uur ’s morgens begon te schrijven en dat ik zo intens werkte dat ik me ’s avonds, toen ik ermee ophield omdat ik honger kreeg, afvroeg hoe het toch kwam dat de zon niet opging,? zegt de naar Frankrijk uitgeweken Russische schrijver Andreï Makine (39).

Vorig jaar ontving Makine de Goncourtprijs voor zijn fascinerende roman ?Het Franse testament?. Charlotte, een Française die in Siberië verzeild is geraakt, vertelt haar kleinzoon over het mythische Frankrijk uit haar jeugd. Aan de hand van voorwerpen, foto’s en boeken wordt een bedwelmende Westerse tegenwereld opgeroepen die de vergelijking met Atlantis kan doorstaan. Maar tijdens de puberteit van de ik-figuur begint het beeld van het tijdloze Frankrijk af te brokkelen. Nog later wordt de jongeman bijna verpletterd onder het gewicht van twee rivaliserende identiteiten die in hem een harde strijd uitvechten. De Russische identiteit lijkt het te halen op de Franse. Maar door Charlottes aanwezigheid, die een atmosfeer van sereniteit uitstraalt, ontstaat een nieuw evenwicht dat de verteller redt van de ondergang.

ANDREI MAKINE :?Het Franse testament? is de vrucht van de verzoening tussen twee oude vijanden, tussen mijn Russische en mijn Franse identiteit. Die harmonie heeft het schrijven van dit boek mogelijk gemaakt. Natuurlijk zal ik de wereld altijd door een Russische bril bekijken, ook al woon ik in Parijs. Maar het Rusland dat ik in mij draag, is voor mij als schrijver belangrijker dan het geografische Rusland. Zelfs als ik dat zou willen, zou ik er niet in slagen het uit mijn hart te bannen, zo diep zit het.

Rusland heeft mij immers gestructureerd. Al de sneeuw van Rusland zit in mij. De Russen zullen altijd anders zijn dan de Westerse mensen, en omgekeerd. Je kan het zien in de details. Een Rus gedraagt zich anders. Als je daarvoor een diepere verklaring wilt vinden, dan moet je die denk ik zoeken in de dimensie van Rusland. Door de uitgestrektheid heeft de Rus een specifieke notie van tijd en ruimte. Rusland is zo uitgestrekt dat de tijd door de ruimte wordt vervormd. Daarom hebben de Rus en de Westerse mens twee verschillende visies op het universum. De Russen zijn trager. Ze staan wantrouwig tegenover het Westen omdat hun zoveel ontsnapt, omdat ze zoveel niet begrijpen. Ze zijn verbaasd dat de Westerse mens in zo weinig tijd zoveel voor elkaar kan krijgen. Dat jaagt hun angst aan. Een Rus is nooit op tijd, het is ellendig om met Russen te moeten samenwerken, maar dat schept wel een speciaal klimaat dat je hier niet aantreft.

Zelfs de talen weerspiegelen het verschil in waarnemen tussen Oost en West. De organisatie van een taal reflecteert immers ook iets van de wijze waarop het universum wordt waargenomen. De rationele en Cartesiaanse Fransen hebben 26 manieren om met hun werkwoorden de tijd uit te drukken. In het Russisch zijn er dat maar drie.

In ?Het Franse testament? wordt opgemerkt dat Russen en Fransen elkaar veel meer vergeven dan andere volkeren. Zelfs de Russische veldtocht van Napoleon heeft de goede relaties niet kunnen vertroebelen.

MAKINE : Frankrijk en Rusland zijn de enige twee landen ter wereld die op bepaalde ogenblikken de literatuur meer waarderen dan het sociale leven. In de geschiedenis van de Franse literatuur is de romantiek zo’n periode. Het is ondenkbaar dat je dit ziet gebeuren in Zwitserland of Amerika. Ook in Rusland kan je meemaken dat een hele natie gefascineerd raakt door de literatuur. Zelfs Napoleons veldtocht tegen Rusland had iets romanesks. Dat trekt de Russen aan. Maar daar houden de gelijkenissen op.

Je kan nu wel zeggen dat de nieuwe Russische miljardairs als twee druppels water lijken op de Westerse miljardair. Ik betwijfel dat. Binnen enkele jaren zullen ze hun nieuwe rijkdom als een last ervaren en tot de vaststelling komen dat de wereld van het zakendoen een kooi is die hun vrijheid beperkt. Ze zullen die kooi trachten te vernietigen. Dat is een zeer Russische reflex. Wat voor de Westerse mensen natuurlijk is, is voor de Russen die zich Westers voordoen alleen maar onecht. Het Westen is voor de Russen alleen maar een instrument, een te strak zittend kledingstuk dat hun ware natuur bedekt.

Het Russische ik-personage vertelt hoe hij als jongentje opging in een soort mythische tijd die geen enkele samenhang vertoont. Hebt u dat ook zo ervaren ?

MAKINE : Dat is karakteristiek voor kinderen. Ze hebben het privilege dat ze zich niet realiseren wat tijd betekent. Het kind leeft buiten de tijd. De altijd weer opkomende en ondergaande zon is misschien hun enige notie van tijd. Het begrip van de tijd wordt het kind door de maatschappij bijgebracht. De sociale conventie geeft ons het gevoel dat we oud zijn als we ons uit het actieve leven terugtrekken, ook al voelen we ons subjectief helemaal niet oud. Maar het sociaal ritme waarmee de dingen gebeuren en gemeten worden, is nu eenmaal iets heel anders dan het natuurlijke ritme.

Wie op een eiland wordt geboren en geen sociale omgang heeft, zou zich misschien niet eens realiseren dat hij ouder wordt, dat zijn fysieke conditie afneemt. Je moet de beperkingen van het sociale ritme en van de astronomische tijd kunnen doorzien. Dat de aarde in vierentwintig uur om haar as draait, is zo’n conventie. Maar in andere omstandigheden had een dag net zo goed duizend keer langer of korter kunnen duren. Dat is allemaal zeer relatief.

Voor mij is de taal, het schrijven, juist een middel om aan al die conventies te ontsnappen. In het sociale leven gebeurt net het omgekeerde : je leert er dat de tijd een absolute constante is waaruit je niet mag stappen, terwijl het kind dat principe juist buiten werking stelt. Nochtans, als volwassene weten we intuïtief ook wel dat een ogenblik van schoonheid, van luciditeit of van geluk duizend keer belangrijker kan zijn dan twee jaar professionele of familiale routine.

Het valt me vaak op dat de mensen haast niet durven praten over die intense emotionele momenten en omstandigheden waarop ze zich heel gelukkig hebben gevoeld, ze zijn bang dat de anderen hen gevoelig en zelfs sentimenteel zullen vinden. Ze generen zich om in hun geheugen te graven en de ogenblikken op te diepen die het wezenlijke in hun leven uitmaken.

In de roman komt een scène voor waarin de jonge verteller een gedicht voorleest van Victor Hugo en merkt hoe zijn vriend er gebiologeerd naar luistert. Was u niet zelf dat jongetje dat op dat ogenblik de magie van het woord ontdekte ?

MAKINE : Misschien, maar het was toch meer dan dat alleen. Ik zag de schoonheid van de wereld, maar ik had geen woorden om die schoonheid te beschrijven. Ik zag de hemel, de bomen, het groene bladerdak in de lente. Maar hoe kon ik zeggen wat ik daarbij voelde zonder banaal te worden ? Ik had het gevoel dat het onmogelijk was om het essentiële uit te drukken. Mijn probleem was : hoe kon ik iemand anders mijn geluk met woorden laten aanvoelen ? Het ging om een stilistisch vraagstuk dat te maken had met nuances, met metaforen, met lyriek. Maar er waren ook filosofische en existentiële problemen.

De kern van ?Het Franse testament? is mijn weigering om een wezen van wie ik hield, te zien sterven en te zien verdwijnen. Dat wezen was grootmoeder Charlotte, die zelf de kunst verstond om de dood in iets anders om te zetten. Het prikkelde mijn verbeelding dat ze de dood van een kind direct associeerde met een zwerm trekvogels die toevallig passeerde. Ik wou niet dat grootmoeder zou sterven, ik wou haar beschermen maar wist niet hoe. Het is makkelijker om je eigen dood te aanvaarden dan die van diegenen van wie je houdt. Heel het universum wordt absurd als je je neerlegt bij het denkbeeld dat van het leven uiteindelijk niets dan een hoopje aarde overblijft. Is dat het doel van al die gevoelens, passies en herinneringen, dat ze op een dag tot stof moeten verworden ? Als dat zo is kun je maar beter zelfmoord plegen, dacht ik. Charlotte heeft me gered. Het is uit haar leven en uit haar herinneringen dat ik met menselijke woorden een eeuwigheid heb gedistilleerd. Het boek maakt het beeld van Charlotte vrij. Het beeld bestond al, maar het was nog niet zichtbaar. Ik ben te werk gegaan als een archeoloog, die met zijn schop de aarde wegschept tot het beeld zichtbaar wordt.

Om het onzegbare uit te drukken, hanteert u een taal die in de roman de tussentaal wordt genoemd ?

MAKINE : Ja, de tussentaal is een poëtische taal die elke nationale taal overstijgt. Niet lang geleden ontmoette ik in Canada een Catalaan die me de inhoud van een Spaans gedicht vertelde. Het ging over een man die graag de aarde zou zijn, want als aarde zou hij ooit zijn dode geliefde voor eeuwig kunnen omvatten. Ik verstond dat beeld direct, omdat de poëtische taal me meteen alles duidelijk maakte. Dan doet het er niet toe dat twee mensen van verschillende nationaliteit met elkaar in het Frans spreken, in een taal die voor geen van beiden de moedertaal is. Elkaar verstaan in die poëtische taal is een kwestie van intuïtie.

Schrijven in de tussentaal is zijn toevlucht zoeken tot die poëtische taal en zich losmaken van de realistische taal. Ik ben er zeker van dat de poëtische taal de echte universele taal is. Als je melancholie wil oproepen, dan doe je dat in Frankrijk door als Verlaine te schrijven over de regen in je hart, de Japanners hebben het over een witte bloem, de Zuid-Amerikanen over een lege schelp die op het strand is achtergebleven en de Russen over een trojka die door de sneeuwvlakten jaagt. Hoezeer die beelden ook van elkaar verschillen, intuïtief zijn ze zeer toegankelijk.

Wat betekent stijl voor u ?

MAKINE : Precies omdat stijl betekent dat je met woorden probeert uit te drukken wat haast niet kan worden uitgedrukt, is de wereld van de literatuur een andere wereld dan die van het functionele en het utilitaire. Het gaat er om dat je voorwerpen en mensen niet reduceert tot een etiket dat je ergens kan opkleven. Hoe kunnen we vermijden dat we in de mens alleen maar zijn functie zien, dat we hem utilitair benaderen en na gebruik weggooien ? We worden gedwongen om zo te leven. In heel het Westen worden de mensen functioneel benaderd. In Amerika gaat alles zo perfect omdat alles en iedereen functies zijn geworden.

De literatuur plaatst zich boven die wereld van nuttige banaliteiten. Zelf woon ik in Frankrijk, maar ik leef meer in het diepe spirituele, intellectuele, culturele en poëtische Frankrijk dan in het oppervlakkige politieke en sociale dat men wil laten doorgaan voor het echte Frankrijk. Maar wat is dat voor een echte realiteit die de proporties aangenomen heeft van alleen maar sport of popmuziek ? Ik weiger zo’n banale werkelijkheid voor de echte realiteit te houden.

Ook in de roman evolueert de vertelling van het anekdotische naar het wezenlijke.

MAKINE : Het is een hele weg die wordt afgelegd. Het kind ontdekt zijn geheugen via allerlei kleine anekdoten die zijn grootmoeder vertelt. Die anekdoten gaan over Franse kazen en wijnen, over een president die gestorven is in de armen van zijn maîtresse. Maar die toeristische fase in de roman is snel voorbij. Later worden de essentiële vragen gesteld. Hoe is die Franse vrouw in de Russische steppe verzeild geraakt ? Hoe kon dat mysterieuze wezen daar blijven bestaan, hoe heeft ze dat Franse verleden in zich kunnen bewaren ? Belangrijker dan de anekdote wordt ook de atmosfeer die haar omgeeft. Aan de ene kant heb je dan de textuur van de dingen, aan de andere kant de kern. De kern leg je bloot door gebeurtenissen te vertellen.

In Frankrijk is lang denigrerend neergekeken op schrijvers die verhalen vertelden. Voor de auteurs van de nouveau roman waren de vertellers arme debielen die met het gemene volk omgingen en dus non-literatuur schreven. Dat is niet waar. Ik vind dat het vertellen zeer belangrijk is, niet zozeer omwille van de verhalen zelf, maar juist omdat je dingen moet laten gebeuren die mee het karakter van een personage vormen. In mijn roman is Charlotte een vrouw die in Rusland heel wat gruwelen heeft doorgemaakt. Ze komt die ellende te boven, maar je kan je geen goed beeld vormen van Charlotte als ik niet zou vertellen wat haar is overkomen en hoe ze daarmee is omgegaan.

De sfeer is heel belangrijk. Een simpel voorwerp als een steen kan vol leven zitten ?

MAKINE : Ja, dat is een vorm van animisme. Voorwerpen kunnen recipiënten zijn die de atmosfeer van de geleefde dagen in zich opslaan. Proust vergeleek de dagen in het mensenleven trouwens met vazen of amforen die de substantie van die geleefde dagen bevatten.

Het komt voor dat woorden een nieuwe betekenis krijgen. U beschrijft in uw boek de verminkte oorlogsveteranen, rompen die zich in karretjes voortbewegen. In Rusland worden die toegetakelde mensen ?samovars? genoemd.

MAKINE : Je zou de taal inderdaad kunnen vergelijken met een middeleeuws kasteel waarin zich honderden poorten bevinden. Er zijn poorten waarachter zich afschuwelijke taferelen afspelen, en achter andere poorten zijn er schitterende dingen te zien. Ook in een roman zitten talloze poorten. Je moet vele jaren geleefd hebben om de talloze geheimen achter die poorten te ontdekken en te duiden.

Is het belangrijk dat u als Rus in het Frans schrijft ?

MAKINE : Ik voel me zeer goed thuis in de geschreven Franse taal, die voor mij een heel andere taal is dan de gesproken taal. Iedereen kan horen dat het Frans mijn moedertaal niet is. Het gesproken Frans als taal waarmee wordt gecommuniceerd, interesseert mij niet echt. Om te communiceren heb je genoeg aan enkele honderden woorden, maar om te schrijven moet je registers met tienduizenden woorden opentrekken. Dat is een heel andere taal dan de utilitaire en functionele omgangstaal.

Als kind dacht u dat Frankrijk een soort Atlantis was. Was Frankrijk geen ontgoocheling toen u hier een achttal jaar geleden arriveerde ?

MAKINE : Ik was lucide genoeg om een onderscheid te maken tussen het poëtische Frankrijk van mijn grootmoeder en het alledaagse Frankrijk. Voor ik aankwam, wist ik al hoe het leven hier functioneerde. Sommigen vinden dat ik een moeilijk leven had omdat ik, bijvoorbeeld, een tijdlang in een grafhuisje op Père Lachaise moest slapen. Maar voor een jonge Fransman die naar Parijs komt om er werk en onderdak te zoeken, is het leven ook moeilijk. Ik ben geen miserabilist. Ik heb me geëngageerd in het schrijverschap. Een schrijver is iemand die van zijn pen leeft en die zich overgeeft aan een bizarre bezigheid. Want een schrijver is iemand die woorden op een rij zet en die dingen verzint. Hij weet dat hij marginaal is en gemarginaliseerd wordt. Maar als schrijver kent hij de risico’s die bij zo’n situatie horen. Zelf ben ik van mening dat het echte leven van de schrijver pas na zijn dood begint. Zolang hij leeft is er iets onvolmaakts in hem. Zijn fysieke aanwezigheid is gênant als je over zijn werk spreekt. Alleen als de schrijver dood is, kun je exclusief bezig zijn met de literaire aspecten van zijn werk.

Betekent het leven nog meer dan schrijven ?

MAKINE : Ik ben niet van mening dat een schrijver ?au-dessus de la mêlée? moet staan, zoals Romain Rolland dacht. Een schrijver moet zich voor alles interesseren, maar hij moet er zelf geen deel aan hebben, hij moet aan de zijlijn blijven. Flaubert zei het al. Het is niet omdat de schrijver over oorlog, liefde en dronkenschap schrijft dat hij een soldaat, minnaar of dronkaard moet zijn.

Piet de Moor

Andreï Makine, ?Het Franse testament?, De Geus, Breda, 287 blz., 998 fr.Andreï Makine is een van de gasten op ?Het Andere Boek?, de beurs voor het ?betere? boek in Antwerpen, op 28 en 29 september a.s.

Andreï Makine : Alleen als de schrijver dood is, kun je exclusief bezig zijn met de literaire aspecten van zijn werk.

De kern leg je bloot door gebeurtenissen te vertellen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content