Voor het militaire eergevoel is één ding bijna zo erg als verslagen worden door de vijand, en dat is in de steek gelaten worden door de vijand. De tegenstander die wegloopt, wegkruipt, opgaat in rook of op een andere manier verdwijnt, zet de ander voor schut met zijn leger dat klaarstaat om iedereen in de pan te hakken. Een politicus van de standhoudende partij kan misschien van een overwinning gewagen, maar een generaal staat voor aap.

In die beroerde situatie kwam de Amerikaanse strijdmacht terecht aan het einde van de Koude Oorlog toen de Sovjet-Unie plots ophield te bestaan. Een arsenaal kernraketten, de meest geduchte en duurste vernietigingsmachine ooit gebouwd, stond klaar om de tegenstander tot as te herleiden, en dan was die er plots niet meer. De vijand had zichzelf opgeheven en verdween van het radarscherm. Met het restantje Rusland en nog wat uiteengevallen staten, viel niet te vechten, en verweesd bleven de Amerikanen alleen achter in de ring.

Wat nu met al het wapentuig? Kon het eindelijk opgeruimd worden? Die vraag is er geen, want het is tegen alle regels van de militaire etiquette om een wapenuitrusting af te leggen. Wie wapens heeft maar geen vijand, zoekt zich een nieuwe vijand. Of máákt die, wat nooit moeilijk is. In afwachting van een passende tegenstander, bereidt men zich voor op de confrontatie die komt. Sinds het einde van de Koude Oorlog is het defensiebudget van de Verenigde Staten dan ook met geen dollar gedaald. Integendeel, nieuw en nog duurder wapentuig werd in gebruik genomen, en van geen oud geschut werd afstand gedaan, zelfs niet van de verachtelijke landmijnen. Voor de nabije toekomst zijn gigantische verhogingen van het budget aangekondigd, want wat moest gebeuren is gelukt: een nieuwe vijand werd gevonden. Noord-Korea heet het boevennest! Het land werd uitgeroepen tot een gevaar voor de nationale veiligheid van de Verenigde Staten.

De Volksrepubliek van Noord-Korea, een verpauperd staatje met een aftands communistisch bestuur, beschikt sinds kort inderdaad over een ballistische raket waarmee zij Alaska zou kunnen treffen, en binnenkort wellicht de rest van de Verenigde Staten. Reden genoeg voor de Amerikanen om alarm te slaan. Het gevaar komt bovendien niet alleen uit die hoek. Nog enkele andere derdewereldlanden worden er ook van verdacht de VS met raketten te bedreigen, zoals Iran, Irak en het eeuwige Libië. De lijst kan groeien.

Een nieuwe gevechtsronde kan daarom beginnen. Alle voorbereidingen worden getroffen voor de bouw van een reusachtig antiraket-rakettensysteem, waarmee de VS zich willen beschermen tegen een mogelijke aanval van de Noord-Koreanen, of van wie ook. Voor dat raketschild moet de komende tien jaar 40 miljard dollar op tafel worden gelegd. Ook dient de prijs betaald van de politieke spanningen met de rest van de wereld, want het geplande afweersysteem is in strijd met het eertijds gesloten ABM-verdrag ( Anti-Ballistic Missile verdrag) dat de bouw van dergelijke systemen verbiedt. Daarom moet dat verdrag worden aangepast of opgeheven, vinden de Amerikanen, ook al volgt daaruit dat de wereld in een nieuwe spiraal van escalerende offensieve en defensieve wapensystemen terechtkomt. Want China zal zich bedreigd voelen door het Amerikaanse systeem, en het al zo getergde Rusland, dat verzwakt is maar nog altijd nucleair bewapend, zou zijn zelfbeheersing kunnen verliezen.

Dat de Amerikanen zich voor een muizenstaat als Noord-Korea achter een schild willen verstoppen, kan niet ingegeven zijn door rationele strategische overwegingen, maar moet het resultaat zijn van een nieuwe vlaag van zinsverbijstering, de heropflakkering van een chronische, door militaire tradities gevoede verdwazing. Want stel dat het Aziatische landje werkelijk een bedreiging voor de VS zou vormen waartegen deze zich moeten beschermen, dan bestaat daartoe een goedkoper en doeltreffender manier dan de bouw van raketten om raketten neer te schieten. Men zou een deel van het beschikbare geld aan het armetierige land kunnen schenken en zich zo voor vele jaren van zijn verknochtheid verzekerd weten.

Dat het afwenden van een reëel gevaar niet het doel is, zelfs niet een bekommernis, van de strategen in het Pentagon, blijkt echter vooral uit hun onwil om de reële risico’s te zien in plaats van met hersenschimmige scenario’s te spelen, een geestesgesteldheid die ook de hele Koude Oorlog beheerste. Binnen de gevestigde doctrine van de hedendaagse oorlogskunde geldt het dogma dat het gevaar uitgaat van de intercontinentale raketten van de tegenpartij. Met deze tuigen kan de vijand zijn munitie immers om het even waar doen neerkomen, en dus dient men zich daartegen te verdedigen (desnoods alleen maar met het dreigement terug te slaan), zo luidt de schijnbaar logische redenering.

Maar geen enkele deskundige geeft een antwoord op de vraag (of stelt zelfs de vraag) waarom de vijand deze omslachtige manier zou kiezen om zijn doel te bereiken. Want dat het eenvoudiger kan, begrijpt zelfs een leek (en schijnt alleen in diens hoofd op te komen). Een moderne kernkop kan in een reiskoffertje vervoerd worden. Een bacterieel wapen in een schminkdoosje. Waarom het ding dan niet op een alledaagse manier het land van bestemming binnensmokkelen, bijvoorbeeld met behulp van een ingehuurde toerist? Die rijdt gewoon met zijn wagen de grens over. Of waarom het niet meegeven met een containerschip? Tonnen cocaïne komen op die manier elke week Europa en Amerika binnen. Of waarom de lading niet verstoppen in een lijnvliegtuig? Tijdens de Koude Oorlog landden dagelijks vliegtuigen van de Sovjet-Unie in de Verenigde Staten, en omgekeerd. De strategie van wederzijdse afschrikking zou daarmee heel eenvoudig, goedkoop en doeltreffend te realiseren geweest zijn. Indien het ene land het andere had laten weten dat het een nucleaire lading op de luchthaven van diens hoofdstad had laten neerstrijken, klaar voor gebruik, waren alle intercontinentale raketten verder overbodig.

De situatie is vandaag niet anders. Als Noord-Korea Amerika wil treffen, heeft het daarvoor geen raketten nodig. En als de Amerikanen zich willen beschermen kunnen ze dat niet met antiraket-raketten. Integendeel, die wakkeren alleen maar de psychose aan die al vijftig jaar het enige reële probleem vormt.

Gerard Bodifée

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content