Chris De Stoop
Chris De Stoop Chris De Stoop is redacteur van Knack.

Miljarden euro’s gaan van rijk naar arm doordat migranten geld naar huis sturen. Dankzij die stroom van ‘migradollars’ bloeit de sector van de geldtransfers als nooit tevoren. Een soms schimmige sector die ook voor witwassen en crimineel geldverkeer kan worden gebruikt.

Naar de vier hoeken van de wereld, zelfs de meest afgelegen negorij of nauwelijks toegankelijke woestenij, kan men tegenwoordig in geen tijd een smak geld laten overmaken. Er bestaat nu een heel gamma van formele en informele kanalen voor internationale geldtransfers. Een nieuwe markt die, buiten de bankwereld om, lucratieve mogelijkheden biedt. Ook voor piraten die zich van de witwaswetgeving weinig aantrekken. De bloeiende handel in baar geld opent zo sluiproutes om ook crimineel geld te versluizen. ‘Daarom moet de reglementering en het toezicht dringend verscherpt worden’, zegt Yves De Clercq, voorzitter van Goffin Change. ‘Er hebben zich malafide organisaties op de money transfers gestort die met niets in orde zijn. Dat verziekt de hele sector.’

Het is bekend dat de sommen die migranten naar hun thuisland opsturen allemaal samen hoog oplopen, hoger zelfs dan het bedrag dat die landen aan officiële ontwikkelingshulp krijgen. Wereldwijd worden die geldzendingen op ongeveer honderd miljard dollar geraamd, officieel althans. Omdat het grootste deel via informele wegen wordt overgemaakt, kan het totale bedrag tot meer dan het dubbele oplopen. Een studie van de Koning Boudewijnstichting over die ‘migradollars’ leert dat de in België woonachtige Albanezen gemiddeld tweeduizend euro per jaar naar hun land opsturen – meer dan tweemaal het modale jaarloon in Albanië. De belangrijkste motivatie is om de achtergebleven familie te helpen, en verder om een huis te bouwen of eventuele schulden af te betalen. Er is in Albanië nauwelijks een familie die geen geld van iemand in het buitenland ontvangt.

Veel migranten kiezen ervoor om hier in miserabele omstandigheden te leven omdat ze dan de helft of meer van hun inkomen naar huis kunnen sturen. De vervrouwelijking van de migratie, die we de voorbije jaren gekend hebben, heeft het aantal geldovermakingen nog opgedreven, want bij vrouwen speelt de morele plicht tot solidariteit blijkbaar nog meer dan bij mannen. Ook voor hulp in natura trouwens. Elk vliegtuig dat van Europa naar Algerije gaat, heeft gemiddeld bijna duizend koffers aan boord. Wagens die naar Marokko terugrijden, zijn tot in het krankzinnige toe volgestouwd met goederen. Volgens een Franse steekproef zou 85 procent van de Marokkaanse migranten met het teruggestuurde geld een huis gebouwd of gekocht hebben. Al die hulp samen kan een katalysator voor de economische ontwikkeling van een hele streek zijn. Het opgestuurde geld is bovendien een belangrijke deviezenbron en verbetert de betalingsbalans.

ONDERGRONDS BANKIEREN

Verscheidene traditionele vormen van ondergronds bankieren, typisch voor bepaalde etnische gemeenschappen, hebben dankzij de ‘migradollars’ een comeback gemaakt. Het meest bekend is het hawala-systeem uit het Midden-Oosten en Azië. Je kan een som geld afleveren bij de lokale hawala-bankier in Brussel met het verzoek die aan je familie in Pakistan over te maken. De bankier, die normaal een commissie van één tot twee procent aanrekent (maar voor crimineel geld kunnen de kosten flink stijgen), contacteert zijn vennoot in Pakistan en vraagt die het geld te overhandigen. Als bewijsstuk geldt soms een doormidden gescheurd bankbiljet of treinticket – zo ging het vroeger toch, maar tegenwoordig wordt het vooral via faxverkeer geregeld. De financiële verrekening gebeurt via een boekhouding van al het geld dat binnenkomt en buitengaat. Het hawala-bankieren berust volledig op onderling vertrouwen, is goedkoper dan de legale geldhandel, en laat meestal geen papieren spoor na. Bovendien geeft het migranten de kans om ongunstige deviezenreglementeringen of valutabeperkingen in hun land te omzeilen.

Een officiële variant van dit soort geldovermakingen is vooral de laatste tien jaar opgekomen met het systeem van money transfers dat door bedrijven zoals Western Union, MoneyGram en anderen nu overal wordt aangeboden. De wereldwijde marktleider Western Union is al 150 jaar geleden, ten tijde van de pony express, in Amerika ontstaan als telegrafiemaatschappij. Maar pas sinds de jaren negentig zijn ze aan een enorme internationale opmars bezig met het in 1993 gelanceerde ‘ Money in Minutes‘-systeem, dat soms zelfs vanuit supermarkten, snackbars, benzinestations of reiskantoren wordt aangeboden. Een zeer eenvoudige werkwijze waarbij de klant cash geld inbrengt bij een Western Union-agent, een commissie betaalt, waarna de bestemmeling al een kwartier later het geld cash bij een andere Western Union-agent aan de andere kant van de wereld kan afhalen. Hij moet daarvoor alleen een codenummer of een wachtwoord (het antwoord op een ’testvraag’) opgeven. De opdrachten worden elektronisch geregeld via de centrale computer in de hoofdzetel in New Jersey.

Western Union telt maar liefst 150.000 agenten in 185 landen en verzorgt per jaar al 250 miljoen money transfers. Het centrum in Brussel is bevoegd voor de operaties in Europa, Afrika en het Midden-Oosten. De zwaarste tegenslag bij die internationale opmars kwam er na de terreuraanslagen in New York op 11 september 2001, toen bleek dat de zelfmoordterroristen enkele keren supersnel geld getransfereerd hadden via Western Union. In een ander dossier, een jaar later, werd Western Union door de bankinspectie van New York ervan beschuldigd 600 verdachte transacties niet gemeld te hebben. Het bedrijf ging ermee akkoord om een boete van 8 miljoen dollar te betalen en de medewerkers voortaan nauwgezet te volgen. Recentelijk werd nog beslist dat wereldwijd voor elke transfer vanaf duizend dollar alle persoonsgegevens van de klanten genoteerd en bijgehouden moeten worden. Transacties van meer dan 7500 dollar zijn sowieso alleen mogelijk als er bijkomende bewijsstukken getoond worden over de bedoeling van de transactie.

DE SNELSTE MANIER

In België werden er vorig jaar ruim 600.000 transacties met Western Union uitgevoerd, vooral dan via de wisselagenten van Goffin Change en de loketten van Camrail Cash in de spoorwegstations – een zeventigtal kantoren in totaal. ‘De omzet steeg in het verleden wel met 30 tot 45 procent per jaar’, zegt Analine Pieters van Goffin Change. Maar het gaat om relatief kleine transacties: gemiddeld zo’n 400 euro. Het grootste deel ging naar Afrika, dan naar Oost-Europa en vervolgens Zuid-Amerika. De top-vijf-landen zijn Congo, Marokko, Bulgarije, Ghana en Nigeria. De cliënten zijn vooral nieuwe migranten, en in mindere mate de vroegere gastarbeiders, die hier hun familie al hebben en dus minder geld naar hun thuisland moeten versturen. De Belgische klanten zijn vooral rugzaktoeristen, routiers en beroofde reizigers die dringend geld nodig hebben. Bij het grote publiek blijft Western Union vrijwel onbekend – ondanks de reclame die onder meer op metrostellen voor ‘de snelste manier om geld de wereld rond te sturen’ werd gemaakt. Bij het laatste Slachtfeest van de moslims werden er in het slachthuis van Anderlecht nog reclamefolders uitgedeeld door teams met allochtone hostessen.

Het is evident dat ook crimineel geld zich aangetrokken voelt tot deze supersnelle transfers. In 2001 bracht de Nederlandsche Bank een alarmerend rapport uit over het reilen en zeilen van de zogenaamde money transfer-instellingen. Uit een steekproef bleek dat 17 procent van de klanten die er gebruik van maakten, een crimineel verleden had. De belangrijkste reden waarom criminelen er een beroep op deden, was dat er minder sporen achtergelaten werden om hun schoongewassen geld te achterhalen dan bij gewone banken. In België, waar er een strengere legitimatieplicht is, werd ook in 2001 in het activiteitenverslag van de antiwitwascel CFI de ’toenemende tendens’ van internationale geldoverdrachten aangekaart – er waren 119 verdachte dossiers aan justitie doorgemeld, of 13 procent van het totaal. Die hadden vooral betrekking op het witwassen van geld voortkomend uit prostitutie en mensensmokkel. Het ging dan bijvoorbeeld over meerdere tussenpersonen die op eenzelfde plaats in Brussel relatief lage sommen stortten voor steeds dezelfde begunstigden, waardoor het totale bedrag toch in de miljoenen liep. Wat volgens de CFI aantoonde dat witwassers de strenger gecontroleerde banken opzettelijk vermijden en dit soort instellingen gebruiken ‘om liquiditeiten van criminele oorsprong in het financiële stelsel te brengen’.

Uit concrete politie-onderzoeken blijkt maar al te vaak dat bijvoorbeeld Albanese pooiers of Nigeriaanse oplichters op die manier systematisch geld versassen. Johan Denolf van de dienst voor financiële criminaliteit van de Federale Politie: ‘Het money transfer-systeem wordt meer en meer gebruikt door criminelen, maar wij hebben er geen duidelijk zicht op omdat wij afhankelijk zijn van de doormeldingen van de CFI.’ België heeft, in tegenstelling tot sommige andere landen, gekozen voor een administratieve antiwitwascel die een tussenschot en een buffer vormt. Maar ook gewone geldkoeriers, die eveneens voor een commissie werken, kennen als gevolg van de migratie steeds meer succes. Zaventem blijkt in Europa een favoriete luchthaven voor die geldtrafiek, al was het maar omdat er geen specifieke controle is – en zeker criminelen hebben dat snel door. Drie maanden geleden heeft de Federale Politie toch een sectie Cash Watch opgericht (met slechts twee agenten), die gerichte controles op reizigers houdt. Johan Denolf: ‘We zitten nog maar in de opbouwfase, maar toch hebben we al voor vele miljoenen euro’s onderschept. Koeriers die het in plastic zakken meedragen, op hun lichaam, of in hun kleren genaaid. We zouden waarschijnlijk in het geld verdrinken als we systematisch zouden controleren. Maar daar hebben we de manschappen en de middelen niet voor.’

DE BESTE CORRIDORS

Bij Goffin Change benadrukt directeur Analine Pieters dat de controle door Western Union nu ‘zo goed als waterdicht’ is. ‘In België fotokopiëren wij sowieso de identiteitsbewijzen van al onze klanten, om het even hoe groot of hoe klein de financiële transactie is.’ Of die voorgelegde papieren echt of vals zijn, kan zij natuurlijk niet nagaan. ‘Wij zijn geen politiedienst. Wij kunnen ook niet zien of geld van criminele oorsprong is of niet. Maar wij melden elke verdachte transactie rigoureus aan de antiwitwascel, die de zaak ofwel seponeert ofwel naar het parket doorstuurt. Meestal gaat het bij ons om het smurfen van geld: het opsplitsen van grote bedragen in kleine porties.’ Het bekendste wisselkantoor van het land is dat op de hoek van het Falconplein, vlakbij het Schipperskwartier in Antwerpen, maar die populariteit heeft volgens Pieters niets met prostitutie of misdaad te maken. ‘Dat kantoor wordt vooral door mensen uit de haven voor wisselactiviteiten gebruikt. Natuurlijk zijn er ook prostituees die via ons hun geld versturen, maar daar is niets op tegen zolang zij dat voor eigen rekening doen.’

De branche van de money transfers biedt een goed alternatief voor wisselkantoren die door de invoer van de euro een groot deel van hun omzet zijn kwijtgespeeld. Ook na de invoer van de euro zijn trouwens nog wisselkantoren opgericht, niet om geld te wisselen, maar om zich op de lucratieve geldtransfers te gooien. In Amerika werd Western Union ooit door Latijns-Amerikaanse migranten voor de rechter gedaagd wegens zijn ‘exorbitante kosten’, waarna het bedrijf niet alleen een aanzienlijke schadevergoeding betaalde, maar ook een aantal sociale projecten voor migranten uit de grond stampte. Maar in België worden door alle money transfer-instellingen ongeveer dezelfde kosten aangerekend: een commissie van 2,5 tot 10 procent naargelang de hoogte van het bedrag. ‘Maar de handel in cash geld brengt uiteraard ook grotere onkosten en grotere risico’s mee dan het gewone bankverkeer’, zegt Yves De Clercq. ‘Desondanks bewijst het enorme succes dat we aan een maatschappelijke behoefte bij migranten beantwoorden.’

De vrijbuiters in de sector, die zich vaak specialiseren in één winstgevende corridor – zoals Congo of Brazilië – kunnen uiteraard veel goedkoper werken. Enige tijd geleden ging Yves De Clercq daarover zijn beklag doen bij de regeringscommissaris voor financiële en fiscale fraude: ‘Omdat ze geen enkele reglementering of wetgeving volgen, werken ze aan tarieven die niets meer met de realiteit te maken hebben. Dat is concurrentievervalsing. En als er dan toch ooit tegen hen opgetreden wordt, sluiten ze de tent en beginnen ze wat later opnieuw onder een andere naam. Als we daar geen mouw aan passen, dreigt een totale wildgroei.’

Chris De Stoop

Er is een wildgroei van vrijbuiters die zich op de geldtransfers gestort hebben.

Wereldwijd wordt door migranten ruim honderd miljard dollar overgemaakt.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content