Hoe mensenhandel het jihadisme financiert

Archiefbeeld © BelgImage

Vijftien jaar na de verwoesting van de Twin Towers staat het grootste deel van de moslimwereld in brand. Daarvan profiteren de mensenhandelaren, een mix van criminelen en jihadisten, die mensen ontvoeren en verkopen. ‘Het is een smerige wereld. Ik zie het heel somber in’, zegt de Italiaanse terreurexpert Loretta Napoleoni.

Ze doet al meer dan tien jaar onderzoek naar ontvoeringen en mensenhandel door criminele bendes en jihadisten, vertelt Loretta Napoleoni via skype. Maar ze had er geen idee van dat ze in Afrika en het Midden-Oosten op zo’n grote schaal plaatsvonden. ‘De losgelden zijn de afgelopen jaren enorm gestegen. In 2004 werd een westerse gijzelaar in Irak voor 4 miljoen dollar vrijgekocht, tegenwoordig is dat opgelopen tot 10 miljoen. En sinds drie jaar is er een andere bron van inkomsten bijgekomen: de handel in vluchtelingen en migranten. De bedragen per persoon zijn weliswaar veel lager dan die van een gijzelaar, maar omdat het om enorme aantallen gaat, wordt er ook enorm veel aan verdiend.’

Het ergste is dat deze vorm van criminaliteit voorlopig niet zal stoppen, verzucht Napoleoni. ‘Europa zit zwaar in de problemen door de vluchtelingenstroom, en initiatieven als de brexit vormen nog maar het topje van de ijsberg. Het protectionisme, het sluiten van de grenzen en de populariteit van radicaalrechtse partijen zijn symptomen van de huidige ellende in Europa. Maar zolang de politieke besluiteloosheid aanhoudt, zullen handelaars in migranten en vluchtelingen geld blijven verdienen. Geld dat wordt gebruikt voor de financiering van het jihadisme, zowel buiten als binnen onze nieuw opgetrokken muren, hekken en grenzen.’

Mensenhandel door criminele jihadisten is onder andere tot bloei gekomen door de Patriot Act, zegt u, die de Amerikaanse overheid na 9/11 meer armslag gaf om terroristen aan pakken.

LORETTA NAPOLEONI: Dankzij de Patriot Act konden Amerikaanse overheidsinstanties alle transacties met dollars wereldwijd volgen. Ook transacties met misdaadgeld en het witwassen van drugsinkomsten werden veel scherper gecontroleerd. De Colombiaanse drugskartels werden daardoor gedwongen andere manieren te zoeken om hun winsten wit te wassen. Voor 9/11 werden de drugswinsten onder andere via offshorebedrijven in de Caraïben naar de VS overgebracht. De Patriot Act maakte dat zo goed als onmogelijk. Waarop de drugskartels besloten hun winsten wit te wassen buiten de VS en in een andere munt dan de dollar. De Italiaanse georganiseerde misdaad bood aan om het Colombiaanse drugsgeld wit te wassen in Europa en in Azië, via de pas ingevoerde euro. De drugskartels gingen daar gretig op in. Gevolg was dat het witwassen van geld in Italië tussen 2001 en 2004 met 70 procent toenam, volgens de Italiaanse overheid.

Omdat na 9/11 en de terreuraanslagen in Madrid (2004) en Londen (2005) de veiligheidsmaatregelen in Europa flink verscherpt waren, boden de Italianen de Zuid-Amerikaanse drugskartels ook een alternatieve smokkelroute voor hun cocaïne naar Europa aan: via West-Afrika naar Italië en vandaaruit naar de rest van Europa. Al gauw gebruikten ook landen als Venezuela, Brazilië, Bolivia en Peru dezelfde route. In 2009 werd er per jaar 50 tot 60 ton cocaïne via de Sahara naar Europa gesmokkeld, schat het bureau van de VN voor drugs en criminaliteit.

Op den duur was iedereen in de betreffende Afrikaanse landen betrokken bij de drugstrafiek. Onder de smokkelaars bevonden zich ook veel groepen jihadisten. De stad Gao in Mali werd een van de belangrijkste doorvoerroutes in de cocaïnehandel naar Europa. Vanuit Gao ging het door de Sahara naar de Libische kust. De drugstrafiek zorgde voor een economische heropleving in de Sahara. Omdat er niet of nauwelijks door de overheid werd gecontroleerd, konden smokkelaars ongehinderd hun gang gaan. Daardoor ontstond stilaan ook een andere handel: de ontvoering van buitenlanders en de handel in migranten.

In landen als Jemen en Libië worden niet alleen westerlingen maar ook migranten ontvoerd. Hoe gaat dat in zijn werk?

NAPOLEONI: Ik weet niet zeker of het systeem vandaag nog altijd geldt, maar onder Muammar Khaddafi ging het als volgt: migranten werden opgepakt en in een detentiecentrum geplaatst. Na een tijdje werden ze vrijgelaten, nadat een smokkelaar een klein bedrag per migrant aan de politie had betaald. De smokkelaar vroeg vervolgens een bedrag aan de familie van de migrant. Meestal ging dat om 100 tot 200 dollar, veel geld voor de families. Zodra dat was betaald, ging de migrant vrijuit. Maar hij werd meteen weer gearresteerd en eindigde opnieuw in een detentiecentrum. Soms kon dat vijf of zes keer na elkaar gebeuren. Zoals ik al zei: door de grote aantallen mensen leverde dat veel geld op. Vandaag de dag zal het niet veel anders zijn. De politie is corrupt en werkt vaak samen met smokkelaars.

Is de handel in migranten en vluchtelingen de grootste bron

van inkomsten geworden voor jihadistengroeperingen?

NAPOLEONI: In Syrië, Afrika en Azië is dat zeker het geval.

Geldt dat ook voor de IS?

NAPOLEONI: De IS heeft gebied verloren in het noorden van Syrië, wat het moeilijker maakt om mensen en goederen over de Turkse grens te smokkelen. Toch wordt er nog altijd sluikhandel bedreven met Turkije, de grens is niet potdicht. Dus reizen mensen uit het zuiden van Syrië via het kalifaat naar de Turkse grens. Die moeten aan de IS belasting betalen om te kunnen passeren. Ook de lokale belastingen leveren het kalifaat nog altijd geld op. Hoewel ik me afvraag waar de bewoners nog een inkomen vandaan halen. Niet iedereen zal zich bij de strijders hebben vervoegd of zich met criminele activiteiten beziggehouden. Daarnaast worden er nog steeds mensen ontvoerd. Geen buitenlanders meer maar Syriërs. Verder denk ik dat er nog altijd geld verdiend wordt met oliesmokkel. De IS verkoopt onder meer olie aan president Bashar al-Assad. Het kalifaat doet ook zaken met anderen, daar maak ik me geen illusies over. Met de Koerden, met Al-Nusra. Het is tenslotte een oorlogsgebied, iedereen doet zaken met iedereen.

Wat kan Europa doen om de mensenhandel tegen te gaan?

NAPOLEONI: Wat de vluchtelingen uit Syrië en Irak betreft, zou ik tot voor kort gezegd hebben: sluit een deal met het kalifaat. Zolang de IS zijn kalifaat heeft, zullen de jihadisten niet alle kanten uitvluchten om elders een bestaan op te bouwen en de lokale bevolking weg te jagen. Maar dat is niet meer mogelijk, vrees ik. Er heerst totale anarchie in Syrië en Irak, er zijn zo veel verschillende groeperingen actief en zovele anderen die hen sponsoren. Al die groeperingen eisen de macht. Ze zullen stuk voor stuk vechten tot de laatste man. Zoals nu in Somalië het geval is. Ik zie het heel somber in. Syrië en Irak grenzen aan Turkije en dat land raakt ook steeds meer gedestabiliseerd. Dat zal allemaal grote gevolgen hebben voor Europa. Stel je eens voor: een mislukte staat aan de Middellandse Zee. Dat komt toch wel heel dichtbij. Maar goed, als er dan toch nog iets gedaan kan worden om de mensenhandel te bestrijden, denk ik dat de infiltratie van de netwerken de beste resultaten zal opleveren.

De ontvoeringsindustrie floreert omdat families, werkgevers of overheden losgeld betalen. België en Nederland betalen niet voor ontvoerde burgers, Italië wel. Waarom?

NAPOLEONI: Twee redenen. In de jaren tachtig werd een wet ingevoerd om te voorkomen dat families losgeld betaalden. Door de georganiseerde misdaad werden er constant mensen ontvoerd, dus zocht de overheid een manier om dat te bestrijden. Zodra iemand wordt ontvoerd, bevriest de overheid de banktegoeden van zijn familie of werkgever. Het is de overheid die reageert bij een kidnapping, zowel in binnen als buitenland. De tweede reden is dat de Italiaanse regering als de dood is voor de gevolgen van een mogelijke negatieve afloop van een ontvoering. Het ligt heel gevoelig bij de bevolking. Als een landgenoot sterft tijdens een kidnapping, zou dat tot een politieke crisis met mogelijke ontslagen kunnen leiden. De Italiaanse overheid zal het nooit hardop toegeven, maar ze betaalt wel degelijk losgeld. Ook andere landen doen dat, hoewel ze het altijd zullen ontkennen. Ze willen hun rol zo klein mogelijk laten lijken. Maar ze betalen, en de ontvoerders weten dat.

Bent u het eens met overheden die weigeren te betalen?

NAPOLEONI: Ja. Ik denk dat ze de ontvoeringsindustrie alleen maar stimuleren door te betalen. Ook de geëiste losgelden worden daardoor steeds hoger. Volgens mij is het beter om families of werkgevers zelf – via professionele onderhandelaars – te laten onderhandelen met de ontvoerders. Gevolg is dat de losgelden zullen afnemen, want families hebben nu eenmaal minder geld dan regeringen.

In de Al Jazeera-documentaire Hostage Business wordt gezegd dat overheden, ontvoerders en tussenpersonen altijd liegen bij ontvoeringszaken. Intussen krijgt de familie nauwelijks informatie en moet ze het maar zelf uitzoeken. Vindt u dat ook?

NAPOLEONI: Ja. Het is een duistere wereld. Handel in mensen is het ergste wat bestaat. En er wordt constant gelogen. In 2010 werd Bruno Pelizzari ontvoerd, een man van zowel Zuid-Afrikaanse als Italiaanse afkomst. Hij werd tijdens een zeiltocht samen met Debbie Calitz opgepakt door Somalische piraten. Die vroegen 20 miljoen dollar losgeld. De Italiaanse regering wilde dat niet betalen. Waarop de zuster van Bruno Pelizzari op zoek ging naar andere hulp. Na anderhalf jaar liet een zekere Marco via Facebook weten dat hij kon helpen. Bleek dat die Marco voor een Italiaanse inlichtingendienst werkte. De Italiaanse overheid had uiteindelijk besloten in te grijpen en betaalde 525.000 dollar aan losgeld. Dat mocht de zus van Bruno Pelizzari evenwel niet onthullen. De Italiaanse regering verzon een verhaal voor de buitenwereld: dat Pelizzari en Calitz bevrijd waren door Somalische eenheden, met steun van het Westen.

Het is een smerige wereld. Zonder een greintje respect voor een mensenleven. Laatst gaf ik een lezing in Seattle. Na afloop stapte een man op me af. Hij vertelde dat zijn broer ontvoerd en vermoord was in Jemen. Hij was verschillende keren naar het Witte Huis gegaan en had ook andere families ontmoet van mensen die in Jemen ontvoerd waren. De overheid vertelde hen telkens dat ze de situatie onder controle had en dat de families er niet met de buitenwereld over mochten praten. ‘Ik had het gevoel dat het de regering niets kon schelen’, zei de man. ‘Alsof het om koopwaar ging, niet om mensen.’ Uiteindelijk bleek dat de regering de boel helemaal niet onder controle had en dat ze de families maar wat hadden voorgelogen. Dat soort leugens kwam ik iedere keer opnieuw tegen tijdens mijn onderzoek. Mensen worden volkomen onwaardig behandeld. Als bepaalde landgenoten tegelijk ontvoerd worden, maken overheden een lijst op in volgorde van hun belangrijkheid met het bedrag dat ze bereid zijn voor iemand te betalen. Er wordt over mensen beslist alsof het vleeswaren zijn. Dát heeft me het meest geraakt tijdens mijn onderzoek.

DOOR JOANIE DE RIJKE

‘In 2004 werd een westerse gijzelaar in Irak voor 4 miljoen dollar vrijgekocht, tegenwoordig is dat opgelopen tot 10 miljoen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content