Roderik Six
Roderik Six Journalist voor Knack

Andy Warhol leeft! Tenminste: in de nieuwe roman Niets Bijzonders van Paul Mennes loopt de kunstenaar als een zombie door de straten van Pittsburgh. Maar hoezeer leeft Mennes, na vier jaar stilte?

De titel van uw roman klinkt haast defaitistisch. Gaat het wel?

PAUL MENNES: Het gaat. Ik ben nooit een gelukkige jongen geweest, maar meestal lukt het. Ik merk wel een groeiende melancholie – de leeftijd ongetwijfeld. Weet je, normaal moet je als auteur met een nieuw boek overal verkondigen dat het van levensbelang is. Dat vind ik erover. Het is een boek. Hopelijk een goed boek, maar niets wat de wereld zal veranderen. Dat hoeft ook niet.

Hoe kwam u erbij om Andy Warhol te laten reïncarneren?

MENNES: In Pittsburgh bracht ik veel tijd door in het Warhol-museum. Gaandeweg moest ik toegeven dat ik meer belangstelling had voor leven en werk van de man dan voor het boek waaraan ik bezig was. Toevallig werden in Pittsburgh scènes van de Batmanfilm The Dark Knight Rises gedraaid. Toen ik weer in België was, heeft ene James Eagan Holmes mensen doodgeschoten tijdens de première van die film in Orlando. Zo kwam de combinatie Warhol-Batman in het boek terecht.

Hoe hoog acht u Warhol?

MENNES: Ik deel de mening dat de eerste helft van de twintigste eeuw in de kunsten van Picasso was, en de tweede helft van Warhol. Zijn beeldtaal is overal, en ik denk dat het nog een hele tijd zo zal blijven. Misschien was hij niet de meest aangename mens die er ooit heeft rondgelopen, vooral in de jaren zestig niet, maar aangename mensen bereiken zelden dat niveau.

U integreert ook sociale media in uw roman. Uw alter ego, Kasper Lazarus, is inderdaad terug te vinden op Facebook, een profiel dat opgeleukt is met Transformer-foto’s. Uw alias?

MENNES: Grappig, ik had geen idee dat er een Kasper Lazarus op Facebook zat. Dat ben ik niet, maar ik ga zeker eens kijken. In het verleden doken er op het net ook al Von Mausmattes op, een personage uit Poes Poes Poes. Ik ben geflatteerd.

En ja, Kasper Lazarus lijkt op mij. Maar ik heb ‘m ook zo gemaakt dat hij in veel opzichten mijn tegendeel is. Ik voelde niet de onweerstaanbare drang om te debuteren. Ik heb nooit behoefte gehad aan een pseudoniem. Het verpletterende besef dat Kasper Lazarus van zijn eigen banaliteit heeft, lijkt me de belangrijkste overeenkomst.

Kasper Lazarus stelt zich ernstige vragen bij het schrijverschap: ‘Er was witte wijn en goede wil. Soms twijfel ik of mijn werk zin heeft.’

MENNES: Ik twijfel. Maar ik twijfel ook of het zin heeft om vanavond eten klaar te maken, bijvoorbeeld. Heeft het zin om ’s ochtends de gordijnen te openen als je ze ’s avonds toch weer dicht moet trekken? Er zijn beroepen die, objectief gesproken, zin hebben. Maar ik vrees dat ik er de man niet naar ben om met kinderen met down te werken. Ik wou dat ik het geduld had, maar dat is niet het geval.

Terwijl uw personages vaak aan allerlei angsten lijden en liever binnenblijven, trekt u de laatste jaren vaak naar het buitenland.

MENNES: De kluizenaar met de versleten valiezen, misschien heb je gelijk. Eigenlijk heb ik een hekel aan reizen en kom ik inderdaad niet graag de deur uit. Ik moet mezelf soms moed inspreken om van mijn werkhok naar de keuken te gaan voor koffie. Geef mij interessante muziek en een boek en ik ben tevreden. Verder moet er niet zo denderend veel gebeuren.

Tot slot: maakt schrijven van u een beter mens?

MENNES: Daar ga ik lang en hard over nadenken.

Roderik Six

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content