Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

Samira Elagoz studeerde in juni af aan de Amsterdamse School for New Dance Development met de documentaire film Cock, cock… Who’s there? De twintigste editie van Theater Aan Zee wordt dankzij haar wellicht ook de heetste. ‘Vrouwen worden niet langer uitsluitend door mannen geportretteerd.’

‘To be or not to be? Should I or should I not?’ Dat vraagt Samira Elagoz zich ondeugend in de camera glurend af in Four Kings (2014), wanneer ze bij haar vierde ‘koning’ is aanbeland. Die omhelst haar en schudt verleidelijk met zijn ravenzwarte haren. In de film portretteert Elagoz vier mannen bij wie ze thuis op visite gaat: een sadistische pianist, een Engelse loodgieter, een exhibitionist én een goochelaar, de man met de ravenzwarte lokken. Hij bewoont een appartement met veel roze tl-lichten en dat past perfect bij de vuurrode haren van Elagoz. Hij ontlokt haar ook de Hamletvraag.

‘Four Kings maakt deel uit van mijn Meeting Strangers-project’, vertelt Samira Elagoz. ‘De afgelopen drie jaar verzamelde ik ontmoetingen via internetplatforms, en gewoon door mensen op straat aan te spreken. Die ontmoetingen filmde ik. Verschillende mannen zocht ik ook bij hen thuis op. Ik observeerde hoe ze op mij reageerden. Het opzet was eenvoudig: ‘Ik breng een camera mee en ik film hoe we elkaar leren kennen.’ Zonder script. Ik richt de camera ook op fetisjisme, lust en liefde. Maar het is geen porno. Kunst is méér dan porno. Wat is porno meer dan het nastreven van korte bevrediging?

Mogen we u een feministische kunstenaar noemen?

SAMIRA ELAGOZ: Ik maak geen feministische kunst, maar ik toon wél een vrouwelijk perspectief: hoe ik de mannelijke blik en mijn eigen seksualiteit ervaar. Ik verval niet in de stereotiepe rol van de vrouw als seksueel slachtoffer. Ik probeer te achterhalen hoe mannen mij ervaren en wat zo typisch is aan het ‘meisje ontmoet jongen’-scenario. De traditionele rolpatronen vervagen maar zijn nog niet verdwenen.

Waarom werd die genderproblematiek uw thema?

ELAGOZ: In een tijd waarin mensen voortdurend verbonden zijn via het internet, worden fysieke ontmoetingen schaarser. Diezelfde technologie gebruik ik om onwaarschijnlijke interacties te creëren tussen mij en mensen die online naar contact zoeken. Instinctief ben je tegenover vreemden opener, zowel over je seksuele geaardheid als over maatschappelijke opvattingen of andere overtuigingen. De anonimiteit van het online daten en chatten laat een bepaalde intimiteit toe. Het creëert een zelfvertrouwen om jezelf te zijn. Niemand zal je veroordelen. In mijn Meeting Strangers-project tracht ik dat idee in stand te houden door eenmalige ontmoetingen met mannen te organiseren. Het maakte niet uit hoeveel we deelden, we zullen altijd vreemden blijven. Al werden sommigen wel vrienden.

De scènes uit Four Kings waarin u met de goochelaar stoeit, baden in dezelfde roze en blauwe tinten als de frivole collages en filmpjes die u op uw website en Instagrampagina plaatst.

ELAGOZ: Dat zijn de kleuren waar ik intuïtief voor kies, er zit geen betekenis achter. De collages vertrekken vaak vanuit een foto van mezelf die ik bewerk met kleuren en beelden die ik op het internet vind. Dat is louter voor de fun. Die collages en filmpjes zijn veel minder typerend voor mijn werk dan Four Kings of Cock Cock… Who’s there. Als kind vond ik film het summum en dat vind ik nog steeds. Al droomde ik ervan om danseres te worden. Ik heb jaren gezocht naar een school die me toeliet – ik had te weinig ervaring, want ik danste pas sinds mijn veertiende – en toen ik eindelijk mocht starten aan de Salzburg Experimental Academy of Dance zag ik in dat dit mijn droom niet was. We moesten er nadenken over hoeveel centimeters je je arm naar links of naar rechts mag buigen. My God! Daar was ik niet op mijn plaats. Ik wil geen ‘tool‘ zijn in de handen van een ander, ik wil niet zomaar uitvoeren want anderen bedacht hebben. Ik wil eigen werk maken en alles zelf kunnen beslissen. Dat kon in Amsterdam. Daar dwingen ze je iets nieuws te ontwikkelen, je eigen taal te creëren.

U studeerde er in juni af met Cock cock, … who’s there?, een film die ‘niet geschikt is voor gevoelige zielen’. ELAGOZ: Eigenlijk gaat Cock cock… who’s there? inhoudelijk vooraf aan Four Kings, hoewel ik eerst Four Kings heb gemaakt. In dat afstudeerproject vertel ik mijn levensverhaal. (Stilte) Ik wil er niet verder op ingaan, je moet eerst de film zien.

De film Four Kings, waaraan 77 mannen meewerkten, toont ‘de queeste om zich opnieuw tot mannen te kunnen verhouden’, staat op de website van Theater Aan Zee.

ELAGOZ: Ik kon heel relaxed luisteren naar de mannen bij wie ik op bezoek ging en was nooit verbaasd over de manier waarop ze leefden. Dat komt omdat ik door mijn jeugd heb geleerd alles en iedereen te aanvaarden zoals hij of zij is. Ik sta nergens meer versteld van. In Four Kings zorg ik ook dat de mannen waardig in beeld komen. Als filmsterren, haast. Tijdens de ontmoetingen laat ik alles ontstaan, maar in de montagekamer ontpop ik me tot een perfectionist.

U bent jong en mooi. De mannen die u bezocht, zijn daar niet ongevoelig voor. Was u nooit bang?

ELAGOZ: Nee, ik volgde bij al mijn ontmoetingen enkele simpele en effectieve veiligheidsregels. Gevaar is niet interessant voor mij, ik onderzoek iets wat veel subtieler is.

In hun voorstelling Privacy op Theater Aan Zee focussen ook acteurs en geliefden Wine Dierickx en Ward Weemhoff zich op de grens tussen erotiek en narcisme.

ELAGOZ: Ik heb die voorstelling nog niet gezien, maar ik begrijp dat zij erotische scènes van beroemde koppels als Yoko Ono en John Lennon of fotograaf Jeff Koons en La Cicciolina naspelen. Ikzelf wil niet ‘spelen’ maar ‘laten zien’. Ik ben een ‘situationist‘. En ik wil ook niet negatief doen over het zogezegde gebrek aan ‘privacy’ in deze door internet gedomineerde wereld. Dankzij apps als Instagram kunnen vrouwen zichzelf tonen zoals ze dat zélf willen. Eindelijk! Vrouwen worden niet langer uitsluitend door mannen geportretteerd. Dat is toch een grote stap voorwaarts? Al ben ik geen fan van vrouwen die hun achterwerk als feministisch statement op Instagram gooien. Er zit erotiek in mijn werk, maar ik maak geen ‘erotische kunst’.

Hoe zou u uw werk dan wel omschrijven?

ELAGOZ: Ik verzamel situaties, intieme momenten. Door die momenten onthul ik iets van mezelf, mijn onderwerp en de wereld waarin we leven. Ik wil echt heel veel aan mijn publiek geven. Te vaak heb ik voorstellingen gezien waar ik het gevoel heb dat ik als toeschouwer genereuzer ben dan de kunstenaar. Ik wil werk maken dat verontrustend is en dat mensen doet nadenken over hun eigen intimiteit en ethiek.

Ik maak documentairefilms die ik graag zelf inleid. En voor die kunst vertrek ik vanuit mijn leven. Ik film geen mensen die doen alsof, ik film mensen die hun leven leven. Ik reisde naar New York, Tokio, Havana en Helsinki voor Cock Cock… Who’s There?. Binnenkort hoop ik naar Taiwan, Mexico en Sint-Petersburg – het nieuwe Berlijn – te reizen, er vreemde mensen te ontmoeten en met hen intimiteit te ervaren. Net omdat je elkaar niet kent, ben je veel eerlijker tegen elkaar. De nood aan intimiteit én oprechtheid in real life is niet enkel een behoefte die ik heb. Het is een behoefte van een generatie.

Theater Aan Zee vindt plaats van 27 juli 2016 tot en met 6 augustus 2016, ‘Cock Cock… Who’s there?’ speelt er van 2 tot 5 augustus 2016.

ELS VAN STEENBERGHE

‘Ik ben geen fan van vrouwen die hun achterwerk als feministisch statement op Instagram gooien.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content