Het willetje van Wilmots

De Rode Duivels hebben zich na twee wedstrijden al geplaatst voor de tweede ronde van het WK. Maar het voetbal van de Belgische ploeg was ondermaats. Net zoals in Mexico ’86. Dat klinkt dus veelbelovend.

Opdracht geslaagd, en dat nog voor de laatste partij in de groep. Knap, maar dat kan niet gezegd worden van het geleverde spel. De tweede helft tegen Rusland (op de laatste tien minuten na) was nog lamentabeler dan de eerste tegen Algerije en de Belgen mochten de handen dichtknijpen dat de sterke slotfase volstond om het verschil te maken.

Op de perstribune van het legendarische Maracanãstadion werden de pennen al gescherpt. De kwalificatie voor de tweede ronde zal de smeulende kritiek smoren, maar helemaal stil worden, zal het niet. Er wordt immers meer verwacht van deze generatie dan smaak- en kleurloze zeges tegen matige tegenstanders.

De analisten waren de eersten die zich roerden. Zij hadden na de eerste week al bedenkingen bij de trainingen, die elke dag op elkaar lijken en geen duidelijk doel verraden. De journalisten stelden zich dan weer vragen bij de keuzen die de bondscoach maakte voor de match tegen Algerije.

Na die zege hing er voor het eerst elektriciteit in de lucht tijdens de persconferentie van de bondscoach. De meeste waarnemers begrepen niet dat De Bruyne plots van een centrale positie naar de rechterflank was verbannen. Dat Wilmots de gang van zaken als helemaal volgens plan voorstelde, leverde vooral cynische reacties op.

Een dag later werd er wat lacherig gedaan omdat Wilmots voor het eerst afwezig bleef op het dagelijkse perscontact in het spelershotel in Mogi das Cruzes. Een dag later kwam er nog een schep ergernis bij. Wilmots kwam immers weer niet opdagen.

Donderdagavond heerste er aan de bar van het pershotel in Guararema zelfs een prerevolutionaire stemming. Wilmots had ’s ochtends wel de televisiezenders ( althans de openbare zenders) te woord gestaan en de schrijvende pers genegeerd. Nooit vertoond in de geschiedenis van de nationale ploeg.

Bovendien was de bondscoach opgestapt tijdens het interview voor de VRT met Ruben Van Gucht, die de afwezigheid van Vincent Kompany op de training niet mocht aansnijden. Alsof een journalist het kan maken geen navraag te doen naar de situatie van de aanvoerder en leider van de ploeg. Vrijdag was de caipirinha echter uitgewerkt en was er wegens de verhuizing naar Rio de Janeiro alleen tijd om quotes van de spelers en trainer uit te werken.

Troonsafstand

De Rode Duivels hebben zich op dit WK met zijn stortvloed aan doelpunten in ieder geval niet laten verrassen, zoals veel andere Europese ploegen. Italië verloor van voetbaldwerg Costa Rica, Engeland pakte al de valiezen en Spanje deed in navolging van koning Juan Carlos troonsafstand.

Na drie tornooizeges op rij ( Euro 2008, WK 2010, Euro 2012) vergat bondscoach Vicente Del Bosque zijn team te vernieuwen. ‘La Roja’ was fysiek en mentaal opgebrand en had geen antwoord op het razendsnelle countervoetbal van de tegenstand. Helemaal verrassend is dat niet. Spanje kreeg vorig jaar in de finale van de Confederations Cup al een oplawaai van Brazilië (3-0) en de aftakeling van hofleverancier Barcelona zette zich dit seizoen door.

Na twee WK-finales op rij tussen Europese teams lijkt dit de Wereldbeker van Latijns-Amerika te worden. Het is 28 jaar geleden dat zij de Copa del Mundo mochten organiseren. Bij de zes vorige gelegenheden hielden de landen uit deze regio de beker ook thuis en de geschiedenis lijkt zich te gaan herhalen.

De opmars van de Latijns-Amerikaanse landen is al langer bezig. In 2002 telden ze drie vertegenwoordigers in de knock-outfase, vier jaar later waren dat er vier en in 2010 zelfs zes. Dit keer kunnen het er weer meer worden. Argentinië, Chili, Colombia en Costa Rica zijn na twee duels al zeker van de tweede ronde.

Het is een opmerkelijke ontwikkeling, omdat de financiële kloof tussen het Latijns-Amerikaanse voetbal en de Europese topliga’s alleen groter wordt.

De teams van het Amerikaanse continent genieten dit keer echter van het thuisvoordeel. Ze zijn beter gewend aan de klimatologische verschillen tussen de speelsteden, worden vol passie gesteund door het Braziliaanse publiek en voetballen vol trots omdat het WK naar hun continent is teruggekeerd. Of misschien moeten we gewoon tot de conclusie komen dat, ondanks alle blauwdrukken en jeugdacademies, de beste voetballers nog steeds op straat worden opgeleid.

DOOR FRANÇOIS COLIN

De opmars van de Latijns-Amerikaanse landen is al langer bezig.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content