Ewald Pironet

Hoe belangrijk is een gezicht? Heel belangrijk blijkbaar, afgaand op de commotie die er ontstond nadat er op een Parijse boekenbeurs een foto opdook waarop Arthur Rimbaud te zien is. Ons Franse zusterblad L’Express publiceerde de foto als eerste, en meteen was het wereldnieuws. De foto die nu zoveel heisa veroorzaakt, wordt gedateerd tussen 1880 en 1890. We zien een groepje van zes Europese mannen en één vrouw, zittend in een veranda in Aden, Jemen. En de tweede persoon van rechts, de man die wat argwanend en vermoeid de lens in kijkt, werd geïdentificeerd als Arthur Rimbaud, die daar toen handelde in koffie, ivoor, wapens en wat nog allemaal. Eindelijk zouden nu zo de volwassen gelaatstrekken bekend zijn van de man die in 1875, op twintigjarige leeftijd, plots afscheid nam van Europa en de poëzie.

Arthur Rimbaud (1854-1891) staat te boek als een van de grootste vernieuwers van de dichtkunst. De stormachtige homoseksuele relatie die hij vanaf zijn zestiende had met de door hem bewonderde dichter Paul Verlaine was het onderwerp van heel wat boeken. Daar boden de gedraging en misdragingen van Rimbaud en zijn ‘compagnon in het delirium’ Verlaine ook genoeg stof voor: het waren vagebonden en minnaars, chaos was de enige regelmaat in hun zwerftochten en hun adem rook voortdurend naar absint. De Parijse schilder Jean-Louis Forain herinnerde zich Arthur Rimbaud echter anders: ‘Hij stonk naar genie’, verklaarde hij, want Rimbauds gedichten mochten dan nagenoeg onbegrijpelijk zijn, ze sloegen wel in als een bom.

Rimbaud en Verlaine trokken in 1872 samen weg uit Parijs, onder andere naar Mechelen, Oostende, Dover, Londen en Brussel. In de Belgische hoofdstad kregen ze hun zoveelste ruzie, Verlaine schoot zelfs op Rimbaud en verwondde hem aan de pols. Verlaine belandde daarop achter de tralies, Rimbaud keerde terug naar huis en schreef Une saison en enfer, dat hij in eigen beheer uitbracht. In 1876 zagen ze elkaar nog een keer, Rimbaud gaf Verlaine het manuscript van Illuminations, maar hun relatie was ten einde. En meteen ook Rimbauds schrijverschap.

Rimbaud zwierf vervolgens door Europa en de rest van de wereld, zonder ooit nog één gedicht te schrijven. Hij trok onder andere naar Java, Egypte en Cyprus, en belandde ten slotte in Aden, waar hij handel dreef in alles wat los en vast zat, ook in wapens en waarschijnlijk zelfs in mensen. In mei 1891 keerde hij terug naar Frankrijk voor medische verzorging. Zijn knie was erg opgezwollen – bleek dat er een tumor zat. Zijn been werd geamputeerd, maar Rimbaud zou niet meer herstellen en stierf op 10 november 1891. Volgens zijn zus zou hij zich de dagen voor zijn dood nog bekeerd hebben en zou hij afstand hebben genomen van zijn ‘jeugdzonden’. Of dat echt zo is? Wie weet het, het is niet de enige mythe die rond Rimbauds leven hangt.

En nu is er plots die foto uit Aden. Het beeld werd ontdekt door de Parijse boekhandelaars Alban Caussé en Jacques Desse, tussen een heleboel clichés van Jules Suel, een handelaar uit Aden die Rimbauds handel financierde. De ontdekkers verklaren dat ‘het geen belang heeft waar en tegen welke prijs de foto gevonden werd’. De bewuste foto werd voorgelegd aan een Rimbaudspecialist, die onder andere de haarinplanting, de vorm van de lippen, de kleine snor en de vorm van het aangezicht bestudeerde en toen tot het besluit kwam dat dit Arthur Rimbaud moest zijn. En dat doet nu dus de culturele wereld naar adem happen, alsof er een nieuw vers van hem werd ontdekt. Maar het is niet meer dan een wazige foto van een man met een snorretje.

Ewald Pironet

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content