Met verrassend veel overtuiging heeft Ehud Barak de verkiezingen van Israël gewonnen. En wat nu?

Wie op die manier wint, heeft gezag. In de Israëlische verkiezingen behaalde Ehud Barak 56 procent van de stemmen. Ter vergelijking, de nu verslagen uittredende premier Benyamin “Bibi” Netanyahu kreeg in 1996 50,49 procent van de stemmen achter zich, toen hij Shimon Peres versloeg.

De volgende vraag rijst: hebben de mensen voor Barak gestemd, of veeleer tegen Netanyahu?

Proteststemmen zullen er zeker geweest zijn. Veel Israëli’s wilden de arrogante Bibi straffen voor zijn schijnheilige politiek, zijn intriges, zijn leugens. Daarom lopen ze nog niet hoog op met Barak, of met zijn programma.

Overigens stuurden 408.000 kiezers hun proteststem naar de Shas-partij, die zeventien kandidaten in de Knesseth krijgt. Deze orthodoxe partij leunt vooral op de joden van Marokkaanse origine, en haar kiezers protesteerden tegen de sociale uitsluiting waarvan ze het slachtoffer zijn. Uitsluiting die ze wijten aan de intellectuele elite. Het spectaculaire succes van Shas en van twee overige religieuze partijen, brengt het effectief van de orthodoxen op 27 of bijna een kwart van de Knesseth.

Voorts valt het forse verlies op van de partijen die in hun programma elke territoriale concessie aan de Palestijnen weigeren – in naam van de bijbelse grenzen van Israël. De partij Nationale Eenheid van Benny Begin (zoon van Menahem) viel van acht zetels terug op drie. Begin trok zich terug uit het politieke leven omdat hij “niet de vertegenwoordiger kon zijn van niemand”. De ultranationalistische Tsometh, gesticht door generaal Rafael Eytan, haalde acht zetels in 1992, maakte deel uit van de regering van Netanyahu en werd dit keer weggeveegd. De nationalistische religieuze partij van de joodse kolonisten uit Cisjordanië en Gaza – Mafdal – gaat van negen naar vijf zetels. De partij die campagne voerde tégen het teruggeven van de Golan aan Syrië, verdwijnt gewoon uit het parlement. Vijftig procent van de bewoners van de Golan stemden voor Barak.

Voor de eerste keer in jaren beschikken de niet-religieuze en pro-vredespartijen over een solide meerderheid: 67 op 120 zetels. Yitzhak Rabin had in 1993 met een gelijkaardige coalitie maar 61 stemmen, en die liet de Akkoorden van Oslo goedkeuren. Anders gezegd: Barak heeft – ook zonder Likoed en de religieuze partijen – een meerderheid om de veranderingen door te voeren die hij beloofde en waarop een meerderheid van Israëli’s wachten. Aan die beloften zal hij vlug herinnerd worden.

DE MOORD OP RABIN

Ehud Barak beloofde het vredesoverleg met de Palestijnen en met Syrië weer aan te zwengelen. De Amerikaanse president Bill Clinton verwacht dat hij de akkoorden volledig uitvoert en alle troepen terugtrekt uit Palestijns gebied. Barak wil ook het hele Palestijns-Israëlische conflict oplossen en de Palestijnen niet meer voor voldongen feiten stellen door, bijvoorbeeld, nieuwe nederzettingen op Palestijns grondgebied te installeren.

Met Syrië zou hij verder onderhandelen waar Rabin en Peres ophielden. En hij wil de Israëlische soldaten binnen het jaar weg uit het zuiden van Libanon. Ook daar moet hij via Syrië passeren, want dat land heeft het voor het zeggen in Libanon. Gezien de voorstanders van Groot-Israël en de Behoud Golan-lobby de stembusslag verloren, kan dat allemaal snel gaan.

Voor het eigen land beloofde Barak om meer geld uit te trekken voor opvoeding, gezondheid, sociale woningen, wetenschappelijk en technologisch onderzoek en voor de infrastructuur. Zo hoopt hij buitenlandse investeringen aan te zuigen. En er komt op die manier automatisch minder geld voor godsdienstscholen, voor de nederzettingen in bezette gebieden en zo meer.

Maar terwijl hij verandering belooft, wil hij ook “premier zijn van alle Israëli’s”, een “zo breed mogelijke coalitie” vormen, het volk verenigen en “de wonden geslagen door Netanyahu” helen. Kan hij dat? Wie veranderingen wil, moet op tegenstand rekenen. Wie op eenheid mikt, kan niets veranderen.

Barak is, zegt men, geobsedeerd door de moord op Rabin. Niet omdat hijzelf bang is vermoord te worden, maar omdat hij weet dat de fanaticus die Rabin vermoordde, geloofde in een goddelijke opdracht. Hij weet dat als 56 procent hem steunt, 44 procent tegen hem is.

Vandaar dat hij Eén Israël stichtte, travaillisten samen met de joods-Marokkaanse partij van David Levy en met Meimad, een religieuze gematigde partij. Daarom ook ging hij bidden bij de Klaagmuur, waar de rabbijnen van Meimad hem konden zegenen. En daarom, tenslotte, wordt verwacht dat hij toch een of meer religieuze partijen in zijn regering opneemt en misschien zelfs Likoed. Tenminste, als die partijen de grote lijn van zijn programma steunen. Maar ook zonder hen kan hij slagen.

Victor Cygielman

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content