De Oostenrijkse minister van Buitenlandse Zaken Sebastian Kurz is kritisch voor de vluchtelingenpolitiek van Angela Merkel.
Na de aanslag in Berlijn riep CSU-voorzitter Horst Seehofer op om de ‘hele migratie- en veiligheidspolitiek te overdenken’. Bent u het daarmee eens?
SEBASTIAN KURZ: In de allereerste plaats moeten we slachtoffers gedenken en de nabestaanden zo goed mogelijk ondersteunen. Tegelijk moeten wij ons ook afvragen hoe we in de toekomst maximale veiligheid kunnen garanderen. Ik zeg bewust ‘maximaal’, want absolute veiligheid zal er nooit zijn.
Zou een bovengrens voor vluchtelingen helpen, zoals die al bestaat in Oostenrijk?
KURZ: Ik pleit in de eerste plaats voor controle van de Europese buitengrenzen. Het zou fataal zijn om vluchtelingen en terroristen gelijk te stellen. Maar evengoed is het een grote fout om te geloven dat iemand die hier als vluchteling binnenkomt, per definitie geen terrorist of misdadiger kan zijn. Dat is helaas duidelijk gebleken.
Tijdens het eerste septemberweekend van 2015 heeft de regering waar u deel van uitmaakt samen met kanselier Merkel de Oostenrijkse en Duitse grens voor tienduizenden vluchtelingen geopend.
KURZ: Ik heb die uitnodigingspolitiek van meet af aan een slecht idee gevonden. Ik was een van de weinige regeringsleden die niet naar het Weense station zijn gegaan om de vluchtelingen te begroeten. Ik ben daar scherp voor bekritiseerd.
Hebt u een idee van hoe het wel moet?
KURZ: Europa heeft een compleet nieuw asielsysteem nodig. Wij kunnen niet meer zo veel mensen opnemen als de afgelopen twee jaar. Daarom zullen we in de toekomst in de oorlogsgebieden zelf moeten gaan bepalen wie wel of niet naar Europa mag komen. Wie illegaal naar Europa komt, moeten we aan de buitengrenzen tegenhouden, verzorgen en terugbrengen, zoals Australië en Spanje dat trouwens al met succes doen.
Waarom hebt u kritiek op Merkels deal met Turkije?
KURZ: Ik heb kritiek op politici die vinden dat we onze buitengrenzen niet moeten beschermen omdat ze tegen elke vorm van geweld op vluchtelingen zijn, maar wél bereid zijn om Turkije te betalen om het in onze plaats te doen. Dat is schijnheilig. Wat we zelf kunnen doen, moeten we ook zelf doen.
De andere EU-lidstaten willen die samenwerking met Turkije nog versterken.
KURZ: Mij lijkt de houding van de meeste EU-lidstaten eerder oneerlijk. In gesprekken onder vier ogen zeggen ze me: ‘Turkije zal nooit een lidstaat van de EU worden, en dat willen we ook niet.’ Ik zie Turkije niet als een lidstaat van de EU. De voorbije jaren is Ankara zich steeds verder van Europa gaan positioneren.
U bent een pak milder voor Rusland, terwijl dat land zich toch in precies dezelfde richting ontwikkelt.
KURZ: In het geval van Rusland gaat het niet over een toetreding tot de EU, maar over onze relatie met een belangrijke buur. Sinds de crisis in Oekraïne is er een comeback van het ‘blokdenken’, iets waarvan we dachten dat het sinds het einde van de Koude Oorlog niet meer bestond. Ik denk dat we in de verhoudingen met Rusland flexibeler moeten zijn. Tegenover positieve ontwikkelingen in Rusland moeten stapsgewijze versoepelingen van onze kant staan.
© Der Spiegel
‘We moeten in de oorlogsgebieden zelf gaan bepalen wie naar Europa mag komen.’
