Terwijl het stof neerdwarrelt op de Westoever wordt de bedoeling duidelijk: de wiegedood van de ontluikende Palestijnse staat.

In het verwoeste kamp van Jenin waren midden vorige week vijftig doden onder het puin vandaan gehaald. Pales- tijnen zeggen dat er nog veel meer onder liggen, Israëli’s beweren van niet. Met het gebrek aan hulpverleners en materieel ter plekke kan het zoeken nog lang duren. Intussen zijn de riolen stuk en de waterleidingen gebarsten, is er schaarste aan alles ? water, voedsel, geneesmiddelen ?, liggen ongetelde lijken daaronder verder te vergaan en dreigen massale epidemieën. UNRWA, het VN-agentschap voor hulp aan de Palestijnse vluchtelingen dat vorig jaar al een noodkreet lanceerde omdat het maar de helft van de 120 miljoen euro binnenkreeg die het nodig had om zijn normale werk te doen, zal nu het dubbele nodig hebben. Het zal huizen moeten bouwen voor 800 families in Jenin, en evenveel in Nabloes.

Voorbij het doden en daklozen tellen, rijst de toekomst nu somber op. Alles is vernield en de Palestijnse economie, voor zover die nog bestond, is volledig verlamd. Veel waarnemers dachten twee maanden geleden dat Ariel Sharon geen plan had. Dan heeft hij zijn leger wel bijzonder systematisch te werk laten gaan. Zogezegd ging het om terroristen zoeken ? dat bleken de Palestijnse militanten en politiemannen te zijn ? en de terreurinfrastructuur uitschakelen ? dat bleek de infrastructuur van de Palestijnse Autoriteit te zijn. Letterlijk op te nemen: het ministerie van Onderwijs, het kadaster, de burgerlijke stand. Daar werden computers vernield, harde schijven ontvreemd, safes geopend, geld gestolen. De kaarten van het kadaster zijn weg, de gegevens voor de in de regio zo cruciale identiteitskaarten. De loonlijsten zijn weg en de bestanden van leraars en leerlingen. Iemand heeft geprobeerd iets tot op de laatste steen af te breken, tot en met het verleden: de oude stad van Nabloes ligt in puin.

En zogezegd heeft Sharon zijn bezettingsleger wel teruggetrokken, maar in feite blijven de steden omsingeld met tanks en wallen en grachten en schietgrage soldaten. Uitgaansverbod en afgrendeling zijn de regel, zodat alles onbeweeglijk, verlamd blijft in het verwoeste land.

Daar zijn de bezettingstroepen het enige wat beweegt. Een raid op Hebron vorige donderdag, een incursie in Kalkylia vrijdag. Nog steeds alle dagen doden. Voor het ongelooflijke beleg van de Geboortekerk in Bethlehem ‘wordt naar een oplossing gezocht’. Voor de collectieve opsluiting van Ara- fat en zijn getrouwen is geen oplossing mogelijk: hij, verkozen president van de Palestijnse Autoriteit, is, nog afgezien van persoonlijke haat en woede, het symbool van al wat Sharon wil vernietigen. En Sharon kan hem dus niet vrijlaten zonder zijn oorlog voor niets gevoerd te hebben. Om die vrijlating te bedingen, en daarmee het begin van een politieke dialoog, hebben VN, VS, Rusland en de Europese Unie nog maar eens een ‘initiatief’ gelanceerd, en Javier Solana naar Arafat en Sharon gestuurd. Dit keer mocht hij er wél bij. Maar een politieke dialoog wil Sharon niet, en de oorlog zal net zolang duren tot de Israëlische premier op een nieuwe manier onder druk gezet wordt door een boze George W. Bush, ofwel aan de rechterkant van het politieke schaakbord gevallen is.

DE PRINS UIT ARABIË

Donderdag 25 april bracht hoog bezoek op Crawford Ranch, de Texaanse stulp van VS-president George W. Bush. Kroonprins Abdullah bin Abdul Aziz, feitelijk staatshoofd van Saudi-Arabië had, naar verluidt na enig aarzelen en tegen negatieve adviezen op het thuisfront in, de stap naar de Verenigde Staten gezet voor zijn eerste ontmoeting met de zittende president. Wel is hij niet uit Riad komen aanvliegen, maar uit het Marokkaanse Casablanca waarvandaan hij Egyptes president Hosni Moebarak geconsulteerd had, en ook Yasser Arafat en nog andere Arabische hoofden. Abdullah heeft immers, als late roeping, de bekoringen van de internationale diplomatie ontdekt. Als staatshoofd boven op de grootste oliereserves ter wereld is dat een intenser genot dan als ambassadeur van België, om maar iets te zeggen. Toch heeft Abdullah nu zorgen die zijn voorgangers, toen zij nog gewone feodalen waren en hun geld telden, niet hadden: zijn taak zit vol tegenstrijdigheden, en is aan oppositie onderhevig.

Met de Amerikanen vooreerst. Abdullahs onverwachte vredesboodschap voor Israël eerder dit jaar zou in Amerikaanse ogen niet als een peulenschil mogen tellen. Maar wat de Amerikanen in augustus vorig jaar misschien nog hadden kunnen bevatten, namelijk dat er twee kanten zijn aan het Israëlisch-Arabische conflict, daar zijn ze sinds 11 september 2001 finaal blind voor. Vooral, en de heilloze Tom Friedman schreef het vorige week nog eens met zoveel woorden op in The New York Times, omdat het Amerikaanse publiek maar geen uitleg ziet komen uit Saudi-Arabië over al die Saudi’s in de zelfmoord-terroristenteams van de elfde september. Of over ’s lands telg Osama Bin Laden zelf, en zijn resterende connecties in het koninkrijk.

Het voorstel van kroonprins Abdullah bestaat in grote lijnen uit een algemene Arabische erkenning van Israël en normalisering van de betrekkingen in ruil voor de Israëlische terugtrekking uit al de in 1967 bezette gebieden, inclusief Oost-Jeruzalem, en de oprichting van een onafhankelijke Palestijnse staat op de Westoever en de Gaza-strook met zijn hoofdstad in Oost-Jeruzalem én een eerlijke oplossing voor de Palestijnse vluchtelingen. George W. Bush en zijn minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell hebben dat plan wel overgenomen, maar ze weten dat het de Israëlische premier Ariel Sharon en zijn aanhang helemaal niet interesseert. Bovendien weten ze ook dat de prins hiermee niet komt uit liefde voor de Israëli’s maar uit zorg om de Palestijnen. En die Palestijnen zullen, Yasser Arafat op kop, Washington een zorg wezen. Washington vindt dat het met een oorlog bezig is, en Ariel Sharon heeft hen wijsgemaakt dat dat ook zijn oorlog is, en dat volstaat.

Laat het volstaan, helemaal waar is het niet, en daar heeft de prins problemen mee. Zorgvuldig heeft hij de ronde gedaan van de Arabische hoofdsteden ? er zit niet één democratie bij ? en in al die landen heeft hij gehoord van de onderstroom in de Arabische wereld, de kloof tussen de op z’n best autocratische heersers en het volk op ‘de straat’. Van Marokko tot in Pakistan of Indonesië spreekt het volk op straat zijn heersers tegen. Zelfs in Syrië en zeker in Egypte en Jordanië. Zelfs in Saudi-Arabië. Overal is het volk woedend over wat de Palestijnen nu weer is aangedaan door het leger van Sharon, net als in 1982 in Libanon, Sabra en Chatila, woedend omdat dat met de steun van de Verenigde Staten is gebeurd (met Amerikaans geld gefinancierde soldaten, Amerikaanse wapens, Amerikaanse Apache-helikopters en F-16’s die Amerikaanse munitie afschieten met de goedkeuring en het begrip van president Bush), de VS die ook vaak hun eigen regimes overeind houden. Zo in Egypte, Jordanië, Saudi-Arabië en nu ook Pakistan. En woedend omdat iedereen er gezien heeft wat de VS gedaan hebben met de stumperds in Afghanistan, die géén miljardairs waren zoals Bin Laden, en omdat ze allemaal weten dat de VS nu hun regeringen opvrijt om met goede rugdekking het enige Arabische land aan te vallen dat ze allemaal nog een lange neus durft te zetten, Irak.

Juist omdat deze landen geen democratieën zijn en het volk op straat niets te zeggen heeft, is het feit dat het dat ondanks alle politieke politie toch doet, des te gevaarlijker. Het doet het in de moskee, zo is in Iran de sjah ten val gebracht. Vanuit de moskee wordt aan sociaal werk gedaan, wat de vaak corrupte regimes niet doen, en wordt de rechtvaardigheid gepredikt en het niet meten met twee maten. En dan is de stap naar de islamistische revolutionaire groepen niet groot meer. De prins moet dat wel weten, aangezien Saudi-Arabië sinds de Afghaanse oorlog begon die fundamentalistische groepen gefinancierd heeft. Uit de grote moskee van Mekka ? heiliger vind je niet ? kwam een week eerder een oproep aan Arabische leiders om te stoppen met die vredesinitiatieven naar Israël, een duidelijke toespeling op het voorstel van de kroonprins zelf. Ook dat maakt hem natuurlijk wel tot een autoriteit, maar het vergroot, na ‘nine-eleven’, zijn geloofwaardigheid niet in de ogen van Pentagon of State Department. Of van George W. Bush.

De ontmoeting zou goed verlopen zijn. De kroonprins zou ongezouten zijn mening gezegd hebben. Bush zou zijn steun aan het voorstel herhaald hebben. De prins zou beloofd hebben dat Saudi-Arabië níét mee in een olieboycot zou stappen: ‘Olie is geen wapen.’ En de stoelen worden klaargezet voor een nieuwe internationale conferentie over het Midden-Oosten. Als de paar vuiltjes die nog aan de lucht zijn tussen Arafat en Sharon opgeruimd zijn, kan die beginnen.

Sus van Elzen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content