Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Belgisch DNA-onderzoek loste een twee eeuwen oud mysterie uit de Franse geschiedenis op.

Het was een dubbele clash van culturen, de voorstelling vorige week van wetenschappelijke resultaten die een einde maken aan de speculaties over het lot van Louis XVII: de tienjarige Franse kroonprins die volgens de overlevering op 8 juni 1795 in een Parijse gevangenis aan tuberculose stierf. Zijn ouders, Louis XVI en Marie-Antoinette, waren twee jaar eerder vermoord door Franse revolutionairen. Niet lang na zijn dood begonnen geruchten te circuleren dat de kleine prins alsnog gered was en dat zijn plaats in de gevangenis door een straatjongen was ingenomen. De voorbije twee eeuwen doken meer dan honderd Franse kroonpretendenten uit de gekste hoeken van de wereld op.

Zij kunnen hun ambities opbergen. Na de dood van de jongen sneed gerechtsdokter Philippe-Jean Pelletan tijdens een autopsie het hart uit het lichaam van het lijkje. Hij fixeerde het in alcohol en bewaarde het. Na een onwaarschijnlijke odyssee belandde het ondertussen in een glazen urne opgeborgen en versteende weefsel in 1975 bij de hertog van Bauffremont, die tot vandaag de ‘belangen’ van de Franse koningen en hun (echte) nazaten behartigt. Eind vorig jaar kreeg Jean-Jacques Cassiman van het Centrum voor Menselijke Erfelijkheid (CME) aan de KU Leuven een stukje van de hartspier en de aorta in handen, met het verzoek na te gaan of het genetisch materiaal in het weefsel overeenstemde met dat van Marie-Antoinette. Het werk werd uitgevoerd door Els Jehaes, expert in het onderzoek van historisch DNA.

De resultaten werden voorgesteld in het Parijse Musée d’histoire de la médecine. Een interessant oord vol oude geneeskunde, vol gereedschap dat aan een timmertafel of een barbecue doet denken. uwe wetenschap. Onder een uit 1485 daterende triptiek over het leven van Sint-Anna van een onbekende Vlaamse meester projecteerde Jehaes beelden over de polymerase-kettingreactie waarmee kleine staaltjes DNA tot bruikbare hoeveelheden vermenigvuldigd worden, en over het mitochondriaal DNA dat in de analysen gebruikt werd. Dat wordt alleen via de moeder overgeërfd, wat het succes van een vele generaties omspannende verwantschapsanalyse verhoogt.

Tijdens de voorstelling liepen meestal jonge afgezanten van media uit de hele wereld elkaar en vooral stokoude adellijke betrokkenen voor de voeten, waarvan de meesten de moderne technologie met veel argwaan bekeken. Nog tijdens de presentatie viel het hoogbejaarde deel van het publiek uiteen in twee kampen: believers en non-believers. Een aantal mensen gelooft alleen die resultaten die hun eigen idee-fixe bevestigen.

KONINKLIJK OVERSPEL

‘Ik kan natuurlijk niet garanderen dat het hartweefsel van de dauphin was’, legde Cassiman uit. ‘In het DNA zit geen visitekaartje. Ook in gerechtelijk onderzoek moet een DNA-analyse altijd geïnterpreteerd worden in het licht van de andere elementen uit het dossier. Ik kan wel garanderen dat het hart afkomstig is van een kind tussen vijf en twaalf jaar oud dat rechtstreeks verwant was aan Marie-Antoinette. De historici die mij in contact brachten met de hertog zijn er echter zeker van dat dit weefsel effectief aan de prins heeft toebehoord.’

Tijdens hun speurtocht moesten de genetici heel wat obstakels opruimen. Het was geen evidentie nog levende verwanten in de vrouwelijke lijn van Marie-Antoinette te vinden – er mochten geen mannen bij zijn, want die brengen vreemd mitochondriaal DNA aan. Maar de onderzoekers ontdekten onder meer koningin Anna van Roemenië, rechtstreeks verwant aan Marie-Antoinette. Ze kregen ook een snoer in handen met medaillons waarin haar van de vermoorde koningin en twee van haar zussen zat. Vervolgens was het een huzarenstukje om uit deze weefsels bruikbaar DNA te puren.

Het werk is nog niet af. Cassiman en Jehaes proberen nu om ook wat kern-DNA uit het weefsel te halen. Daarmee zullen ze onder meer nagaan of het hart wel degelijk van een jongetje was – daarvoor zijn de geslachtschromosomen nodig. En met een beetje meeval zullen ze een sluimerende vraag uit Franse royaltykringen kunnen beantwoorden: was de kleine Louis de zoon van zijn vader? Adellijke kwatongen roddelen al lang dat de ware verwekker van de dauphin de Zweedse graaf Axel de Fersen was, in wie de mooie Marie-Antoinette geregeld een surrogaat voor haar weinig viriele wettelijke wederhelft zou hebben gevonden.

DNA-onderzoek opent onvermoede mogelijkheden voor koninklijke en andere kringen. Als onze prins Laurent de zekerheid wil dat Albert II wel degelijk zijn vader is, kan hij zich wenden tot een centrum voor menselijke erfelijkheid. Wel een tandenborstel of een zakdoek van zijn vader meebrengen: daarin zit meestal voldoende DNA voor een vergelijking. En – helaas – een schriftelijke bevestiging van zijn vader én moeder dat ze met de test akkoord gaan.

Dirk Draulans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content