‘Vroeger moesten ze maar roepen en ik zat op mijn paard. Maar dat is nu gedaan. Ik ben, eindelijk,slimmer geworden’, zegt spits Bjorn Vleminckx,de held van alle KV Mechelen-supporters. Malinwa ontvangt zondag kampioen Standard.

Zondag in het Veolia-stadion, zo heet ‘Achter de Kazerne’ tegenwoordig, ontmoeten de twee vurigste supporterskernen van het land elkaar. Alsof men coke in de braadworsten heeft gedraaid, zó kunnen de fans van KV Mechelen en Standard tekeergaan. En er staat voor beide clubs ook wel wat op het spel. Standard zal beducht zijn voor de verplaatsing naar Mechelen, kampioen word je immers door dit soort venijnige uitmatchen te winnen. Concurrent Club Brugge liet trouwens al punten achter op Malinwa. KV Mechelen van zijn kant moet dringend punten sprokkelen, want de rangschikking oogt allerminst aangenaam voor ‘de Kakkers’. Zeker in een seizoen waarin er mogelijk vier eersteklasseclubs zakken.

Een man voor wie de KV-supporters altijd graag hun keel schor schreeuwen, is spits Bjorn Vleminckx. Altijd voorop in de strijd, het type onderschatte voetballer die er technisch niet altijd academisch uitziet, maar wel steeds tot het uiterste gaat om een match te winnen. Al kun je ook daarin overdrijven.

Vertel eens wat je meemaakte de eerste keer dat je tegen Standard speelde.

BJoRN VLEMINCKX: Toen was ik zeventien en mocht ik bij Beveren voor de eerste keer invallen in eerste klasse. Tien minuten later kreeg ik rood. Een tackle schuin langs achteren, iets waar toen veel om te doen was in de pers. Ik had de bal, maar als 20.000 kwaaie Standardfans beginnen te roepen, dan trekt een arbiter toch die kaart. Debuteer zo in eerste klasse, dacht ik nog. ( lacht) Ik was jong en enthousiast hé. Dan vlieg je er volle bak in, zonder aan de gevolgen te denken. Maar uit zo’n ervaring leer je. Het zal me zondag zeker niet opnieuw overkomen.

Heb je Standard tegen Sevilla bezig gezien?

VLEMINCKX: Amai. Indrukwekkend was dat. Standard heeft het Belgisch voetbal weer op de kaart gezet. Europees halen zij een niveau dat geen enkele andere ploeg uit de Jupiler Pro League aankan. En de manier waarop ook: door de jeugd kansen te geven en enkel buitenlanders op te stellen als ze echt een duidelijke meerwaarde bieden. Standard toont de rest hoe het moet.

Gelukkig voor ons komen ze in de Belgische competitie minder sterk voor de dag. Ik begrijp dat, het zal wel onderschatting zijn. Wie Sevilla verslagen heeft, zal van KV Mechelen niet wakker liggen. Als zij net iets minder zijn en wij zijn in een superdag, dan valt er zeker iets te rapen.

Je directe tegenstander wordt wellicht Oguchi Onyewu, van wie je al gezegd hebt dat hij de beste verdediger van het land is.

VLEMINCKX: Daar blijf ik bij. Onyewu is sterk, slim en voetbalt goed uit. Erg wendbaar is hij niet, maar dat compenseert hij met zijn duelkracht. Als hij op jou plakt, man tegen man, dan wint hij bijna altijd het duel. Het wordt makkelijker als je afstand van hem kunt nemen. Maar Standard speelt zo compact dat weglopen ook niet altijd een optie is.

Een topper op bezoek krijgen is altijd een uitdaging, maar voor ons zijn dat eigenlijk niet de allerbelangrijkste matchen. Tegen Standard probeer je punten te pakken, maar tegen Tubeke móét je winnen. Drie punten tegen Standard zijn mooi voor de publiciteit, maar tellen in de afrekening niet zwaarder door dan drie punten tegen Tubeke. En in het laatste geval pak je gelijk ook drie punten af van een ploeg die we achter ons willen houden.

De competitiestart van KV Mechelen was niet denderend, waardoor het degradatiespook al meteen opduikt. Ploegen zoals Mechelen zijn de grote slachtoffers van de competitiehervorming. Akkoord?

VLEMINCKX: Zeker en vast. De clubs tussen plaatsen acht en zestien zijn ongeveer even sterk. Boven of onderaan die reeks staan, kan ook gewoon pech zijn. Maar als je vijftiende staat, dan zit je dit seizoen maar net boven de gevarenzone. Het wordt een bijzonder stresserende competitie, zoveel is zeker.

Opvallend is dat Mechelen dit seizoen zoveel geblesseerden telt. Is daar een verklaring voor?

VLEMINCKX: We zitten nu eenmaal in de hoek waar de klappen vallen. Het komt allemaal samen: onterechte rode kaarten, goed spelen maar ballen die op de paal vallen… Het positieve daaraan is dat we nu onze portie wel gehad hebben. Die pech kan niet blijven duren. En als de geblesseerden terugkeren en de ploeg raakt onder stoom, dan kan het nog een heel mooi seizoen worden. Onze kern is normaal te sterk om nog echt in de problemen te raken. En als we dit rare seizoen, met die vier zakkers, doorkomen, dan is het probleem van de baan.

Vanaf volgend jaar komen er play-offs. Ben jij voorstander?

VLEMINCKX: Nee. Ik vind het raar dat wij daar nog aan beginnen, in Nederland heeft men toch al aangetoond dat de supporters daar niet voor te vinden zijn? Men zal daar wel weer van afstappen, denk ik. Net zo met kerstvoetbal. In Engeland is dat traditie, maar volgens mij zitten onze supporters die dag liever met de familie aan tafel.

Vreemd is dat zulke zaken worden doorgedrukt terwijl nagenoeg alle eersteklassevoetballers tegen zijn.

VLEMINCKX: Zoiets wordt op een hoger niveau beslist. Men denkt er meer tickets door te verkopen, maar dat kan lelijk tegenvallen. Mijn ouders zullen met kerst nog wel naar de match komen kijken, maar zelfs mijn beste vrienden, mensen die hier elke week in het stadion zitten, zul je die dag niet zien. Die trekken dan naar hun familie, zeker weten.

In je tijd bij Beveren heb je het Ivoriaanse tijdperk meegemaakt. Hoe was het om daar soms als enige blanke op het veld te staan?

VLEMINCKX: Beveren zat in die jaren totaal in de zak van Jean-Marc Guillou, de Franse manager van die Ivorianen. Had hij toen niet overgenomen, dan bestond de club vandaag niet meer. Maar voor de blanke spelers was het niet makkelijk. Ik herinner me een periode dat letterlijk alle spitsen out waren behalve ik, maar dan zette de trainer nog altijd liever een Ivoriaanse middenvelder in de spits dan mij een kans te geven. Dan weet je het wel. Op technisch gebied heb ik die jaren veel geleerd van die Afrikanen, maar voor mijn carrière was het goed dat ik wegging.

Je speelde er met Emmanuel Eboué, N’Dri Romaric en Arthur Boka. Die voetballen nu respectievelijk bij Arsenal, Sevilla en VfB Stuttgart. Merkte je op training dat zij Europees topniveau in de benen hadden?

VLEMINCKX: Op training niet zo, nee. ( lacht) Tijdens de week deden die mannen waar ze zin in hadden. Er waren er nogal wat die op zaterdag hun match speelden, dan tussen aanhalingstekens gekwetst waren tot donderdag, vrijdag weer aansloten en ’s anderendaags in de basis stonden. Maar ja, als je ze dan tijdens de match zag: er waren erbij die de Belgische top overklasten.

Hoever kun je zelf nog evolueren?

VLEMINCKX: Ik blijf werken en bekijk het van jaar tot jaar. Wie weet zit er iets hogers in dan Mechelen, maar als het niet zo is, dan ga ik daar niet om treuren. Sportief zit ik hier goed, financieel ook. Als ik na mijn carrière kan terugkijken op pakweg vijftien jaar eersteklassevoetbal, mag ik trots zijn op mezelf, denk ik.

Deze zomer gingen er geruchten dat Standard in jou geïnteresseerd was. Zelf iets van gehoord?

VLEMINCKX: Nee. Ik weet ook niet of het voor mij wel zo’n verstandige zet zou zijn. Je kunt alleen beter worden door te spelen en bij Standard lijkt de kans op een basisplaats voorlopig klein voor mij. Hier in Mechelen krijg ik het vertrouwen. Waarom zou ik dat op het spel zetten?

En de supporters van Malinwa dragen je op handen, dat zal ook wel meespelen.

VLEMINCKX: Da’s waar. Ik denk dat ik qua karakter goed bij onze supporters pas. Ik leg me nooit neer bij een nederlaag, ik wil altijd winnen. Voor mij kan een match pas verloren zijn als er afgefloten is. Dat hebben ze hier graag.

Ben jij zo’n typische topsporter die zelfs ieder partijtje scrabble moet winnen?

VLEMINCKX: O ja, totaal. Als ik verlies bij een stom spelletje kaarten, ben ik niet om aan te spreken. Dat is de aard van het beestje.

Die mentaliteit neem je mee naar het voetbalveld. Je gaat altijd erg fel in de duels. Soms oogt het nogal onbesuisd.

VLEMINCKX: Ik weet het, dat zit nu eenmaal in mijn spel. Zodra de arbiter fluit, ken ik niemand meer, ga ik helemaal op in die match. Zelfs mijn beste vriend zou ik een beentje durven te lichten. De uitdaging is een gezonde balans te vinden tussen ervoor gaan en net niet te ver gaan, zodat je niet geschorst wordt. Want zo laat je de club uiteindelijk ook in de steek. Vorig seizoen pakte ik in de laatste match tegen Sint-Truiden nog rood, waardoor ik nu het begin van de competitie miste. Heel dom, we hadden die match niks meer te winnen. Op zulke momenten kan ik erg boos zijn op mezelf.

Hoe komt het dat je in die onbelangrijke match dan toch de controle verliest?

VLEMINCKX: Tja, als we wonnen, konden we nog tiende eindigen, anders zou het dertiende worden. En dan wil ik zó graag toch voor die tiende plaats gaan, dat ik in de fout ga. Nadien kon ik mezelf wel voor de kop slaan. Het was een jeugdzonde, maar met die stommiteiten moet het nu echt gedaan zijn. En het zal gedaan zijn; dit seizoen pakte ik in de eerste twaalf matchen maar twee keer geel, wat voor mij weinig is. De domste tackles zijn er blijkbaar uit. Ik zal, eindelijk, een slimmer blondje geworden zijn.

Hoe krijgen ze jou op je paard?

VLEMINCKX: Vroeger ging dat heel gemakkelijk. Een tegenstander moest maar roepen: ‘Hé, gij met uw twee linkerpoten, hoe komt het dat gij meespeelt? Het vriendje van de trainer of wat?’ En ik was vertrokken. Terwijl dat natuurlijk gewoon uitdagen is. Dat hoort erbij en je moet daartegen kunnen. Uiteindelijk raakt je dat ook niet echt. Maar je wilt je dan bewijzen en extra je best doen. En dat helpt niet altijd.

Tegen Gent ben je hun supporters na de match uitvoerig gaan bedanken. En dat terwijl ze je vanaf minuut één hebben uitgefloten.

VLEMINCKX: O, maar dat doet mij net goed. Ik haal energie uit zo’n fluitconcert, dan kan ik plots vijf kilometer rapper lopen. Bij deze een oproep aan alle fans die niet voor KV Mechelen supporteren: scheld Bjorn Vleminckx maar uit. Hoe meer, hoe liever.

Vele anderen zouden net blokkeren.

VLEMINCKX: Dan ben je het niet waard om in eerste te spelen. De mensen in de tribunes betalen om te mogen roepen wat ze willen. Ze moeten niet overdrijven, dat is juist. Over mijn familie of mijn privéleven moet niemand iets zeggen, bijvoorbeeld.

Tubeke-Genk werd stilgelegd na spreekkoren over Walen. Wat vond je daarvan? De manager van Tubeke noemde het racisme.

VLEMINCKX: Een match stilleggen is sowieso een overwinning voor de roepende supporters. Ik vond dat niet verstandig. En of het racisme is… Ik vind dat uitspraken op of rond een voetbalveld nogal snel als racisme worden gezien. Ja, ik scheld op zwarte jongens, maar niet meer dan op hun blanke collega’s hoor. Dat jennen hoort erbij.

Je bent zelf anders ook wel iemand die zich laat raken door kritiek. Op de trainingen van KV Mechelen valt op hoezeer trainer Peter Maes je voortdurend op je nek zit.

VLEMINCKX: Als ik tien passen geef, kan hij soms acht keer brullen dat het op niks trekt. Op dat moment zelf denk ik soms: dit was er weer over, ik ben het beu. Maar een uurtje later zijn die negatieve gevoelens weggespoeld en stel ik vast dat ik toch weer scherp getraind heb. Peter Maes doet dat ook alleen maar om mij beter te maken. En het lukt, ik heb in de twee en een half jaar dat ik met hem werk veel geleerd. Trouwens, dat een trainer tegen je brult, is nog altijd beter dan dat hij niets zegt. Op de een of andere manier halen strenge trainers altijd het beste in mij naar boven. Ik heb een harde hand nodig. Ik moet kort gehouden worden, denk ik.

Hoeveel goals ga je dit jaar maken?

VLEMINCKX: Dertien is mijn streefgetal. Maar zes goals en acht assists is ook goed. Zolang de club er maar wel bij vaart.

Wie wordt er topscorer?

VLEMINCKX: Zoals Ouwo Maazou van Lokeren nu bezig is, lijkt dat de te kloppen man. Maar houdt die dat vol? En Lokeren is normaal ook niet een ploeg die veel scoringskansen afdwingt. Ik tip op Dieumerci Mbokani of Nicolas Frutos.

Wie waren vroeger je voetbalhelden?

VLEMINCKX: Marc Wilmots en Wesley Sonck. Twee spelers met wie ik nu soms vergeleken word. Dat is leuk, maar ik mag me niet te veel spiegelen aan hen. Een goeie voetballer kent zijn kwaliteiten, maar weet ook wat hij niet kan.

Ook met Dirk Kuyt word je nogal eens vergeleken.

VLEMINCKX: Een speler die met hard werken uiteindelijk tot in Liverpool geraakt is, hoewel hij naar het schijnt vroeger nooit beschouwd werd als het grote talent. Daar herken ik me wel in, ja. Je moet altijd blijven werken en blijven geloven.

Wie is binnen de kern van KV Mechelen het grootste talent?

VLEMINCKX: Nana Asare. Als je ziet wat die allemaal met een bal kan! Asare neemt zonder probleem de hele linkerflank voor zijn rekening, kan dribbelen, verliest zelden een bal en heeft daarenboven ook de mentaliteit en de werkkracht. En hij is nog polyvalent ook. Die jongen had allang bij een topclub moeten zitten. Maar goed, als zij het niet zien, dan hoop ik dat Asare nog lang bij ons blijft.

Wat heeft Glenn Verbauwhede tegen jou gezegd voor de match op KV Kortrijk?

VLEMINCKX: Eigenlijk niet veel. Ik vroeg hem hoe het kwam dat hij niet in doel stond, want Peter Mollez, die in zijn plaats speelde, was kort daarvoor tegen Moeskroen nog zwaar in de fout gegaan. Glenn heeft gezegd wat hij over die bewuste fase dacht en toen zijn we over vroeger begonnen, Glenn en ik kennen elkaar uit de nationale jeugdselecties. Meer is er niet verteld. Waarschijnlijk heeft iemand van Kortrijk dat gesprek gehoord en heeft hij dat tegen zijn collega’s wat aangedikt. Waardoor Glenn nu met de gebakken peren zit.

Verbauwhede zou Mollez geflikt hebben, wil het verhaal, door jou op zijn zwakke punten te wijzen.

VLEMINCKX: Maar nee! Alsof ik dat nodig heb, zeg. We hebben eigenlijk alleen heel algemeen over Mollez gepraat en er werd ook niks gezegd dat niet iedere Belgische aanvaller al weet. Stel dat je tegen iemand van Club Brugge zegt: ‘Stijn Stijnen kan geweldig goed uitkomen, maar op hoge ballen twijfelt hij soms’, en die jongen antwoordt daarop, ben je dan iemand aan het flikken? Ik vind van niet. Men maakt van een mug een olifant. Ik hoop dat dit Glenn niet blijft achtervolgen. Maar dat gezegd zijnde: zoals Mollez nu speelt, is het logisch dat hij blijft staan. Ook tegen ons keepte hij fantastisch en dat ondanks al die zogezegde tips die ik had gekregen.

In jullie bekerwedstrijd tegen Veldwezelt werd een bellende Chinees opgepakt. Iets gemerkt?

VLEMINCKX: Niks. En alle spelers stonden samen toen we het hoorden: als er iets louche aan de hand was, dan hadden we dat wel aan elkaars reactie gezien. Bij Veldwezelt is mij trouwens ook niets bijzonders opgevallen. De Chinezen zullen zwaar gegokt hebben op die match, en iemand gestuurd om ter plekke te controleren, maar ik geloof niet dat er spelers benaderd werden om iets te regelen.

Veldwezelt komt wel twee keer voor in die match. Ongewoon dat een derdeklasser dat tegen jullie flikt.

VLEMINCKX: Die Chinees is wel gewoon weer vrijgelaten. Als er iets aan de hand was, dan hadden we dat al gehoord nu. Ik kan me eerlijk gezegd niet indenken dat er zou zijn gefoefeld met die wedstrijd. Spelers zullen wel twee keer nadenken, na wat er een paar seizoenen geleden gebeurd is zeker? Zoiets komt altijd uit.

Val jij te corrumperen?

VLEMINCKX: Nooit. Ze mogen mij alle geld in de wereld geven: ik win te graag om een match te verkopen. Bij monopoly zou ik al eens een vakje durven over te slaan, maar vals spelen op een voetbalveld? Nooit. Ik zou beschaamd zijn.

DOOR JEF VAN BAELEN

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content