“Waar doen ze in België nu zo moeilijk over?” In Nederland bestaat gemeentelijk stemrecht voor migranten sinds 1985, en veel succes kent het niet. Of juist wel?

Als een van de eerste landen in Europa introduceerde Nederland in 1985 het gemeentelijk stemrecht voor migranten. Mits die minstens vijf jaar onafgebroken in Nederland woonden en een geldige verblijfstitel hadden. In Nederland zijn dat voornamelijk Marokkanen, Turken, Surinamers en Antillianen. De redenering: hoe groter de electorale participatie van migranten, hoe groter de emancipatie en de deelname aan de Nederlandse samenleving. Van moeten stemmen is voor zowel auto- als allochtonen geen sprake: Nederland kent geen stemplicht.

Op 6 maart nog, bij de gemeenteraadsverkiezingen, bleek die electorale participatie laag uit te vallen. In totaal bracht een derde zijn of haar stem uit ( zie kader). Dat is tien procent minder dan bij de vorige gemeenteraadsverkiezingen van 1994.

Nederland buigt zich over de oorzaken. In het vooruitzicht van de landelijke verkiezingen, komt dit soort slechte reclame op een verkeerd moment.

Migrantenorganisaties leggen de schuld bij de politiek. Die zou niet via radio of televisie hebben aangezet tot stemmen, zou migrantenorganisaties te laat hebben ingeschakeld, zou pas in de laatste maand gekeken hebben of er ergens nog een campagnefilmpje in het Arabisch in een kast lag, zou geen migrantenpunten op de agenda gezet hebben. De overheid zegt op haar beurt dat migrantenorganisaties wel wat meer hadden kunnen doen. Het antwoord ligt misschien ergens waar beide partijen nog niet keken.

AFGEKALFD DOOR HET KNUFFELEN

“Een oorzaak is desinteresse. Veel migranten blijven volstrekt Siberisch onder zoiets als verkiezingen. Een andere oorzaak is teleurstelling. Het paarse kabinet heeft na 1994 weinig voor migranten gedaan. Deze twee oorzaken willen wel op elkaar inwerken”, concludeert Jean Tilly, die als onderzoeker bij het Instituut voor Migratie- en Etnische Studies (IMES) van de Universiteit van Amsterdam het stemgedrag van migranten onderzocht.

“De opkomst is afgekalfd omdat migranten al twintig jaar doodgeknuffeld worden. Dat heeft hun initiatief en hun motivatie weggeslagen. En ze zijn teleurgesteld”, denkt Oussama Cherribi, Tweede-Kamerlid voor de partij van Frits Bolkestein, de liberale VVD. “Wat betreft de Marokkanen, die met soms 23 procent het minst opdaagden: door hun gebrek aan democratische traditie denken ze dat het niet uitmaakt of ze nu stemmen of niet. Want ‘alles wordt toch wel van boven bestierd’. Bovendien heeft de Marokkaanse koning Hassan dit jaar niet opgeroepen tot stemmen. Dat deed hij de vorige keer wel, en toen was de opkomst iets hoger.”

“Teleurstelling, inderdaad. En het laat hen koud omdat stemrecht niet door een lange en harde strijd veroverd is”, denkt ook David Pinto, een Marokkaan van joodse afkomst, hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam en directeur van het Intercultureel Instituut Amsterdam. “Het werd hen in 1986 gratis en voor niets aangereikt. Het stond immers in het minderhedenbeleid van de overheid dat er alles aan gedaan zou worden om migranten op te nemen in de samenleving. Die overdaad aan positief beleid is een oorzaak. Beleid dat bovendien wordt ontworpen door een Jan of een Piet, die over Ali en Mohammed schrijven zoals een culinair redacteur over een exotische groente die hij nog nooit gegeten heeft. In België moet die strijd voor rechten en een plek wel geleverd worden en ontbreekt dat beleid. Als migranten daar eenmaal stemrecht hebben, gaan ze, als we de factor stemplicht even wegdenken, wellicht met meer enthousiasme naar de stembus.”

AFKOMST IS GEEN PRIORITEIT

Een mislukt politiek experiment? Tilly vindt van niet. Wát migranten stemmen, is voor hem belangrijker dan óf ze stemmen. Het stemgedrag van de stemmende migranten blijkt in de afgelopen twaalf jaar steeds meer op dat van autochtonen te zijn gaan lijken. “In 1986 hingen migranten nog klakkeloos aan de Partij van de Arbeid. Maar nu hebben ze, de Turken overigens iets eerder dan de anderen, dezelfde opvatting over wat links en rechts is. Hun stem is met autochtoonachtige percentages verdeeld over de gevestigde partijen. Ook blijkt dat men eerst naar de partij kijkt, daarna pas naar of de politicus een allochtoon is of niet. Men stemt weliswaar liever op een allochtoon, maar alleen als die bij een grote partij hoort. Die visie op politiek vind ik een beter bewijs voor deelname en emancipatie dan opkomstpercentages.”

Dat partij boven afkomst staat en dat migranten geen aparte partij believen, bewijst het verkiezingsechec van de Partij van de Mensenrechten (PvdM) in Amsterdam, een partij die dit jaar door en voor migranten is opgericht. De partijnaam werd gekozen als een boze vingerwijzing naar de PvdA. Maar ondanks de teleurstelling in de grote partijen kon de PvdM de kiezers nauwelijks bekoren, zelfs niet in migrantenwijken. “Ze wisten hun vermeende achterban niet te mobiliseren”, constateert Cherribi. “Migranten willen dus geen aparte migrantenzuil, ondanks de ontevredenheid in de grote partijen. Zodra men mee mag doen aan politiek, valt het idee van een groep-zijn blijkbaar weg. Ze zijn ervan overtuigd dat je pas iets kan doen als je juist geen aparte groep vormt met aparte issues, maar in het systeem meedraait. Dat is emancipatie. Men voelt zich ook steeds meer verantwoordelijke burgers, een deel van de maatschappij. Ondanks die lage opkomst, ja. Ook ikzelf ben daarvan een goed voorbeeld: ik zit bij de VVD omdat ik geloof in het liberalisme, niet omdat ik mij wil inzetten als lobbyist voor migranten.” Zijn partij staat door de ongezouten opmerkingen van partijleider Frits Bolkestein zelfs bekend als migrantonvriendelijk. “Ten onrechte”, vindt Cherribi. “Wij vinden het alleen niet nodig om almaar politiek correcte uitspraken te doen.”

En zo koos een meerderheid, of tenminste de meerderheid van diegenen die de moeite namen om naar de stembus te stappen, in de Amsterdamse Bijlmermeer voor de PvdA en voor zijn lijsttrekster Hannah Belliot. De wijk kwam met deze eerste zwarte stadsdeelburgemeester van Nederland eens een keer positief in het nieuws, in de plaats van met de gebruikelijke nieuwsitems over criminaliteit, werkloosheid, drugsoverlast of neerstortende vliegtuigen. “Hoe deze deelraad er nu uitziet is een afspiegeling van hoe de raad van de gemeente Amsterdam er over tien jaar zal uitzien”, verhief de Amsterdamse burgemeester Schelto Patijn (PvdA) bij de installatie van Belliot en de nieuwe deelraad zijn stem. Zelfs bisschop Muskens van Breda kwam op het feestje langs, om een Marokkaans raadslid op het hart te drukken toch maar vooral zijn verkiezingsbeloftes na te komen. “Want ook onder migranten kunnen er mensen zijn die alleen uit eigenbelang de politiek ingaan”, zegt Tweede-Kamerlid Mohammed Rabbae van de groene partij GroenLinks. “Het zij ze vergeven. Dat ze die drijfveer hebben, is namelijk een goed voorbeeld van deelname en emancipatie.”

HET IS GEEN WONDERMIDDEL

Toch vindt Pinto dat er van migrantenstemrecht niet al te veel verwacht moet worden. “Of je het nu invoert of niet; voor die deelname aan de maatschappij zorgt het niet. Dat doen migranten pas echt als hun positie op de arbeidsmarkt verbeterd is en als ze hoger opgeleid zijn. We hebben er sinds 1986 ook geen meer harmonieuze samenleving door gekregen. Wat dat betreft, is die Belgische fixatie op migrantenstemrecht overdreven. Het is geen wondermiddel. Men zou zich beter ook richten op die sociaal-economische participatie. Zoals de Fransen zeggen: ‘vroeger spraken ze geen Frans, maar hadden ze wel werk. Nu spreken ze wel Frans, maar hebben ze geen werk.’ Het eerste vind ik te verkiezen boven het laatste.”

“Stemrecht is een middel onder andere middelen”, beaamt Rabbae. “Je geeft migranten het gevoel dat ze opgenomen zijn in de samenleving. Dat is belangrijk, maar meer of minder moet je er niet van verwachten. Veel belangrijker is dat de politiek oog moet hebben voor segregatie via etnische lijnen. Zwarte scholen, concentratiewijken, dat soort ellende. Het is dat segregatiesysteem dat moet verdwijnen.”

“Het lijkt er inderdaad op dat veel mensen in België denken dat met stemrecht alles geregeld is”, denkt ook Tilly. “Het politieke debat over vreemdelingen wordt er tenminste door beheerst. Wel, ze komen er wel achter dat het manna dan niet uit de hemel valt. Wat niet wil zeggen dat ik er tegen ben. Het is toch prachtig om de luxe te hebben geen gebruik te maken van een voorrecht? In België kan het bovendien tegenwicht bieden aan het Vlaams Blok.”

Tilly, Pinto en Cherribi hechten er meer belang aan dat het debat over migranten niet beheerst wordt door politiek correcte uitspraken. “Zowel in Nederland als in België moeten politici, migrantenorganisaties en dergelijke daarvan af”, zegt Cherribi. “Want die uitspraken worden alleen maar ingegeven door een angst om te discrimineren en leiden enkel tot een contactstoornis. Migranten lijken niets verkeerd te kunnen doen. En het lijkt ieders schuld te zijn, behalve die van migranten, dat migranten niet zijn gaan stemmen. En je moet voor positieve acties zijn en voor een, wat mij betreft volstrekt utopische, multiculturele samenleving, anders ben je fout. Wel, migranten moeten behandeld worden als normale mensen. Mensen die even irritant of aardig kunnen zijn als ieder ander.”

Cherribi is zeker niet tegen stemrecht. “Ik zeg alleen dat het geen wondermiddel is en begrijp niet waar men in Belgie nu zo moeilijk over doet. Jean-Luc Dehaene had het allang kunnen invoeren, als hij niet een jaar politiek correcte praat had staan verkopen. Nu de Witte Mars zijn glans verloren heeft, wordt invoeren moeilijker. Maar het is onvermijdelijk. Het land heeft veel meer succesvolle migranten dan Nederland en dus ook een beter kader, het dreigt dezelfde problemen te krijgen als de Franse banlieus en migranten worden er steeds zelfbewuster.”

“Echte integratie is er pas wanneer we normaal met elkaar omgaan en elkaar bij de naam noemen”, besluit Tilly. “We moeten niet bang zijn voor ruzie. Dan hebben we tenminste echt contact. Zo gaat dat in een democratie. Zolang we elkaar maar niet de hersens inslaan met honkbalknuppels.”

Jan Hazevoet

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content