Een vreedzame oplossing voor Kosovo lijkt steeds verder weg te drijven.

Het tellen van de slagen, dat is waarmee de zeshonderd waarnemers van de OVSE (Organisatie voor Vrede en Samenwerking in Europa) in Kosovo zich vooral bezighouden. Af en toe kunnen ze wat gijzelaars lospeuteren, maar daar blijft het dan ook bij. De rest van het met veel moeite afgedwongen akkoord tussen de Joegoslavische president Slobodan Milosevic en de Amerikaanse gezant Richard Holbrooke is nooit uitgevoerd. Geen terugtrekking van de Servische troepen, geen vredesonderhandelingen.

“Er komt geen politieke oplossing in zicht”, zegt OVSE-leider Knut Vollebaek, Noors minister van Buitenlandse Zaken. In deze opgeklopte sfeer van wantrouwen is dat ook niet mogelijk.

Het Kosovo Bevrijdingsleger UÇK is voor àlle Servische politici een “bende terroristen”. Kosovo-Albanezen hebben het over Servische “bezetters”. Kosovo – het “Servische Jeruzalem” – is voor volksalbanezen “ons land” waar toevallig een paar Serviërs wonen. Nooit eerder waren de relaties tussen Albanezen en Serviërs zo slecht. Zelfs de Servische media kunnen geen bevriende Albanezen en Serviërs meer opvoeren en zo bewijzen dat buitenlandse “Albanese terroristen” de schuld dragen.

Azem Vllasi, een vooraanstaand advocaat uit Kosovo en hoog ambtenaar uit het vroegere Joegoslavië, is ervan overtuigd dat het “te laat is voor een politieke oplossing. De internationale gemeenschap zwoer plechtig dat er geen tweede Bosnië zou komen, maar het is er al. Hier in Kosovo.”

Militaire experts waarschuwen ondertussen voor een grootschalige oorlog. Die zou kunnen uitbreken, ergens in februari, net een jaar nadat het gewapende conflict tussen Albanese separatisten en de speciale Servische troepen het UÇK naar de frontpagina’s duwde.

Naar de politieke partijen die een “oplossing” nastreven, wordt nog amper geluisterd. Ibrahim Rugova, tot voor kort de onbetwistbare Albanese leider, mag dan in het buitenland bejubeld worden als de “Kosovaarse Gandhi“, de feiten dwongen hem de macht te delen met zijn politieke rivaal, UÇK-leider Adem Demaqi. Rugova veroordeelt het geweld niet meer, maar hij lijkt nog altijd te geloven in een vreedzame oplossing.

Zo’n vreedzame oplossing werd vòòr het bloedbad in Racak uitgetekend in Washington: een brede autonomie voor Kosovo en federaal Joegoslavië bleef verantwoordelijk voor defensie en munt.

Servië stelde daarop zijn eigen plan voor, officieel omwille van de mensenrechten. Volgens Belgrado wonen in Kosovo niet alleen volksalbanezen en Serviërs, maar ook Turken, zigeuners en Egyptenaren (sic). Die minderheden moeten dus ook beschermd worden. Vandaar dat Belgrado eerder dacht aan een tweekamerstelsel: één Kamer van Burgers en één van Etnische Gemeenschappen. Natuurlijk vormen de Albanezen de meerderheid in de Burgerkamer, maar in de andere Kamer krijgt elke etnische groep een stem en moet elk besluit unaniem worden goedgekeurd. In geval van onenigheid zou het Servische parlement de knoop doorhakken.

Deze “rechtvaardige” oplossing maakte het UÇK nog wat populairder. Vooral jonge Albanezen geloven dat de onafhankelijkheid er enkel komt via de wapens.

En de internationale gemeenschap? Die is doodsbang dat de oorlog daar uitdraait op grootschalig terrorisme, maar ze sluit nog atijd de grens met Albanië niet af. Iedereen weet dat het UÇK daar zijn wapens haalt, maar die leveringen blokkeren, zou de Serviërs de bovenhand geven.

Het UÇK zou, volgens westerse geheime diensten, maar een goede duizend man onder de wapens hebben. Maar hun tactiek werkt: het UÇK daagt de Serviërs uit en die reageren met harde repressie. Waarop de Navo dreigt met sancties. Net wat het UÇK graag wil.

Milosevic van zijn kant slaat hard terug, maar weet altijd op het nippertje weg te blijven van dat gevaarlijke punt waar Navo-bombardementen realiteit worden. Toch slaagt zelfs de gehaaide Milosevic er voorlopig niet in het politieke analfabetisme van het UÇK om te zetten in een Servische oplossing die acceptabel is voor de volksalbanezen.

Branislav Milosevic

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content