Minister van Werk Peter Vanvelthoven wil niet opnieuw onderhandelen over de principes van het Generatiepact.

Tot 11 oktober onderhandelden Johan Vande Lanotte en Freya Van den Bossche namens de SP.A over het Generatiepact. De vakbondskritiek mag hun partijgenoot Peter Vanvelthoven als nieuwe minister van Werk trotseren. Dankbaar is anders.

PETER VANVELTHOVEN: Van den Bossche blijft als nieuwe vice-premier het hele dossier mee opvolgen. Voorts was geweten dat er na het vertrek van Steve Stevaert als partijvoorzitter verschuivingen van SP.A-mensen in de regering zouden komen. Die vallen nu toevallig samen met de sociale onrust rond het Generatiepact. Het is wat het is en we zullen er door moeten.

U moet eerst de sociale partners nog leren kennen. Is dat geen ernstige handicap?

VANVELTHOVEN: Tja, een nieuwe minister van Werk moet altijd eerst kennismaken met de verantwoordelijken van vakbonden en werkgevers. Intussen heb ik ze al ontmoet en hebben ze hun visie over het Generatiepact toegelicht. De komende gesprekken zullen niet gemakkelijk zijn.

Mogelijk helpt het al als u ACV-voorzitter Luc Cortebeeck niet langer ‘Opdebeeck’ noemt, zoals vorige week in een tv-interview.

VANVELTHOVEN: Ach, dat was geen bewuste verspreking. Maar ik besef dat dit ridicuul overkwam. Gelukkig kon Cortebeeck er zelf ook mee lachen.

De vakbondskritiek gaat over veel meer dan de beslissingen over het loopbaaneinde.

VANVELTHOVEN: De vakbonden willen het hele pakket opnieuw op de onderhandelingstafel brengen, maar dat gaat niet. In het Generatiepact zitten immers ook heel belangrijke afspraken over de financiering van de sociale zekerheid, welvaartsvaste uitkeringen en jongerenbanen.

Voorts betwijfel ik of het effect van het pact op afspraken in sectoren en bedrijven zo drastisch zal zijn. Lopende sectorakkoorden over brugpensioen bijvoorbeeld kunnen nog een keer verlengd worden, dus zullen de werknemers daar het Generatiepact niet zo vlug voelen. En bij de verhoging van de brugpensioenleeftijd naar 60 jaar zijn er uitzonderingen voor zware beroepen, nachtarbeid enzovoorts. Al bij al is dit een goed compromis.

U wilt met de sociale partners niet meer praten over de principes van het Generatiepact, wel over de uitvoering ervan. Hebt u nog ruimte om te onderhandelen?

VANVELTHOVEN: Over essentiële punten kan zeker nog gepraat worden. Ik denk aan de omschrijving van zware beroepen, want iedereen gaat akkoord dat iemand met zwaar werk vroeger moet kunnen stoppen. Ik denk ook aan de tewerkstellingscellen en de begeleiding van oudere werknemers die hun baan verliezen door een bedrijfsherstructurering. Voor mij telt het resultaat voor de mensen in de ondernemingen. In plaats van te debatteren over heilige koeien, focussen we beter daarop.

Is uw onderhandelingsmarge ook niet heel klein omdat de liberalen in de regering niet willen dat er nog getornd wordt aan het Generatiepact?

VANVELTHOVEN: Nee. De vier regeringspartijen zitten op dezelfde lijn. Net omdat het niet alleen over het loopbaaneinde gaat, is het Generatiepact evenwichtig en verdedigbaar. De SP.A wil de andere afspraken in dat pact door een heronderhandeling niet op de helling plaatsen.

Het ABVV dreigt met hardere acties als de socialisten in de regering niet naar zijn eisen luisteren. Houdt u daar als SP.A-minister extra rekening mee?

VANVELTHOVEN: Het is begrijpelijk dat het ABVV zich richt tot de socialistische regeringspartijen, maar dan mogen wij ook vragen dat het ABVV kijkt naar de globale inhoud van het pact. Belangrijk is dat ik met alle sociale partners kan blijven praten. Zowel voor hen als voor mij is het toch een mooie uitdaging om bijvoorbeeld oudere werklozen een nieuwe baan te bezorgen. n

P.M.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content