Wie werkt, kan leven. Klinkt mooi, maar de werkelijkheid is anders. De helft van alle mensen die werken, verdient te weinig om fatsoenlijk te kunnen leven. Daarom hebben vakbonden uit de hele wereld 7 oktober uitgeroepen tot Werelddag voor Waardig Werk.

Niemand beter om te vertellen wat waardig werk is dan de Chileen Juan Somavia. Hij is directeur-generaal van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO). Daar is het concept gegroeid. Diezelfde IAO verblijdt nu ook de wereld met de boodschap dat klimaatverandering miljoenen nieuwe jobs kan creëren bij de noodzakelijke omschakeling naar een ecologische economie. We spraken met Somavia in Genève, de thuisstad van de IAO.

Velen denken dat de economische globalisering zoals we die nu kennen, zal blijven duren. Maar hoe krijgen we dan een sociale globalisering?

JUAN SOMAVIA: De economische globalisering zal niet noodzakelijk verdergaan zoals vandaag. Nu is ze gebaseerd op het vrijmaken van de markt en het loslaten van de meeste regelgeving, en dan moet de markt het maar oplossen. Dat lukt niet. Heel wat mensen profiteren van die liberalisering, maar er zijn er nog meer die er slechter van worden. Dus moeten we eens goed kijken naar die fundamenten van economische globalisering. Er zijn meer regels nodig. Dat leert ons de financiële crisis. En de voedselcrisis toont aan dat we moeten investeren in landbouw. Laten we dus de economische globalisering niet als een natuurlijk fenomeen beschouwen. Ze is gemaakt door de politiek, en die politiek kan veranderen.

Waar we ook van afmoeten, is de onverschilligheid van deze globalisering voor wat ze mensen aandoet. Ze heeft de rol van arbeid gedevalueerd, en miskent de waardigheid van wie werkt. En dus moet onze kijk veranderen op wat essentieel is aan de globalisering. Dat is de rol van de IAO en van de campagne Waardig Werk. We willen dat het recht op werk en op sociale bescherming opnieuw de kern uitmaken van het debat over globalisering, net als het belang van een goede job en van sociale dialoog als een manier om problemen op te lossen.

Hoe krijgt u die Waardig Werk-agenda voor elkaar?

SOMAVIA: Ik denk dat de verandering bezig is. Vijfentwintig jaar geleden werd deze globalisering voorgesteld en soms opgedrongen aan de wereld. Ze werd niet ter discussie gesteld. Nu zijn er enorm veel terechte vragen over haar intellectuele coherentie en over haar maatschappelijk nut. De pendel komt terug.

We moeten allereerst politiek handelen. Een groot probleem is dat politiek leiderschap ontbreekt. De politici blijken niet in staat om de sociale problemen ernstig te willen aanpakken. Deels is dat begrijpelijk, omdat samenlevingen vroeger de politieke macht hadden om hiermee om te gaan op nationaal vlak. Landen hebben een lange geschiedenis van sociale strijd, maar ook van het vinden van aangepaste oplossingen – denk aan de achturendag, het minimumloon, het sociaal overleg. Maar zoiets bestaat niet op mondiaal vlak. Het internationale systeem is niet voorbereid om die mondiale beslissingen te nemen. En waarom durft de IAO dat te zeggen? Wij bestaan sinds 1919, wij zijn tripartiet – hier zitten overheden, werknemers en werkgevers samen aan tafel -, en het is onze job om mondiale beslissingen te nemen die de wereld van het werk regelen: dat zijn onze arbeidsconventies. Wij ervaren dat ons instrument van sociale dialoog, namelijk samen in staat zijn om een internationaal beleid voort te brengen, meer en meer noodzakelijk is. Je hebt dus zowel een duidelijk politiek beleid nodig als het soort van instrumenten dat de IAO inbrengt.

Is dat dan het echte belang van de IAO in de huidige wereld?

SOMAVIA: Dat denk ik inderdaad. Wanneer de IAO de Waardig Werk-agenda definieerde, dan is dat gebeurd door werkgevers, werknemers en regeringen. Het is dus een evenwichtige agenda die nauw verbonden is met de politiek. Er is geen enkele politicus die nu naar verkiezingen kan gaan zonder te spreken over jobs, en dus over de IAO-agenda. Want dat is wereldwijd de grootste democratische vraag: mensen vragen een faire kans op waardig werk.

Is de IAO niet te zwak om alle ambities van de Waardig Werk-agenda te realiseren?

SOMAVIA: Natuurlijk, de IAO kan niet zorgen voor waardig werk. We kunnen signaleren welk soort beleid noodzakelijk is. We kunnen bewegingen op gang helpen. Er is een ‘waardig werk’-beweging aan het opkomen. Heel belangrijk is dat. Maar om resultaat te boeken, moet er een veel bredere politieke verstandhouding komen. Ook moeten de internationale organisaties zoals het Internationaal Monetair Fonds, de Wereldbank of de Europese Unie een politiek coherent beleid voeren. Dat komt eraan.

De Wereldhandelsorganisatie kan sancties nemen waneer haar handelsregels worden overtreden. De IAO kan dat niet voor haar sociale regels, zelfs niet voor basisnormen zoals de vrijheid van vereniging of het verbod op kinderarbeid. Moet zij die stok achter de deur niet hebben?

SOMAVIA: Ik geloof dat samenlevingen erop vooruitgaan wanneer je een consensus bereikt. Soms vordert die consensus omdat men het politiek eens raakt, soms schiet het op door zware sociale strijd. Maar altijd moeten samenlevingen zelf uitvissen welke weg ze willen bewandelen. Ik ben heel blij dat vele samenlevingen in de richting van waardig werk willen. Maar je kunt dat niet opleggen door sancties.

We moeten doen wat Europa heeft gedaan. Het grootste succes van de IAO is het Europese sociale model. De IAO is opgericht in 1919 en zette het thema ‘hoe behandel je werknemers?’ op de internationale agenda. Toen was daar geen politieke belangstelling voor in Europa. We gingen door heel de sociale strijd en de economische depressie van de jaren dertig. Europa kwam uit de Tweede Wereldoorlog met de overtuiging dat er een evenwicht nodig was tussen economie en sociale kwesties. En waar kwamen die waarden vandaan? Ze kwamen uit de beginselverklaring van de IAO. Dat illustreert dat niets onmogelijk is, maar het moet het resultaat zijn van nationale politieke processen.

In het algemeen aanvaarden de ontwikkelde landen nu de basisgedachte van de IAO dat werknemers fair behandeld moeten worden, dat arbeidsvoorwaarden essentieel zijn voor de economische productiviteit, en dat een goede productiviteit moet leiden tot betere lonen. Alleen beleven we nu een terugslag als gevolg van de globalisering.

Vakbonden zijn altijd cruciaal geweest om verbetering af te dwingen. Maar ze hebben het moeilijk, en de vrijheid van vereniging is niet vanzelfsprekend.

SOMAVIA: De economie verandert, je hebt minder openbare diensten, een kleinere industriële sector en de diensten groeien. De vakbonden waren sterk in die twee afgeslankte sectoren, en dat lukt minder in de diensten. Er wacht de vakbonden dus een grote uitdaging om de werknemers in deze nieuwe sectoren reden te geven om lid te zijn van de vakbond. Dat is cruciaal.

In ontwikkelingslanden zoals Zimbabwe en Myanmar zijn er inderdaad politieke problemen. Wanneer politieke regimes de vrijheid van meningsuiting en van vereniging niet aanvaarden, en ook in geval van arbeidsmisbruiken door bedrijven, moeten we de confrontatie aangaan. In die twee gevallen moeten we ingrijpen, en de IAO heeft daar de nodige instrumenten voor.

Eén instrument is de Commissie voor de Toepassing van de Normen. Hoe werkt die?

SOMAVIA: Die commissie evalueert elk jaar de situatie in zowat vijfentwintig landen waartegen er klachten opduiken. Die variëren van specifieke problemen binnen een bedrijf tot wetgeving die het moeilijk maakt om zich te organiseren. Wij ontvangen die klachten en behandelen ze met onze tripartiete aanpak.

Die commissie is dus ontzettend belangrijk, en ik moet zeggen dat de woordvoerder van de werknemers, Luc Cortebeeck, veel respect krijgt voor de fantastische job die hij daar doet. Want je moet een goede manier vinden om met die klachten om te gaan zodat landen vooruitgang willen boeken. Het is heel makkelijk om te zeggen: je doet alles fout. Wat wijst onze ervaring uit? Wanneer landen aan de Commissie uitleg moeten komen geven en de Commissie die klachten blijft opvolgen, kan dat hen stimuleren om het beter te doen. Dat is de manier waarop het IAO-systeem goed kan werken.

Leven we over tien jaar in een heel andere wereld?

SOMAVIA: Wie weet. Ik ben zoals een activist die beslist om de wereld beter te maken en om dus tegen de stroom in te zwemmen. De wereld sociaal rechtvaardig maken, is ingaan tegen de machtsbelangen. Als activist leer je om nooit op te geven. Altijd zullen ze je vertellen: wat je probeert te doen, is onmogelijk, wees realistisch. Dat is wat ze vertelden aan Nelson Mandela en aan Lech Walesa, wat vrouwen werd verteld toen ze geen stemrecht hadden. Machthebbers zeggen altijd aan de zwakkeren: wees niet gek, jullie winnen nooit. Feit is dat er veel bewegingen zijn die wél hebben gewonnen. Daarom moeten we volhouden en ons niet laten overtuigen door de cynici.

DIRK BARREZ IS AUTEUR VAN VAN EILAND TOT WERELD. APPeL VOOR EEN MENSELIJKE SAMENLEVING, EPO, 264 BLZ., 19 EURO.INFO: www.mondiaal.be, EEN NIEUWE WEBSITE OVER ONZE WERKENDE WERELD.

DOOR DIRK BARREZ

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content