Rik Van Cauwelaert
Rik Van Cauwelaert Rik Van Cauwelaert is directeur van Knack.

In de opwinding over de eerste stapjes van de paars-groene coalitie viel het nieuws tussen de plooien van de actualiteit. De nieuwe kamervoorzitter Herman De Croo koestert het voornemen om het parlement in de oude luister te herstellen. De voorzitter wil opnieuw een echte volksvertegenwoordiging die de regering controleert.

De Croo herinnert zich hoe je destijds vanuit een van de hoge ramen van de leeszaal op de eerste verdieping van het Paleis der Natie in één oogopslag een compleet overzicht kreeg van het Belgische machtscentrum. Om in een niet eens zo ver verleden tot de top door te dringen, moest de politicus het vertrouwen genieten van het parlement, het Koninklijk Paleis en de Generale, alledrie gevestigd in elkaars buurt, rond het Brusselse Warandepark.

Het volstond toen niet een pak voorkeurstemmen te halen. De genegenheid van de bevolking was meegenomen, maar ze was niet noodzakelijk. Het parlementair mandaat was geen voltijdse bezigheid. De volksvertegenwoordiger stond op zijn onafhankelijkheid, zowel tegenover de partij als tegenover de regering. Een fractieleider was een politicus van formaat die bij een regeringsvorming door het staatshoofd werd geraadpleegd. Regeringsleiders en ministers gingen zich vooraf verantwoorden voor hun fractie. Kregen ze daar geen goedkeuring voor hun beleid, dan was hun komst naar de vergaderzaal van de Kamer meteen overbodig.

Die zelfstandigheid van de fractie behoort tot het verleden. De partijen – ook de VLD van De Croo – wilden dat zo. In naam van de efficiëntie, en van de financiële voordelen. Want via het parlement organiseerden de partijen een aparte geldstroom, geheel gekopieerd van die van het Europees parlement.

Neem nu de PS-kamerfractie. Die tapte zoveel geld uit de kassen van het parlement dat ze in staat was mee te betalen voor de aanschaf van het partijgebouw aan de Brusselse Keizerslaan. Onlangs deelde de PS-fractie zelfs financiële steun uit aan de onfortuinlijke partijgenoten die veroordeeld waren in de corruptieprocessen.

Toen De Croo eind van de jaren zestig in de Wetstraat arriveerde, begon de politieke macht net te verschuiven, van het parlement naar de naburige Wetstraat 16. Daar huist nu een eerste minister met een haast presidentiële status, politiek afgeschermd door de partijen die deel uitmaken van zijn coalitie. De opeenvolgende regeringen mochten zich dan graag beroepen op het volk, ze hadden te weinig fiducie in het volk om de vertegenwoordigers ervan in vertrouwen te nemen.

Kabinetten vielen niet langer omdat ze door de Kamer werden weggestemd. Coalities strandden tijdens nachtelijke bijeenkomsten in afgelegen kastelen. De vergaderzaal van de Kamer dient alleen nog als decor voor de formele parlementaire handelingen.

Van enige parlementaire reflectie over internationale kwesties is geen sprake meer. De macht verhuisde immers niet alleen van het parlement naar de regering. Tegelijkertijd deed zich een tweede, veel belangrijker, machtsverschuiving voor: die naar de internationale instellingen.

De recente oorlog in Kosovo, waaraan Belgische soldaten deelnamen, begon en eindigde zonder dat daarover één kamerdebat werd gevoerd. ’s Lands munt, economie, landsverdediging, milieu, en binnenkort ook fiscaliteit en sociale zekerheid: het ontsnapt allemaal aan de controle van de volksvertegenwoordiging. Het zijn de Europese Commissie, de NAVO, de Europese Centrale Bank, de OESO, de G-7 die, door niemand gecontroleerd, beslissingen nemen die ons allen raken.

Intussen ontdekte ook de door De Croo’s partij verwende burger dat het parlement niet langer het laatste woord heeft. Hij wil mee in de stuurcabine. Een begrip als “het algemeen belang” heeft voor hem geen inhoud meer. Op elk beleidsniveau vechten burgers en belangengroepen meerderheidsbeslissingen aan voor een rechtbank. Nederlanders hebben het nu al over “de hybride democratie”.

Als Antwerpse schepen ondervond de Vlaamse Agalev-minister Mieke Vogels hoe de simpele aanleg van een rotonde in de buurt van de Cogels-Osylei meteen leidde tot een confrontatie met de advocaat van de buurtbewoners. En aangezien de rechterlijke macht geen hoge dunk heeft van de kwaliteit van de wetgeving…

De Croo droomt ervan dit allemaal opnieuw onder parlementaire controle te krijgen. “Moet hij gewekt worden, of mag hij nog wat slapen?”

Rik van Cauwelaert

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content