Voor de toekomst van de Nationale Bank van België zijn dringend maatregelen gewenst.

De beurskoers van de Nationale Bank van België (NBB) kan weer gaan schommelen. Vooral nu Luc Coene, de kabinetschef van premier Guy Verhofstadt (VLD), op zaterdag 24 augustus in DeFinancieel-Economische Tijd toegaf dat technici namens de regering aan het onderzoeken zijn hoe de overheid ook de andere helft van de NBB in handen kan krijgen en hoeveel daarvoor aan de privéaandeelhouders (goed voor 200.000 aandelen) moet worden betaald.

Daags voordien had een soortgelijke verklaring van Jean-Paul Servais, de kabinetschef van minister van Financiën Didier Reynders (MR), aan het persagentschap Bloomberg het NBB-aandeel met 20 procent doen stijgen: van 1980 tot 2390 euro per stuk, de hoogste koers in dertien jaar. De Euronext-beurs in Brussel schorste zelfs de notering van het NBB-aandeel tot vorige maandag.

Daarmee is de overlevingsstrijd van de NBB in haar publiek-private vorm nog lang niet afgelopen. Integendeel. Met de verklaring van Deminor, het kantoor van experts, op 13 februari dat het de minderheidsaandeelhouders groepeert die ‘hun financiële en juridische positie als aandeelhouders van de NBB willen verbeteren ten aanzien van de NBB en haar referentieaandeelhouder, de Belgische staat’, hebben die hun reeds lang voordien geplande raid op de Nationale Bank openlijk ingezet. Die moet leiden tot de overwinning die Coene en Servais hen vorige week de facto al hebben toegekend, nog geen zes maanden na het begin van de vijandigheden ( Knack van 6 en 20 maart).

Deminor verwijt de regenten van de NBB dat zij tijdens de voorbije decennia – op instructie van de opeenvolgende rooms-rode regeringen geleid door de christen-democratische premiers Wilfried Martens en Jean-Luc Dehaene – onder één hoedje met toenmalig NBB-gouverneur Fons Verplaetse, de privéaandeelhouders systematisch hebben benadeeld: zowel in hun rechten als in hun portemonnee.

Enkele van deze bezwaren worden sinds kort ook door het Brusselse gerecht behandeld. Zo willen de minderheidsaandeelhouders via de strafrechter verkrijgen dat de NBB zich eindelijk eens schikt naar de vennootschapswetgeving (artikel 438) en zich laat inschrijven op de lijst van de vennootschappen die een beroep doen op het spaarwezen: met alle wettelijke verplichtingen van dien ter vrijwaring van de transparantie van de markt en ter bescherming van de belegger. Bovendien heeft Deminor eind juni voor de Brusselse kamer van koophandel een proces gestart om de NBB zo nodig te dwingen haar reservefonds aan alle aandeelhouders uit te keren. Sommigen opperen immers dat de NBB daar statutair toe verplicht is, sinds zij haar emissierecht (het recht om geld aan te maken) bij de invoering van de euro begin 2002 heeft overgedragen aan de Europese Centrale Bank.

Daarmee is het offensief van Deminor nog maar begonnen. Er wordt niet alleen geaasd op de verdeling van het reservefonds (zo’n 7 miljard euro, waarvan drievijfden voor de staat en tweevijfden voor de privéaandeelhouders). Er is ook de verkoop van NBB-aandelen aan de staat tegen een beurskoers die de reële waarde van het aandeel weergeeft. En die wordt door Deminor op 5700 tot 6200 euro per aandeel geraamd. Dit is ongeveer drie keer de huidige beurskoers en zou dus zeker een staatsuitgave worden van zo’n 1,2 miljard euro.

Verklaringen zoals die van Coene en Servais omtrent de nationalisering van de NBB kunnen dat bedrag alleen maar vergroten. Zij jagen immers de koers van het relatief schaarse NBB-aandeel op hol, verzwakken de onderhandelingspositie van de regering en verzwaren de rekening voor de belastingbetaler. Want het is niet eens zo paradoxaal dat liberale excellenties een nationalisering aankaarten. Als daarvoor zo’n 1,2 miljard euro moet worden betaald, zal dat bedrag immers niet door een of andere privéholding maar door de staat – versta: de belastingbetaler – op tafel moeten worden gelegd. Bovendien zal deze afkoopsom bijna uitsluitend worden verdeeld onder een klein groepje gehaaide speculanten, die tijdens de voorbije twee jaar in onderling overleg doelbewust aandelen van de Nationale Bank hebben verworven met het oog op de raid, waarbij Deminor sinds kort de duur betaalde experts levert en de regering zo te zien de klaplopers. Op het gevaar af dat zij nu zélf de handel met voorkennis in de hand werkt.

De nationalisering van de NBB vraagt derhalve niet alleen een grondig politiek debat, maar vooral enkele dringende maatregelen.

Wat belet bijvoorbeeld de Nationale Bank -de regering dus -zo vlug mogelijk een buitengewone algemene vergadering bijeen te roepen en de statuten zodanig te wijzigen dat de 200.000 aandelen aan toonder, die nu het voorwerp zijn van wilde speculatie, voortaan op naam worden geregistreerd? Tenzij de burger niet mag weten wie bij de nationalisering van de Nationale Bank met zijn zuur verdiende centen gaat lopen. In afwachting van meer klaarheid lijkt een langdurige schorsing van de notering van het NBB-aandeel alleen maar vanzelfsprekend.

Frank De Moor

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content