Zal de Chileense dictator Augusto Pinochet dan toch vrij naar zijn land mogen terugkeren?

“It’s a funny old world”, zoals Margaret Thatcher zei toen ze van de macht werd gestoten door eigen partijleden die via haar waren opgeklommen. Pinochet, de dictator bij uitstek, de man van de militaire coup tegen een tot tweemaal toe democratisch verkozen regering, de man van de duizenden doden, de verdwijningen en de folteringen, de generaal die nooit anders dan minachting heeft getoond voor de democratie en die alleen maar kon lachen om noties als mensenrechten, zou nu zijn eigen mensenrechten kunnen incasseren, en vrij mogen vertrekken naar Chili, wegens te oud en te ziek voor zijn eigen proces.

Dat is toch wat de Britse minister van Binnenlandse Zaken Jack Straw dinsdag 11 januari – hij moet die avond jaren ouder zijn geworden – aan de wereld moest meedelen (omdat het nieuws elders al was gelekt): dat hij van plan was de Chileense dictator-president, generaal en senator-voor-het-leven Augusto Pinochet niet uit te leveren aan Spanje, maar hem te laten gaan, uit overwegingen van recht en menslievendheid. Op basis van een rapport van vier onafhankelijke artsen – dat stelde dat de oude generaal doodziek en seniel was en dat hij gevaar liep geheel geïmmobiliseerd te geraken als gevolg van diabetes, een hartkwaal, diepe depressie en een reeks kleine beroertes – dacht Straw dat Pinochet wellicht niet in staat zou zijn zijn eigen proces te volgen, omdat hij niet meer hoort en geen lucide contact meer heeft met de omringende wereld. In die omstandigheden zou een proces illegaal zijn – want een beschuldigde moet kunnen verstaan wat hem ten laste wordt gelegd en in staat zijn daarop te antwoorden – en contraproductief. Daarom besloot Straw, die niet inzag hoe deze toestand nog zou kunnen veranderen, de procedures tot uitlevering van Pinochet stop te zetten.

Weliswaar gaf hij de aanklagers van de dictator nog wat tijd, om op een of andere manier hiertegen beroep aan te tekenen, maar aangezien het medische rapport geheim blijft, hebben aanklagers die het zouden willen betwisten natuurlijk geen been om op te staan. Het medische geheim is een recht dat voor elke patiënt geldt. In theorie zou een tegenexpertise door een ander medisch team mogelijk moeten zijn, maar in de praktijk lijkt dat – indien het al zin zou hebben, wat nog maar de vraag is – een vrij onbegonnen werk.

DE OFFICIELE OPLUCHTING

Je denkt dan aan Thatcher en haar rare wereld, omdat zij toch een vriendin is van de Chileense beul. Vorig jaar noemde ze hem, op het partijcongres van de Conservatieve Partij in Blackpool, “de enige politieke gevangene in Groot-Brittannië”. En ze organiseerde er een ware politieke meeting voor de vrijlating van de generaal, wat door haar tegenstanders algauw de ‘meeting voor marteling’ werd genoemd.

Thatcher mag dan de slechte smaak tot de haar eigen extremen hebben gedreven, er waren nog andere overwegingen die tegen het vasthouden – of de uitlevering, want dat is hier hetzelfde – van Pinochet pleitten. Jack Straw, die er de afgelopen maanden van beschuldigd is geweest in zijn jonge jaren – de coup tegen Salvador Allende in Chili werd gepleegd in september 1973 – radicaal links te zijn geweest, zal zich wellicht weinig hebben aangetrokken van de wartaal en het schuimbekken van Thatcher en haar vrienden. Maar het is niet denkbeeldig dat hij gevoeliger is geweest voor die andere argumenten.

Een ervan is de diplomatieke nachtmerrie die het vasthouden van Pinochet voor Londen – en dus voor Straw – moest zijn. Neem bijvoorbeeld de betrekkingen met Chili, en overigens niet alleen met Chili: meer dan één land heeft nog voor het leven geamnestieerde kolonels rondlopen, als rammelende geraamtes in het nationale geheugen, en menig VN-lid ziet de huidige trend van internationale inmenging in nationale soevereine zaken als een nieuw soort westers imperialisme. Of neem nog maar de economie, met bestellingen van het Chileense leger bij Britse bedrijven.

Straw zou zich flink hebben gehouden onder al die druk. Maar Straw was niet alleen. De Spaanse justitie is tegenwoordig onafhankelijk, en rechter Baltasar Garzón, die Pinochet uitgeleverd wilde zien, is niets verplicht aan de regering. Maar Spanje onderhoudt traditioneel goede relaties met Latijns-Amerika, en de rechtse regering van premier José María Aznar is wèl gevoelig voor druk uit die wereld en zou zich allang onprettig hebben gevoeld bij het vooruitzicht om het grote Pinochet-proces in Madrid te moeten organiseren. Ook al zou dit door een groot deel van de Spanjaarden met vreugde zijn begroet. Zelfs de Europese Unie staat onder druk. En ze zou daar haar voordeel bij kunnen doen: bij een proces wint zij immers aan morele autoriteit en leiderschap terug wat ze eventueel op financieel gebied zou kunnen verliezen. Maar dat de EU in ethisch en filosofisch diepgaande affaires als die van Pinochet niet happig is op moreel leiderschap, zelfs als ze dit gratis zou krijgen, is voor iedereen duidelijk. Laat staan dat ze zoiets zou wensen.

Samengevat: men zat met een hete aardappel en er werd driftig gezocht naar een plausibel motief om hem te kunnen doorgeven. Dat motief werd aangereikt door het rapport van de vier artsen: stel dat Pinochet in Europa voor het gerecht wordt gesleept, oud en ziek, en hij sterft tijdens dat proces, wat zou de EU dan niet te horen krijgen!

EEN SPEL VAN MACHT

Het zijn degelijke argumenten, zoals men van de raison d’état mag verwachten. En wellicht zijn er nog eens zoveel, die men slechts kan vermoeden. Ze zouden overtuigend zijn, indien het slechts om een gewone misdadiger ging, die alleen maar zijn vader en zijn moeder had vermoord. Maar generaal Pinochet, die er prat op ging dat in Chili geen blad bewoog tenzij hij het deed bewegen, is geen gewone misdadiger. De comités van zijn slachtoffers – de moeders, zusters, echtgenoten, die vaak ook nog mee gemarteld zijn – staan meestal niet om wraak te roepen (dat zijn dingen die in Chili gevoelig en ingewikkeld liggen, en waar men beter niet aan raakt), maar om de erkenning dat hun doden dood zijn, niet in lucht opgelost maar vermoord. Dat, en het feit dat het er duizenden zijn, het feit dat de militairen die de moorden en de folteringen hebben gepleegd in Chili bijna nooit zijn vervolgd en dat men ook dáármee lijkt te leren leven, het feit dat Pinochet zijn macht uit handen gaf in ruil voor amnestie en, om die te vergrendelen, zijn benoeming tot senator voor het leven – tegen parlementsleden kan men geen proces aanspannen in Chili -, dat alles maakt het geval-Pinochet buitengewoon.

Dat wist men natuurlijk al, want voor een gewone crimineel zou die lijdensweg in Londen niet nodig zijn geweest. Voor een gewone politieke gevangene heeft men ook zoveel egards niet: zie de arme Egon Krenz, zijn hele leven lang apparatsjik van zijn vak, lid van de partijleiding en dan een blauwe maandag onverhoeds baas van de ineenstortende DDR. Persoonlijke verantwoordelijkheid nul, en trouwens altijd geloochend: een radertje in een dom en gemeen systeem. Vorige week is Krenz, ook al een ouwe man, in Duitsland voor zes jaar achter de tralies gegaan wegens zijn aandeel in het neerschieten van mensen die over de Muur van Oost naar West trachtten te vluchten. Een nulliteit, Krenz, misschien niet het medelijden waard, maar wel de wraak, de retroactieve rechtspraak?

De parallel is die van de macht. De beslissing van Straw, hoe links hij vroeger ook was, is verdacht, al was het maar omdat we weten dat hij met die hete aardappel zat waar hij van af wou. Het niet bekend maken van dat medische rapport is verdacht. Schermen met een reglement is in dit geval niet overtuigend. De algemene diplomatieke opluchting is verdacht, zij doet vermoeden dat een koop is gesloten. Want hoe dan ook laat men hier de machthebber met de kepi en de epauletten winnen tegen zijn slachtoffers, die hoe dan ook een tweede keer verliezen, en dit bij regeringsbeslissing.

De voorspellingen dat Pinochet nu in Chili een proces tegemoetgaan, zijn niet verdacht, ze zijn ridicuul. En de thesis dat de dictator al ernstig gestraft en vernederd is, ook zonder proces, en dat de internationale rechtsgang tegen zijn soortgenoten, vertrappers op massaschaal van mensenrechten, dankzij de heisa reuzenschreden vooruit heeft gezet, is hypocriet. Het ging niet om de dictator, het ging om het proces. En het proces zal niet plaatsvinden. De andere ex-dictators, generaals of kolonels zullen inderdaad misschien wat voorzichtiger worden bij het in een vliegtuig stappen, omdat de tijdsgeest nu zo is, maar niet vanwege dit precedent. Dit precedent zal er niet geweest zijn.

Sus van Elzen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content