Palestina heeft alles om econo- misch te groeien, zegt Nabil Shaath.

De Palestijnse top-onderhandelaar en zakenman Nabil Shaath, voor het parlement verkozen in Gaza, is nu minister van Internationale Samenwerking en Planning. Op een magistrale manier schildert hij de desastreuze toestand van de Palestijnse economie. De crisis is te wijten aan de afgrendeling van de Palestijnse Gebieden door de regering van Shimon Peres, nadat vorig jaar bommen ontploften in drie Israëlische steden. Tegelijk toont Shaath zich optimistisch over de toekomst, na de ondertekening van het Hebron-akkoord : ?Nu blijkt ook de andere helft van het Israëlische volk ervan overtuigd dat het vredesproces een goed ding kan zijn. Dat is pure winst : vroeger wilden die er niet eens over praten, nu heeft de Likoed-regering zich geëngageerd om het proces voort te zetten. En tussen beide partijen wordt erover gepraat hoe het verder moet.?

Ondertussen blijft de ?closure? van de Gaza-strook nochtans onverminderd van kracht. Om redenen van veiligheid ?

NABIL SHAATH : Die afgrendeling heeft met veiligheid niets te maken. Wij van onze kant treden nu wat hard op tegen onze eigen islamitische fanatici, om elke potentiële aanval op Israël te verhinderen. Dat is onze verantwoordelijkheid. Maar de ?closure? heeft daar geen uitstaans mee. Die gaat, ten eerste, over het verhinderen dat onze arbeiders over de grens komen. Ooit waren dat 150.000 Palestijnse arbeiders, nu nog ongeveer 50.000. Maar de Israëli’s zullen het beamen : nooit is er één enkele geregistreerde arbeider gepakt als medeplichtige aan enige terroristische daad. Terrorisme is tot nu gepleegd door twaalf infiltranten-zelfmoordkandidaten. Wij zijn wel voor een gezamenlijke bewaking van de grenzen, en voor alle aangepaste veiligheidsmaatregelen om het terrorisme te stoppen. Nu en dan hebben we daar ook succes mee.

Ten tweede willen ze geen producten vanuit Gaza in Israël toelaten, want daar zouden bommen in kunnen zitten of wat dan ook. Maar alle producten moeten overgeladen worden in Eres, aan de grenspost. Onze vrachtwagens mogen Israël niet binnen. Maar : waarom beletten ze ook producten Gaza binnen te komen ? Zevenhonderd Israëlische vrachtwagens rijden elke dag Gaza binnen, maar ze laten slechts negen vrachtwagens uit Egypte in Gaza binnen. En waarom beletten ze uitvoer van producten van Gaza naar Egypte ? Die komen niet door Israëlisch grondgebied. Wij kweken bloemen, die zouden we in Egypte kunnen verkopen, maar dat mogen we niet. We mogen ook geen producten van de Westelijke Jordaanoever naar Jordanië uitvoeren, die ook niet door Israël gaan. Veiligheid ?

En wij zeggen : een luchthaven, een zeehaven, zouden ons toelaten onze productie nog rechtstreekser te exporteren. Dat wordt dan ?megalomaan? genoemd. Die haven kost zestig miljoen dollar, alles inbegrepen. Dat is het realistische equivalent van het verlies van zes dagen ?closure?. Die haven zou al lang economisch winstgevend geweest zijn, met operaties van honderden miljoenen dollar. De luchthaven kost rond de veertig miljoen dollar aan aanlegkosten, plus nog eens dertig miljoen aan installaties uit Spanje en Duitsland. Zeventig miljoen dollar. Dus, haven en luchthaven samen zouden het equivalent kosten van dertien dagen afgrendeling. Het zou een bescheiden haven zijn, ja, maar een heel creatieve.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content