De Belgische reissector zal nooit meer dezelfde zijn. In dat snel wijzigende landschap is er steeds minder plaats voor de traditionele reisbureaus.

Het was vorige week weer dringen in de reisbureaus, zo meldden de kranten. Stormen en wolkbreuken in het hele land jaagden Belgen massaal naar hun boekingsagenten, waar ze in allerijl een buitenlandse bestemming wilden kiezen: Turkije, meestal, maar ook Spanje, Griekenland of Tunesië. En het was al een schitterend voorjaar geweest, nadat de sector zijn klanten vorige winter met succes tot vroegere boekingen had ge-inspireerd. ‘2005 wordt een beter jaar dan 2001, toen we absolute toprecettes boekten’, juicht Veerle De Boeck, secretaris-generaal van ABTO, de lobby van de Belgische touroperators. ‘Wellicht vliegen er deze zomer tien procent méér mensen naar de zon dan in 2004.’

België blijft tot nader order de populairste reisbestemming van de Belg, maar de dominante bestemmingen – Frankrijk, Spanje en Italië – geven jaar na jaar terrein prijs. Een tweejaarlijkse reisenquête bij 12.000 Belgen reveleerde onder meer een duidelijke trek naar het oosten, in de breedste zin van het woord: het vroegere Oostblok, het Verre Oosten, maar vooral het oosten van de Middellandse Zee. Vorig jaar noteerde ABTO, dat het gros van de Belgische touroperators onder zijn paraplu heeft, 2,6 miljoen boekingen op die bestemmingen. Wellicht zijn de forse prijsdalingen voor Marokko, Turkije en Tunesië – een reis daarheen kost ongeveer vijf procent minder dan een jaar geleden – daar niet vreemd aan.

Het WES, een West-Vlaams studiebureau, heeft becijferd dat Belgen per jaar 5,5 miljard euro spenderen aan reizen. Ze plannen per jaar 3,5 miljoen korte en 10 miljoen lange vakanties, van vier overnachtingen of meer. Het studiebureau registreerde over 2004 een lichte omzetgroei in Belgiës toeristische sector, maar die zat vooral bij de low cost-luchtvaartmaatschappijen. Volgens de WES-studie kochten drie miljoen Belgen vijf miljoen tickets bij, vooral, Ryanair en Virgin Express. ‘Belgen pikken steeds vaker een paar dagen Venetië mee’, zegt Rik De Keyser, die bij het WES de onderzoeken leidde. ‘Of ze gaan een weekend liggen bakken in de zon in Malaga. Niet in de plaats van de geplande langere reizen, maar als extraatje.’ Tijdens zo’n korte vakantie geeft de Belg overigens gemiddeld 200 euro per dag uit aan transport, logies, eten en drinken. Tijdens langere vakanties van gemiddeld elf dagen spendeert hij 550 euro per persoon tijdens de volledige duur van de vakantie – merkwaardig genoeg precies evenveel als in 1982, inflatie inbegrepen.

Ongeveer zeven op de tien Belgen regelen hun reis zelf, het aandeel van de touroperators is de voorbije jaren van 20 naar bijna 30 procent gestegen. Neckermann-moeder Thomas Cook bedient 1,5 miljoen reizigers, eigenaar van SunJets TUI 1,25 miljoen. Daarmee halen de twee marktleiders binnen de georganiseerde reizen samen een marktaandeel van boven de 70 procent. ‘En we groeien nog altijd sneller dan de markt’, zegt secretaris-generaal Veerle De Boeck van ABTO met onverholen trots. Ons zusterblad Trends becijferde in zijn recentste zomernummer hoe dat komt: de prijs voor een pakketreis is de voorbije tien jaar dubbel zo snel gestegen als de consumptieprijzen, wat de omzetten van de grote touroperators danig opschroeft. Het moet ook federaal minister van Economie Marc Verwilghen (VLD) zijn opgevallen: hij heeft de Raad voor de Mededinging eind januari de opdracht gegeven om te onderzoeken of de twee duopolisten de prijzen sturen. Het onderzoek is voorlopig nog niet afgerond. Merkwaardig genoeg klagen de touroperators nu al dat hun rentabiliteit in België zwaar onder druk staat. Veerle De Boeck: ‘Onze leden halen tussen de één en de twee procent winst voor belastingen, enkele nichespelers niet meegerekend.’

Concurrentie

Lage marges zijn eigen aan de reissector, die draait op volume en zich sinds het rampjaar 2001 in een ware prijzenslag heeft gestort. Die bedreigt vooral de reisbemiddeling. Reisbu- reaus zijn het voornaamste doorgeefluik van georganiseerde reizen voor de touroperators. De Belgische reisbu- reaus draaiden in 2004 4,65 miljard euro omzet, maar na betaling van de commissies bleef er bij de 1912 Belgische reisbureaus nog 325 miljoen euro bemiddelingsomzet over – gemiddeld 170.000 euro per bureau. ‘Eén op de tien reisbureaus haalt 2 procent winst vóór belasting, alle andere zitten daar ver onder’, zegt Luc Demuynck, voorzitter van de Belgische Vereniging van Reisbureaus. Hij zucht: ‘Ach, wij streven naar grote omzetten, niet naar brede winstmarges.’

Maar dat blijkt nu net niet uit het internationale plaatje. Het aandeel van de dure reizen in de omzet en vooral de winstcijfers van de sector nemen gestaag toe. Super-de-luxe reizen naar de Palmeilanden van de Verenigde Arabische Emiraten, de vijfsterrenpaleizen van Dubai met hun gekoelde zwembaden en hun artificiële sneeuw, of naar het Marquis Los Cabos- resort in Baja California – 8,4 miljoen dollar voor een weekendje met golflessen van Jack Nicklaus en een privé-concert van Sting, Elton John of Beyoncé Knowles, in de intimiteit van uw suite – zijn nu al goed voor eenvijfde van wat er wereldwijd aan toerisme wordt besteed. En dat aandeel, denken consultants, zal alleen maar toenemen wanneer we over enkele jaren ook naar de ruimte kunnen reizen. Richard Branson beloofde de eerste reizen met Virgin Galactic tegen uiterlijk 2007, voor de luttele som van 162.000 euro heen en terug.

Rik De Keyser van het WES gelooft niet in een wildgroei aan peperdure reizen in de Belgische markt. ‘Van de 12.000 mensen die onze enquête hebben ingevuld’, zegt hij, ‘was er welgeteld één iemand die 25.000 euro had neergeteld om met een cruiseschip naar de Verenigde Staten te varen. Zulke mensen blijven uitzonderingen: ik ben er zeker van dat de Belgische reisindustrie ook in de toekomst haar geld uit het massatoerisme zal halen.’ Helaas noteerde de wereldorganisatie voor het toerisme (World Tourism Organization) in 2003 de zwaarste omzet- en volumedaling sinds haar bestaan, vooral door de afkalvende massamarkt. Het aantal verplaatsingen daalde van 703 miljoen naar 691 miljoen en de omzet kelderde van 524 naar 514 miljard euro. In 2004 en 2005 is de sector vooral door de opkomst van de duurdere reizen uit het dal geraakt. Omdat alleen in dat segment de bemiddeling overeind blijft.

Wereldwijd daalt het aantal tussenkomsten van de reisbemiddelaars. Ook in België verliezen de reisbu- reaus terrein bij zowel de verkoop van reispakketten als bij de verkoop van vliegtuigtickets. Dat komt in de eerste plaats door de snelle opmars van het internet. Vóór ze reizen konden kopen op het wereldwijde web, stapten mensen een reisbureau binnen, ze bladerden door een catalogus en ze bestelden een reis. Vandaag kunnen ze diezelfde reis rechtstreeks bij de reisorganisator bestellen via het web – zónder wachttijden, zónder sluitingsuren en vaak nog tegen een prijsje ook. Expedia, de op de technologiebeurs Nasdaq genoteerde nummer één van de internetreisbureaus, haalde vorig jaar een omzet van 10,3 miljard euro en rondde de kaap van 45 miljoen gebruikers per maand. Volgens cijfers van de internationale organisatie voor het toerisme worden wereldwijd voor 89 miljard euro reizen op het internet besteld, waarvan bijna een kwart in Europa. In 2004 kwam 18 procent van de boekingen bij Belgische touroperators binnen via het internet. Vier jaar geleden was dat nog amper 2 procent.

Het gevolg is dat de sector alle economische modellen in vraag stelt. De commissies van de tussenpersoon – doorgaans tussen de zeven en de tien procent op de omzet – staan onder een bijna onhoudbare druk. Op 1 januari 2005 hebben de luchtvaartmaatschappijen in België al de nulcommissie ingevoerd: reisbureaus mogen wel nog tickets verkopen, maar krijgen niet langer een aandeel in de omzet. Daardoor hebben de reisbureaus bijna 90 miljoen euro aan rechtstreekse inkomsten verloren, die nauwelijks door de omstreden dossierkosten zijn gerecupereerd. En ze zijn nog niet aan het einde van hun beproeving. Test-Aankoop en minister van Consumentenzaken Freya Van den Bossche (SP.A) eisten de voorbije maanden bovendien dezelfde nulcommissie voor boekingen van touroperators. Die maatregel zou de doodsteek kunnen betekenen voor de reisbureaus.

Zelfs als de voorstanders van de nulcommissie hun eis niet kunnen realiseren, is er storm op komst voor de sector. Want de akkoorden tussen de touroperators en de reisbureaus wankelen. Voorlopig ligt nog altijd contractueel vast dat de touroperators, met uitzondering van SunJets voor de TUI-groep en Neckermann van Thomas Cook, geen eigen distributienetwerk zullen opzetten. In de verticaal geïntegreerde reissector – touroperators hebben ook hun eigen vliegtuigmaatschappij en hun eigen hotels – lijkt dat steeds sterker op een anomalie.

De nieuwe realiteit van de wereldwijde reissector heeft voor een stortvloed aan stopzettingen en faillissementen gezorgd bij de Nederlandse reisbureaus; in Engeland en Duitsland is een grote kuis én een consolidatiegolf aan de gang. ‘Gelukkig zijn Nederland, Duitsland of Engeland niet met België te vergelijken’, vindt Luc Demuynck. ‘Hier zijn reisbu- reaus geen onpersoonlijke, prijsgedreven supermarkten, maar middenstanders onder hun kerktoren. Die versnippering heeft in het verleden op onze omzetten gedrukt: in Duitsland werden vier op de tien reizen bij een reisagent geboekt, in België amper een kwart. Maar misschien wordt het zwakke punt uit ons verleden nu wel onze redding.’

Door Frank Demets

Reisbureaus mogen wel nog tickets verkopen, maar krijgen niet langer een aandeel in de omzet.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content