In Antwerpen ligt schepen van Onderwijs en Rechtszaken Claude Marinower zwaar onder vuur. Hij zou ‘de doodgraver van het stedelijk onderwijs’ zijn. ‘Slaat nergens op’, countert de Open VLD’er.

Als eerste niet-socialistische schepen van Onderwijs in Antwerpen sinds 1918 heeft Claude Marinower (Open VLD) het niet onder de markt. Vlak voor het nieuwe schooljaar stapte Frank Noten, directeur van het verzelfstandigde stedelijk onderwijsbedrijf, op. Achter de schermen werd gefluisterd over een ondermaatse interesse van Marinower voor onderwijs.

Tijdens de laatste gemeenteraadszitting mondde dat uit in beenharde kritiek van de oppositie. Marinower werd beschuldigd van een ‘politieke afrekening’ en een ‘ideologische sluipmoord’ op het stedelijk onderwijs, dat in Antwerpen bijna een eeuw lang in handen van de socialisten was. De animositeit werd buiten het stadhuis kracht bijgezet door 500 actievoeders, die in het bureau van Marinower op ’t Schoon Verdiep een zak vol zeeschelpen achterlieten. De directe aanleiding was namelijk de beslissing van de coalitie van burgemeester Bart De Wever (N-VA) om een streep te halen door de bos- en zeeklassen in drie stedelijke domeinen in Kalmthout, Brecht en Sint-Idesbald.

‘Wij schaffen geen bos- en zeeklassen af. Alleen zal de stad ze niet meer zelf organiseren met haar agentschap Klas op Stap’, bijt Marinower van zich af. ‘Dat boekte in 2012 een verlies van ruim 4 miljoen euro. Dat geld komt uit de algemene middelen voor het onderwijs in Antwerpen en zou moeten dienen voor alle kinderen van het derde tot het zesde leerjaar van het lager onderwijs van alle netten. De verhouding is zoek. Het stedelijk basisonderwijs heeft een marktaandeel van 34 procent, maar de middelen voor de bos- en zeeklassen gingen nu voor meer dan 90 procent naar kinderen van die lagere scholen. Daarom werken we voortaan met vouchers van 60 euro per schooljaar voor alle betrokken kinderen – 20.000 in totaal – van alle scholen. De drie domeinen zullen we intussen valoriseren. Dat kan ook een verkoop zijn.’

‘De bewering dat deze maatregel vooral armere kinderen treft, aanvaard ik niet’, zegt Marinower ook. ‘Dat zou betekenen dat het stedelijk onderwijs in Antwerpen per definitie kinderen uit minder bemiddelde gezinnen aantrekt en dat kinderen uit meer welgestelde gezinnen naar het katholieke en het gemeenschapsonderwijs gaan. Sinds mijn aantreden heb ik scholen van alle netten bezocht, en ik wéét dat die tweedeling onzinnig is.’

De verwijten over sluipmoord en politieke afrekening illustreren dat het de Antwerpse SP.A hoog zit.

Claude Marinower: In de gemeenteraad ben ik nog net niet de schoothond genoemd van een bestuurscollege onder leiding van de N-VA, dat me gedwongen heeft om de rode burcht van het stedelijk onderwijs te treffen. Trouwens, dat van die burcht heeft de oppositie zelf gezegd. Ik ben twintig jaar gemeenteraadslid in Antwerpen en niemand heeft me ooit kunnen betrappen op negatieve uitlatingen over stedelijke scholen.

De beschuldigingen slaan nergens op. Ik verpats het stedelijk onderwijs niet. Het beste bewijs: in het meerjarenplan tot 2019 heb ik bijna een verdubbeling van de investeringen gerealiseerd voor de stadsscholen, tot 144 miljoen euro. Bij de start van de budgettaire rondes voor dat plan stond de teller op minder dan 60 miljoen. Gelukkig krijg ik vanuit het stedelijk onderwijs zelf aanmoedigingen: het lawaai van de oppositie over een deelbudget verraadt dat ik op goede weg ben, heet het.

Dat laatste vonden ze niet bij Creatopia, de opvolger van De Blokkendoos die in juni te maken kreeg met ouderprotesten en beschuldigingen van seksueel misbruik. U wilde er op de eerste schooldag de pers uitnodigen.

Marinower: In juni was er een emotionele ravage onder het schoolteam. In overleg heb ik de werking van De Blokkendoos toen stopgezet. Dat was ongezien, maar het was de enige mogelijke maatregel. In de zomer is hard en met succes gewerkt aan een herstelplan. Dat resultaat wilde ik op 2 september via de media tonen, maar in een vranke discussie met directie en leraars bleek dat zij geen pers over de vloer wilden. Dat standpunt heb ik gevolgd.

Op dat moment was het ook over en uit voor directeur Frank Noten. Een ‘vertrouwensbreuk’ deed hem ontslag nemen.

Marinower:Over zijn ontslag zeg ik niets. De afwikkeling is nog bezig. In de media is gesproken over een verschil in visie. Frank Noten heeft grote verdiensten voor het onderwijs in Antwerpen. Maar uiteraard ben ik een andere schepen dan mijn voorganger Robert Voorhamme (SP.A), met wie hij vijf jaar heeft samengewerkt. Over sommige punten dachten we anders. Voor het luik onderwijs van het stedelijke meerjarenplan heeft hij diverse ambitieuze scenario’s voorgelegd. Door de budgettaire zorgen van de stad heb ik met het schepencollege beslist om bescheidener en realistischer te zijn.

De gevolgen van het vertrek van Frank Noten moeten niet gedramatiseerd worden. Het stedelijke onderwijsbedrijf ligt niet op zijn gat, en alle stedelijke scholen zijn op 2 september zonder problemen weer van start gegaan. Het directiecomité heeft in een e-mail zijn loyauteit ten opzichte van het stedelijk onderwijs bevestigd.

Ook de kop van Fatima Bali, die een verleden bij Groen heeft, is gerold. Zij had van Noten een opdracht gekregen als brugfiguur tussen het team van Creatopia, de ouders en de buurt.

Marinower: Als schepen van Onderwijs ben ik voorzitter van het autonome gemeentebedrijf voor het stedelijk onderwijs. In die rol heb ik mevrouw Bali niet aangeworven en dus ook niet ontslagen. Dergelijke personeelskwesties zijn een zaak van de bedrijfsdirectie. Aan de andere kant spreek ik niet tegen dat er over haar aanstelling discussie is geweest. Ze had een contract voor vier maanden met een proefperiode. Tegen het eind van die periode is de opdracht stopgezet omdat in De Blokkendoos veel vooruitgang was geboekt en de school onder een nieuwe naam een goede doorstart heeft gemaakt.

U zou Bali een ‘politiek risico’ genoemd hebben?

Marinower:Daar ga ik niet op in, ook omdat ze haar ontslag aanvecht voor de arbeidsrechtbank. Kijk, het stedelijk onderwijs telt 6400 personeelsleden. Soms wordt iemand ontslagen, een andere keer neemt iemand ontslag. Dat gebeurt in elk bedrijf. Maar ik kan niet telkens met de betrokkene nog een gesprek voeren. Dat is niet mijn taak, en het zou een straatje zonder einde worden.

Voor het onderwijs in Antwerpen ligt er anders genoeg werk op de plank. 60 procent van de kinderen in het basisonderwijs en 40 procent van de leerlingen in het secundair hebben een migratieachtergrond. Spijbelen en zittenblijven zijn ernstige problemen. Ruim een kwart van de jongeren verlaat de school zonder diploma.

Marinower:Dat laatste cijfer moet absoluut omlaag. We proberen dat onder meer te bereiken met het project ‘Samen tot aan de meet’. We willen leerlingen tot de laatste dag van hun schoolloopbaan bij de hand nemen. We doen dat met een waaier aan initiatieven: kinderen met leerproblemen worden beter begeleid, ouders worden meer ondersteund en betrokken, het spijbelen wordt heel vroeg gedetecteerd, studerende jongeren met een migratieachtergrond treden op als tutor, enzovoort.

Een andere rode draad is dat we het onderwijsaanbod beter willen afstemmen op werk en economie. Dat doe ik samen met schepen Marc Van Peel (CD&V). Het technisch en het beroepsonderwijs moeten beter afgestemd worden op de noden van de arbeidsmarkt. Daarom investeren we ook in twee specifieke campussen aan Park Spoor Noord.

Capaciteitsproblemen zetten het basisonderwijs en straks het secundair en buitengewoon onderwijs in Antwerpen zwaar onder druk. Tot in 2019 komen er bijna 10.000 kinderen bij, maar u vindt dat Vlaanderen voor die demografische evolutie moet opdraaien.

Marinower: Van de 144 miljoen euro voor nieuwe investeringen in het stedelijk onderwijs gaat een deel naar onder meer brandveiligheid en dringende ingrepen om de sluiting van scholen te voorkomen. Ongeveer 87 miljoen is bestemd voor 2610 extra plaatsen en het opvangen van de doorstoom van kinderen uit al gerealiseerde uitbreidingsprojecten. We blijven ook een formule onderzoeken waarmee de stad en de privésector gangmaker worden voor de bouw van nieuwe scholen, die aan alle netten ter beschikking kunnen worden gesteld.

Maar met die 87 miljoen is het vat voor de stad leeg. De Vlaamse regering moet haar verantwoordelijkheid nemen. Niet alleen het stedelijk onderwijs maar ook de andere netten hebben dringend meer geld nodig. Structureel, en niet met elk jaar een beperkt bijkomend budget zodat tegen 1 september alle kinderen op de valreep een plaats op school hebben. Anders ontploft de Antwerpse taskforce, die netoverschrijdend de capaciteitsnood in kaart brengt en zoveel mogelijk tracht te beheersen.

Mij kan het niet schelen of de extra middelen van de Vlaamse regering komen van Pascal Smet (SP.A), Kris Peeters (CD&V), Philippe Muyters (N-VA), of van de drie samen. In 2014 wordt het voor bijkomende capaciteit nogmaals behelpen, maar de nieuwe Vlaamse regering moet snel een plan met een financiële injectie voor meerdere jaren hebben. De Antwerpse taskforce zal de politieke partijen tijdig een memorandum bezorgen.

Het onderwijs in Antwerpen is in Vlaanderen een prototype van netoverschrijdende samenwerking. Behalve de taskforce is er een lokaal overlegplatform (voor inschrijvingen) en een onderwijsraad (voor andere uitdagingen). Oud-schepen Voorhamme kon zich opwerpen als regisseur. Er wordt getwijfeld of u dat ook kunt.

Marinower:Toegegeven, ik ben niet als specialist in de materie gestart, en de onderwijspartners in Antwerpen moeten ook aan mij wennen. Maar ondertussen heb ik me ingewerkt en ben ik omringd door mensen met kennis van zaken. In het meerjarenplan van het stadsbestuur is daardoor financieel en inhoudelijk de basis gelegd voor mijn beleid in de komende vijf jaar.

Het verbaast me dat er vragen rijzen over mijn affiniteit met onderwijs. Die worden toch ook niet gesteld aan schepenen in andere steden, of aan ministers die vandaag verantwoordelijk zijn voor begroting en morgen voor milieu of huisvesting? Na twintig jaar in de Antwerpse politiek en met een ervaring als parlementslid weet ik intussen hoe het er in een overheidsbestuur en in mijn stad toegaat.

Men verwijt u ook dat u niet hard genoeg werkt als schepen, omdat u actief blijft als advocaat.

Marinower:Dat isonder de gordel. Ik ben inderdaad de enige Antwerpse schepen met een ander beroep, dat ik al 35 jaar uitoefen. Het klopt dat ik tijd maak voor mijn advocatenpraktijk. Maar als schepen van Onderwijs kom ik ook al mijn afspraken na. Als blijkt dat de combinatie niet vol te houden is, zal ik de gepaste maatregelen nemen.

Waarin verschilt het bestuur onder burgemeester Bart De Wever met dat van Patrick Janssens (SP.A)?

Marinower:Ten eerste is er de massale mediabelangstelling. We worden op de vingers gekeken. Dat maakt de communicatie door de burgemeester en schepenen soms wat meer verbeten. Ook de oppositie is veranderd. Zeker aan de linkerzijde, waar alles wat we doen wordt uitgelegd als een aanval op het verleden en waar drie partijen – SP.A, Groen en PVDA – elkaar de loef proberen af te steken. Inhoudelijk deed het bestuur onder Janssens veel voor stadsontwikkeling. Dat wordt met De Wever voortgezet, maar in ons meerjarenplan zitten drie speerpunten: veiligheid, sociaal beleid en, jawel, onderwijs.

DOOR PATRICK MARTENS

‘Het verbaast me dat er vragen rijzen over mijn affiniteit met onderwijs. Worden die ook gesteld aan schepenen in andere steden?’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content