George W. Bush is deze week precies een jaar president van de Verenigde Staten. Hij werd aanvankelijk nauwelijks ernstig genomen. Maar sinds 11 september worden er geen grappen meer over hem verteld.

Ja, suste de president zijn medewerkers voor Kerstmis: in januari zou hij zich wel weer met politiek bezighouden. Tot dan was er toch in de eerste plaats die oorlog te voeren – Washington moest nog even wachten. Maar veel tijd heeft Washington niet meer, want er worden straks in november in Amerika opnieuw verkiezingen gehouden. Het hele Huis van Afgevaardigden wordt vernieuwd en een derde van de Senaat. Er worden bovendien ook 36 nieuwe gouverneurs verkozen.

Die verkiezingen zijn voor Bush van groot belang. De Republikeinse en Democratische partijen liggen zowel in het Huis als in de Senaat bijzonder dicht bij elkaar. Een kleine verschuiving kan grote gevolgen hebben voor de uitvoering van zijn programma in de tweede helft van zijn eerste mandaat.

Er wordt ondertussen nog maar weinig herinnerd aan de beschamende vertoning die iets meer dan een jaar geleden in Florida werd opgevoerd. Wekenlang sloegen de presidentskandidaten George W. Bush en Al Gore elkaar met advocaten om de oren om stemmen te laten tellen en hertellen. Het land van Silicon Valley, IBM en Microsoft bleek niet over behoorlijke stemcomputers te beschikken, zwarte kiezers werden met een kluitje in het riet gestuurd, er rees twijfel over het onafhankelijke optreden van de gouverneur van Florida, Jeb Bush – een broer van de kandidaat.

Toen George W. Bush op 20 januari 2001 in de plensende regen de eed aflegde als de 43ste president van de Verenigde Staten begon hij aan een onzeker mandaat. Hij werd in veel gezaghebbende kringen niet echt ernstig genomen. In de lente liep een Republikeinse senator over naar de Democraten, zodat die partij de controle over de Senaat verwierf. Bovendien kantelde de economie tijdens de zomer in een recessie. Amerika moest zich na de zonnige, optimistische Clintonjaren opmaken voor donkere dagen.

De wereld had ondertussen geleerd dat de nieuwe president en zijn regering zich weinig zouden aantrekken van wat er buiten de grenzen van de VS gebeurt. De Verenigde Naties werden volstrekt genegeerd en Washington trok zich zonder veel boe of ba terug uit verschillende belangrijke internationale verdragen. Het bekendste daarvan was misschien nog het Kyoto-verdrag, dat de luchtvervuiling wil aanpakken. Maar later op het jaar was het ABM-wapenverdrag uit 1972 met de Russen hetzelfde lot beschoren. Amerika dicteerde de wet, bleek niet bereid om zich veel van anderen aan te trekken en dat maakte veel mensen zenuwachtig.

WIE TELT DE SLAGEN?

In de dagen na 11 september nam het kneusje toch de allure aan van een president. Amerikanen hebben, zoals ongetwijfeld ook andere volkeren, de neiging om in tijden van crisis de kring rond de leider te sluiten. Maar hier is, volgens waarnemers, toch iets meer aan de hand. George W. Bush vertoonde de voorbije maanden tekenen van leiderschap, en dat was precies waaraan tijdens de campagne van 2000 werd getwijfeld. De fils à papa ontpopte zich tot een chef, die vastbesloten was om de slagen zelf te tellen.

Bush begreep in de eerste plaats dat hij op 11 september meteen in de huid moest stappen van de opperbevelhebber van een land in oorlog. Hij had ook direct door dat hij, gezien de omstandigheden, niet alleen de opperbevelhebber van het leger als dusdanig moest zijn. Hij moest ook spreken voor de brandweer, voor de politie en voor de postbedienden die snel met brieven vol miltvuurpoeder werden geconfronteerd.

De voormalige, omstreden Republikeinse politicus Newt Gingrich vergelijkt George W. tegenwoordig met monumenten uit de Amerikaanse politieke geschiedenis zoals Franklin Delano Roosevelt en John F. Kennedy. Hun optreden verbeterde de levensomstandigheden van de Amerikanen in hun tijd niet meteen, maar ze gaven de mensen hoop.

Zelf citeert hij graag uit toespraken van Theodore Roosevelt, een president uit het begin van de vorige eeuw die naam verwierf in de Spaans-Amerikaanse oorlog. Die Roosevelt verzamelde volgens de overlevering meer macht voor zijn ambt dan iemand voor hem sinds Abraham Lincoln. Het tekent de manier waarop Bush na 11 september optrad. Hij liet er bij het samenstellen van zijn alliantie geen twijfel over bestaan dat er niet met de bondgenoten zou worden gediscussieerd. Afgezien van Tony Blair in Londen zou niemand anders inspraak hebben in wat er te gebeuren stond. Als de VS de strijd tegen al-Qaeda willen voortzetten in Irak, Somalië of Iran zal alleen het Witte Huis daarover beslissen.

Op dezelfde besliste manier riep hij de machtige opsporingsdiensten FBI en CIA tot de orde. Tot voor kort was er geen haar op hun hoofd dat eraan dacht om informatie uit te wisselen of om elkaar op de hoogte te houden. Als de president of zijn medewerkers nu vergaderen met de FBI gebeurt dat in aanwezigheid van iemand van de CIA, en omgekeerd.

De uitzonderingsprocedures die Bush goedkeurde om vermeende terroristen te berechten, botsten op zware kritiek van liberale media. Die vinden dat hij daarmee de grondwet geweld aandoet. Maar ze blijven desalniettemin onverminderd van kracht. Mensen kunnen terechtstaan voor militaire rechtbanken achter gesloten deuren, zonder vorm van proces worden opgesloten of afgeluisterd en wat dies meer zij.

HET VOORBEELD VAN BUSH SR.

Het is nog lang voor het november is, maar zo zit Bush op een merkwaardige manier goed. Ondanks de aanslagen, de oorlog en de economische recessie. Hij scoort in de peilingen beter dan zijn medewerkers ooit hadden durven hopen. Hij lijkt er na 11 september in geslaagd te zijn om een snaar te raken bij dat deel van het kiespubliek dat in 2000 nog helemaal voor Al Gore koos: de vrouwen en de minderheden.

Dat mag op zichzelf ook niet verbazen. Het was normaal dat hij in de dagen voor de bombardementen op Afghanistan begonnen sterk de nadruk legde op de onverdraaglijke onderdrukking van de vrouw door het Talibanregime. Op dezelfde manier was het de aangewezen diplomatie om de islam als een vreedzame godsdienst te prijzen, die door extremisten was gekaapt. Tegelijk herinnerde zijn pleidooi voor humanitaire hulp en publieke dienstbaarheid aan het zogenaamde compassionate conservatism van zijn verkiezingscampagne. Dat thema was tijdens de eerste maanden van zijn presidentschap volledig weggedrukt door de belastingverlaging die absolute voorrang moest krijgen.

Een jaar na het aantreden van George W. Bush hebben de Verenigde Staten dus een populaire president, terwijl het land het helemaal niet goed maakt. Dat komt, denken sommigen, omdat de oorlog de recessie van de frontpagina’s heeft verdrongen. Er zijn tekenen dat daar langzaam weer verandering in komt. Als de aandacht van de almachtige media zich op de economie gaat toespitsen, wordt de situatie opnieuw helemaal anders. Dat geldt trouwens ook als de president meer dan hem lief is betrokken zou geraken bij het frauduleuze failliet van de Texaanse energiereus Enron.

Bush heeft ondertussen in ieder geval de traditie tegen. Die wil dat de partij van de zittende president de tussentijdse verkiezingen verliest. Zijn directe omgeving denkt zeker ook al verder. Over twee jaar moet hij namelijk zelf weer het strijdperk in om te proberen een tweede ambtstermijn te winnen.

Hij heeft nu een kapitaaltje aan geloofwaardigheid opgebouwd, waar hij zorgvuldig mee moet omspringen. Zorgvuldiger dan zijn vader, bijvoorbeeld. Twintig maanden na zijn triomf in Koeweit verloor die de presidentsverkiezingen van 1992 verpletterend tegen het onervaren groentje uit Arkansas, Bill Clinton.

De adviseurs van George W. blijven daarom voorzichtig. Maar de wetenschap die hij heeft, kan ook zijn kracht zijn. Hij moet tijdens het familiediner maar naar de overkant van de tafel kijken, naar zijn vader, om te weten wat er kan gebeuren. Soms is een loebas van een labrador namelijk beter dan een hardnekkige terriër.

Hubert van Humbeeck

De president heeft de voorbije maanden vooral de vrouwen en de minderheden voor zich gewonnen.

Als de VS de strijd tegen al-Qaeda voortzetten, zal alleen Bush daarover beslissen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content