De foto’s van Christoph Ruys zijn niet af. Elk apart zijn ze al droog, dat wel, en ook al stevig ingelijst en ze hangen zelfbewust in een tentoonstelling, maar ze vormen geen afgesloten geheel. De foto’s maken deel uit van een studie die nooit af kan zijn, want ze onderzoekt twee onderwerpen die altijd veranderen: het begrip plaats en de beeldtaal. De fotograaf betrekt de kijker bij zijn onderzoek. Dat is een beetje lastig, maar het brengt ook iets op: een prikkelende verwarring.

Het meisje van de foto heet Monique. Ze staat op een lijntje en voor een muur met dunne oneffenheden in streepjes. Ze houdt de handen op de rug, draagt een lange rok en kijkt naar de fotograaf. Dit is nu eens een gewone foto. Zonder spektakel. Er is niets dat de aandacht trekt. De kijker wordt niet overweldigd. De dingen zijn zoals ze zijn. Dit meisje kan om het even wie zijn, deze plek kan om het even waar zijn. Maar de foto hangt wel in een fotogalerie en de fotograaf is iemand die de fotografie, de beeldtaal en de beeldende kunsten bestudeert. Dus is dit niet echt een gewone foto, het is de aandacht voor iets dat gewoon lijkt.

De foto is wat grijs en zeker geen technisch hoogstandje, daarmee wil ik zeggen dat de techniek niet imponeert. De foto is niet overdreven scherp en ook niet onscherp, ze is niet erg contrastrijk, hoogstens een beetje grijs en langwerpig in de hoogte. Ruys heeft niets gedaan om indruk te maken op de kijker. Eigenlijk creëert hij hier een neutrale zone waarin de interpretatie wordt overgelaten aan de kijker. Dit lijkt gewoon, maar het is verwarrend omdat we dit “gewone” niet gewoon zijn.

De foto’s hangen in de langwerpige, witte ruimte van de galerie DB-S Fotografie aan de Vlaamse Kaai in Antwerpen. Ze zijn er geschikt – vaak – in groepjes van twee. De tentoonstelling lijkt een ingenieuze installatie (het is een kwestie van centimeters en zelfs millimeters) waarbij de beelden verwijzen naar elkaar en waarbij ook de witte ruimtes een grote rol gaan spelen. We zien niets anders dan gewone foto’s, meestal van mensen, frontaal in beeld gebracht, in zwart-wit, zonder franje, koeltjes, maar toch samen. Bevreemdend. In afwachting.

Christoph Ruys (27) is een wakkere man. Sinds 1994 organiseerde hij talloze tentoonstellingen en lezingen, en hij publiceerde boeken over fotografie. We kennen hem vooral als de hoofdredacteur en uitgever van Obscuur, tijdschrift, een publicatie die driemaal per jaar verschijnt en waarin het fotografische beeld ter discussie wordt gesteld. Zelfs met foto’s.

“Christoph Ruys Heide/zwart (1994-1999)”, DB-S Fotografie Vlaamse Kaai 76b, 2000 Antwerpen, 03/237.83.05. Nog tot 15/5.

Johan De Vos

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content