Hamas, Islamitische Jihad en Fatah hebben een wapenstilstand afgekondigd, een ‘hudna’ van drie maanden. Israël was niet geïnteresseerd, maar de Verenigde Staten misschien wel.

Een ‘hudna’ is een wapenstilstand, die onbeperkt kan zijn in de tijd, of voor een welbepaalde periode. Hij kan onvoorwaardelijk zijn of, zoals in dit geval, met condities omhangen. Maar het is hoe dan ook een wapenstilstand. Dat hij er komt – na maandenlange voorbereiding en onderhandelingen tussen de Palestijnse fracties – op het moment dat de nationale veiligheidsadviseur van VS-president George W. Bush, Condoleeza Rice, in Israël en Palestina de fameuze ‘roadmap’ in gang helpt duwen, maakt hem nog plechtiger, belangrijker dan hij al was. Hier wordt een belofte gedaan in handen van de peetvader zelf. In ruil verwacht men dat die serieus is. Alleen Hamas en in mindere mate de Islamitische Jihad kwamen er volop mee in het nieuws het afgelopen weekeinde, maar in feite zijn alle spelers erbij betrokken.

De wapenstilstand is dus goed voor drie maanden en als hij zolang standhoudt, wellicht verlengbaar. De voorwaarden aan het adres van Israël zijn in hoofdzaak dat het moet stoppen met het vermoorden van Palestijnse militanten, en met name die van Hamas, met de raids in Palestijnse dorpen en steden, met het vernielen van huizen en have en goed. Hervalt Israël in deze praktijken, dan wordt daardoor het bestand opgeheven. Daarmee is de Israëlische premier Ariel Sharon aan zet, die het er wellicht niet gemakkelijk mee heeft. Zijn woordvoerder heeft dan ook dadelijk gezegd dat het bestand ‘het papier niet waard was waarop het geschreven was’.

Israël is niet geïnteresseerd in voorwaardelijke, in de tijd beperkte wapenstilstanden. In de ogen van Israëls militairen dienen die alleen maar om de vijand tijd en gelegenheid te geven om zich te hergroeperen, te reorganiseren, te herbewapenen. Israël staat erop de eerste stap van het stappenplan voor vrede zo te lezen dat de Palestijnse Autoriteit (PA) de ’terroristische organisaties’ moet vernietigen, hun civiele structuren inbegrepen. Dit is echter onmogelijk, zeggen alle ernstige Palestijnse bronnen, zonder een moorddadige inter-Palestijnse burgeroorlog te ontketenen, die niets anders zou zijn dan de zelfmoord van de PA. Israël heeft Hamas, door zijn nietsontziende achtervolging, al te veel prestige gegeven bij de Palestijnse bevolking. Als de PA nog politie zou hebben, zou die er niet aan moeten dénken een geziene figuur van Hamas te arresteren. Daarom heeft de PA, op momenten dat ze iets wou ondernemen tegen de fundamentalistische groepen, altijd geprobeerd dat op een politieke manier te doen, via onderhandelen, en niet met de gewapende macht, zoals Israël zou willen. Overigens: het feit alleen al dat Israël van de PA eist dat ze die groepen gewapenderhand te lijf gaat, maakt dat natuurlijk, in de Palestijnse samenleving, totaal ondenkbaar: de PA heeft nu al, sinds de akkoorden van Oslo, de reputatie niet veel anders te zijn geweest dan de zetbaas van Israël.

FUNDAMENTALISTEN

De Palestijnse groepen, al dan niet binnen de Palestijnse bevrijdingsorganisatie PLO, vormen een waaier van tendensen. Onder Yasser Arafat, tijdens de Oslo-onderhandelingen en de daaropvolgende tijd, was het onderscheid gegroeid tussen de ‘politieke’ groepen en de religieuze. De politieke groepen, dat zijn vooral Fatah, de grootste en de organisatie van Arafat zelf; de communistische partij, het Volksfront PFLP en het Democratisch Front DFLP, twee radicalere organisaties die vaak ‘marxistisch’ worden genoemd. Onder impuls van Fatah was deze ‘politieke’ vleugel gewonnen voor een ’twee-statenoplossing’, erkenning van Israël, en een Palestijnse staat in de Bezette Gebieden.

De religieuze vleugel heeft die oplossing, die het afstaan van 78 procent van historisch Palestina impliceerde, nooit willen aanvaarden. Dus toen de PLO aan het vredesproces met Israël begon, besloten de ‘religieuzen’ te blijven vechten, niet voor een Palestijnse staat in de Bezette Gebieden, maar voor een staat in heel Palestina – Israël inbegrepen. Hun politiek komt erop neer dat, zolang het vredesproces gaande is, niet Israël hun belangrijkste vijand is – of Ariel Sharon – maar de Palestijnse Autoriteit en Yasser Arafat.

Van de twee religieuze groepen is de Hamas de belangrijkste. Haar leider, sjeik Ahmed Yassin die jaren in Israëlische gevangenissen heeft doorgebracht, is het brein van de organisatie en geniet een enorm prestige bij de Palestijnse bevolking. Yassin zit, sinds hij onder druk van de Jordaanse koning Hoessein is vrijgelaten en naar Palestijns gebied is overgeheveld, omringd door getrouwen in Gaza.

Beweerd wordt dat Hamas vanuit Syrië gefinancierd en zelfs geleid is. De groep heeft er alleszins kantoren, en het is mogelijk dat de Iraakse oorlog en de daarbij aansluitende Amerikaanse druk op Syrië om alle steun aan terreurorganisaties stop te zetten, haar voor een stuk de wind uit de zeilen heeft genomen. Ook Israël heeft, toen de organisatie nog klein was ten tijde van de eerste intifada, Hamas geholpen met toelatingen en subsidies, in de hoop daarmee een meer handelbare concurrent voor de PLO te kweken.

De steun die Hamas geniet bij de bevolking vloeit voort uit haar dubbele rol. Enerzijds voert ze de ‘gewapende strijd’ met zelfmoordbommen en sluipschutters, waarbij vooral de bomaanslagen op Israëlische burgers – op de bus, op de markt, in het café – veel slachtoffers eisen; anderzijds doet ze op grote schaal aan sociaal werk rond de moskeeën. Dat is de sociale bijstand die de PA verwaarloosd heeft of niet kón bieden: gezondheidszorg, onderwijs, hulp aan armen. Het is ook voor dit sociale werk dat Hamas internationaal geld inzamelt. Het dilemma is, dat als de EU – of de PA zelf – de financiering van dit werk afsnijdt, de Palestijnse behoeftige bevolking het eerste slachtoffer zal zijn, en Hamas nog populairder zal worden.

De Islamitische Jihad is een kleinere, marginale en fanatiekere groep, waarvan men zegt dat ze vanuit Teheran gefinancierd en gemanipuleerd wordt. Haar manier van werken loopt in grote lijnen parallel met die van de Hamas. Ook de Hezbollah werd vroeger geleid vanuit Iran, en daarna vanuit Syrië, maar dit is in wezen een sjiitisch-Libanese groep en heeft met de Palestijnse beweging maar zijdelings te maken. Het doel is in feite Israël uit heel Libanon te verjagen, met name uit de ‘Shaba-hoeven’ aan de grens met Syrië – een overblijfsel uit een andere oorlog.

POLITIEKE ORGANISATIE

Fatah, Arafats organisatie, is tijdens de afgelopen drie jaar van de Al-Aqsa-opstand eigenlijk uit elkaar gespat. Gewapende groepen hebben deelgenomen aan gevechten tegen de Israëli’s. Men weet niet in hoeverre al die groepen – en zo ja, welke – controleerbaar zijn door de centrale Fatah-leiding, waarvan men kan veronderstellen dat ze nog grotendeels onder Arafat valt. De Al-Aqsa-Martelarenbrigades bijvoorbeeld, die berucht werden door de tactiek van de zelfmoordbommen van de religieuzen over te nemen, hebben de naam oncontroleerbaar te zijn. Twee factoren hebben hierin een rol gespeeld. Enerzijds een wedijver met Hamas: eigen gewapende actie van Fatah-groepen, in een poging om het stijgende prestige van de religieuzen bij te benen. Anderzijds de isolering van de Palestijnse steden door het Israëlische beleg, waardoor geen communicatie tussen PA- of Fatah-afdelingen meer mogelijk was, zodat militante groepen in meer getroffen of meer radicale steden als Nabloes of Jenin nog nauwelijks contact hadden met de centrale leiding, laat staan dat die er controle over zou hebben.

In zijn solide periode heeft Yasser Arafat altijd getracht met de verschillende groepen te blijven praten. Getracht om Hamas en Jihad enerzijds en Volksfront en Democratisch Front anderzijds, min of meer bij elkaar te houden in een soort gemeenschappelijke strategie. Israël, dat op de fysieke vernietiging van de ’terreurgroepen’ uit was, heeft hem dat altijd verweten.

De oude dokter Haider Abdul Shafi in Gaza, een veteraan-criticus van Arafat, ging nog verder: hij propageert al lang de idee van een gemeenschappelijke, eengemaakte leiding voor de Palestijnen, waar Hamas en Jihad mee in zouden zetelen, en dus ook verantwoordelijk zouden zijn. Dan zouden ze de PA niet meer botweg kunnen saboteren. Nu lijkt de nieuwe Palestijnse premier Mahmoud Abbas een stuk van die strategie te hebben overgenomen.

Het voorbereidende werk voor de vooral politieke wapenstilstand is immers grotendeels gedaan via een Israëlische gevangenis, waarin Fatah-leider Marwan Barghouti opgesloten zit voor de duur van zijn proces. Het netwerk en de overredingskracht van rijzende ster Barghouti lijkt de grijze maar geslepen Mahmoud Abbas de politieke opening geleverd te hebben om zijn burgeroorlog te vermijden, de Palestijnen even te verenigen, en met een pluim op de hoed vanwege Condoleezza Rice het stappenplan voor vrede in gang te zetten. Maandag waren Israëlische troepen bezig met de ontruiming van een klein stukje Gazastrook. Een klein stukje Bethlehem zou volgen.

Sus van Elzen

Zie ook dossier op de website van Knack

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content